Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 juni 2015, 2015-0000145613, tot eenmalige aanpassing van bedragen in de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen in verband met de inwerkingtredingvan de Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel XVII van de Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten;

Besluit:

ARTIKEL I. EENMALIGE AANPASSING BEDRAGEN WET INKOMENSVOORZIENING OUDERE EN GEDEELTELIJK ARBEIDSONGESCHIKTE WERKLOZE WERKNEMERS

De Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 660,98’ vervangen door: € 687,59.

2. In het vierde lid wordt ‘€ 926,47’ vervangen door: € 962,63.

B

Artikel 63e, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 900,00’ vervangen door: € 935,12.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 860,29’ vervangen door: € 893,87.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 794,12’ vervangen door: € 825,11.

4. In onderdeel d wordt ‘€ 727,94’ vervangen door: € 756,35.

ARTIKEL II. EENMALIGE AANPASSING BEDRAGEN WET INKOMENSVOORZIENING OUDERE EN GEDEELTELIJK ARBEIDSONGESCHIKTE GEWEZEN ZELFSTANDIGEN

De Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 5, vierde lid, onderdeel c, wordt ‘€ 660,98’ vervangen door: € 687,59

B

Artikel 63b, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 900,00’ vervangen door: € 935,12.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 860,29’ vervangen door: € 893,87.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 794,12’ vervangen door: € 825,11.

4. In onderdeel d wordt ‘€ 727,94’ vervangen door: € 756,35.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 19 juni 2015

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

TOELICHTING

Met ingang van 1 juli 2015 treden de artikelen II, onderdelen C en I, en III, onderdelen A en D, van de Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten (Wet WWB-maatregelen) in werking. Deze onderdelen bevatten op normbedragen die opgenomen worden in de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Op het moment dat het wetsvoorstel Wet WWB-maatregelen werd opgesteld waren echter nog niet de normbedragen bekend zoals ze met ingang van 1 juli 2015 moeten komen te luiden, omdat de indexeringen nog niet bekend waren.

Om dit goed te laten verlopen is in artikel XVII van de Wet WWB-maatregelen de bevoegdheid voor de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid opgenomen om deze normbedragen eenmalig na inwerkingtreding van de betreffende onderdelen aan te passen. Van deze mogelijkheid wordt nu gebruik gemaakt.

Alle eenmalig aangepaste bedragen volgen de ontwikkelingen van het netto minimumloon, bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Participatiewet. Uitgaande van het wettelijk bruto minimumloon dat met ingang van 1 juli 2015 is vastgesteld op € 1.507,80 per maand en is het netto minimumloon per 1 juli berekend op € 1.375,18.

Wellicht ten overvloede wordt gemeld dat de normbedragen uit de IOAW en IOAZ die niet zijn gewijzigd als gevolg van de inwerkingtreding van de genoemde onderdelen van de Wet WWB-maatregelen, maar die wel geïndexeerd dienen te worden, via de reguliere indexeringsbepalingen van rechtswege worden aangepast. Deze gewijzigde bedragen zullen worden bekendgemaakt in de Staatscourant.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

Naar boven