Referendabiliteitsbesluit Implementatie van richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ

Mededeling

De Minister van BZK,

Deelt mee dat het volgende wetsvoorstel is bekrachtigd en dat daarover het onderstaande besluit is genomen:

Titel: Implementatie van richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ

Vindplaats: Kamerstukken II 2014/15, 34 081, nr. 2

Referendum mogelijk? Nee

Besluit

Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 2 juli 2015, nr. 2015-0000372428 houdende het besluit of over de wet Implementatie van richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ een referendum kan worden gehouden.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in overeenstemming met de Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 6, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum;

Besluit:

Over de wet Implementatie van richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ

(Kamerstukken II 2014/15, 34 081, nr. 2)

Kan geen referendum worden gehouden op grond van artikel 5, onderdeel e, van de Wet raadgevend referendum.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Gedurende zes dagen na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit is geplaatst, kan een belanghebbende tegen het besluit beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.