Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 6 juni 2015, nr. MinBuZa-2015.278047, houdende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Zuid-Sudan (Sanctieregeling Zuid-Sudan 2015)

De Minister van Buitenlandse Zaken, handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,

Gelet op Verordening (EU) nr. 2015/735 van de Raad van de Europese Unie van 7 mei 2015 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zuid-Sudan en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 748/2014 (Pb L 117);

Gelet op Besluit (GBVB) 2015/740 van de Raad van de Europese Unie van 7 mei 2015 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zuid-Sudan en tot intrekking van Besluit 2014/449/GBVB (Pb L 117);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 2, artikel 5, artikel 14, eerste lid, en artikel 15 van Verordening (EU) nr. 2015/735 van de Raad van de Europese Unie van 7 mei 2015 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zuid-Sudan en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 748/2014 (Pb L 117).

  • 2. Het verbod te handelen in strijd met artikel 2 van Verordening (EU) nr. 2015/735, geldt niet in gevallen waarin artikel 3 of artikel 4 van Verordening (EU) nr. 2015/735 van toepassing is. Het verbod te handelen in strijd met artikel 5 geldt niet in gevallen waarin artikel 6, artikel 7, artikel 8, eerste lid, artikel 9, artikel 10, eerste lid, artikel 11, artikel 12, eerste lid, of artikel 13 van Verordening (EU) nr. 2015/735 van toepassing is.

Artikel 2

  • 1. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, artikel 6, artikel 7, artikel 8, eerste lid, artikel 9, artikel 10, eerste lid, artikel 11, artikel 12, eerste lid, artikel 13, eerste lid, en artikel 14, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 2015/735 is de Minister van Financiën voor zover het betreft financieringen of financiële bijstand, de vrijgave of beschikbaarstelling van tegoeden of informatie van financiële aard.

  • 2. De bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 3, artikel 6, artikel 7, artikel 8, eerste lid, artikel 9, artikel 10, eerste lid, artikel 11, en artikel 12, eerste lid, van Verordening (EU) nr. 2015/735 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

Artikel 3

  • 1. Het is verboden om militaire goederen, alsmede militaire technologie, aangewezen in de Uitvoeringsregeling strategische goederen 2012, dan wel onderdelen daarvan, direct of indirect te verkopen, te leveren, over te dragen dan wel door of uit te voeren aan personen of entiteiten in Zuid-Sudan, of voor gebruik in of ten behoeve van Zuid-Sudan, ongeacht het land van oorsprong.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing met vooraf verleende ontheffing van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van:

    • a. niet-letale militaire uitrusting uitsluitend bestemd voor toezicht op mensenrechten, humanitair of beschermend gebruik, of voor programma’s voor institutionele opbouw van de Verenigde Naties, de Afrikaanse Unie, de Europese Unie of de Intergouvernementele Ontwikkelingsautoriteit (IGAD);

    • b. materieel bedoeld voor crisisbeheersingsoperaties van de Verenigde Naties, de Afrikaanse Unie of de Europese Unie;

    • c. andere voertuigen dan gevechtsvoertuigen die gemaakt zijn van, of uitgerust zijn met, materiaal dat bescherming biedt tegen kogels en die uitsluitend bestemd zijn voor de bescherming van personeel van de Europese Unie en haar lidstaten, van personeel van de Verenigde Naties, de Afrikaanse Unie of de Intergouvernementele Ontwikkelingsautoriteit in Zuid-Sudan;

    • d. ontmijningsuitrusting en materieel voor gebruik bij ontmijning; en

    • e. niet-letale militaire uitrusting uitsluitend bestemd ter ondersteuning van de hervorming van de veiligheidssector in Zuid-Sudan.

  • 3. Het eerste lid is niet van toepassing op de tijdelijke uitvoer van beschermende kleding voor persoonlijk gebruik, met inbegrip van scherfwerende vesten en militaire helmen, door personeel van de Europese Unie of van haar lidstaten, door personeel van de Verenigde Naties of van de Intergouvernementele Ontwikkelingsautoriteit, vertegenwoordigers van de media, of door medewerkers van humanitaire organisaties en ontwikkelingswerkers en aanverwant personeel.

Artikel 4

De Sanctieregeling Zuid-Sudan 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Sanctieregeling Zuid-Sudan 2015.

Artikel 6

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

TOELICHTING

De Raad van de Europese Unie heeft op 7 mei 2015 besloten de beperkende maatregelen van Resolutie 2206 (2015) van de VN-Veiligheidsraad en de reeds bestaande beperkende maatregelen ten aanzien van Zuid-Sudan samen te brengen in één nieuw besluit (Besluit (GBVB) 2014/7401). Verordening (EU) nr. 2015/7352 geeft uitvoering aan Besluit (GBVB) 2014/740.

De onderhavige regeling strekt tot implementatie van de sancties jegens Zuid-Sudan en tot intrekking van Sanctieregeling Zuid-Sudan 2014.

De sancties omvatten een wapenembargo, een verbod op technische en financiële bijstand in verband met militaire activiteiten, alsmede financiële sancties en reisbeperkingen voor een aantal personen die

  • verantwoordelijk zijn voor, medeplichtig zijn aan, of direct of indirect betrokken zijn bij acties of beleidsmaatregelen die de vrede, de veiligheid of de stabiliteit van Zuid-Sudan bedreigen (Bijlage I bij Verordening (EU) nr. 2015/735);

  • het politieke proces in Zuid-Sudan belemmeren onder meer door daden van geweld of schendingen van de staakt-het-vuren-overeenkomsten, alsmede personen die verantwoordelijk zijn voor schendingen van de mensenrechten in Zuid-Sudan (Bijlage II bij Verordening (EU) nr. 2015/735).

Aangezien voor het toepassen van reisbeperkingen geen aanvullende regelgeving nodig is, volstaat de onderhavige regeling met de implementatie van de overige sancties.

De artikelen 2, 3 en 4 van Verordening (EU) nr. 2015/735 bevatten een verbod op het verlenen van technische en financiële bijstand in verband met militaire activiteiten (artikel 2), alsmede uitzonderingen op dit verbod. Op grond van artikel 5 van de verordening zijn de tegoeden en economische middelen bevroren van de in Bijlage I en II bij de verordening vermelde personen. Van de bevriezingsmaatregel kan bij de Minister van Financiën of, voor zover het betreft economische middelen de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, ontheffing worden gevraagd teneinde te voorzien in de primaire levensbehoeften of voor het doen van buitengewone uitgaven. Voorts voorzien de artikelen 9 en 10 van de verordening in de mogelijkheid om bevroren tegoeden of economische middelen vrij te geven.

In artikel 3 van de regeling is een wapenembargo neergelegd ter uitvoering van artikel 1 van Besluit (GBVB) 2015/740.

De Sanctieregeling Zuid-Sudan 2014 wordt ingetrokken aangezien het besluit en de verordening die ten grondslag lagen aan Sanctieregeling Zuid-Sudan 2014 eveneens zijn ingetrokken.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen zij verwezen naar de website

www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat de onderhavige regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting en dat uit dien hoofde inwerkingtreding niet plaatsvindt conform de Vaste Verander Momenten-systematiek.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders


X Noot
1

Besluit (GBVB) 2015/740 van de Raad van de Europese Unie van 7 mei 2015 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zuid-Sudan en tot intrekking van Besluit 2014/449/GBVB (Pb L 117)

X Noot
2

Verordening (EU) nr. 2015/735 van de Raad van de Europese Unie van 7 mei 2015 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Zuid-Sudan en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 748/2014 (Pb L 117)

Naar boven