Regeling tot wijziging van de Gemeenschappelijke regeling Schadeschap Luchthaven Schiphol in verband met de verkleining van het aantal deelnemers

20 november 2014

De Minister van Infrastructuur en Milieu, Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland, de raad van de gemeente Haarlemmermeer, de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer, Nieuwkoop, Uitgeest, Zaanstad;

Gelet op de artikelen 94 en 95 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 25 van de Gemeenschappelijke regeling Schadeschap Luchthaven Schiphol;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Gemeenschappelijke regeling Schadeschap Luchthaven Schiphol wordt als volgt gewijzigd

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen d en e vervallen.

2. De onderdelen f tot en met j worden geletterd d tot en met h.

3. Onderdeel d komt als volgt te luiden:

  • d. de deelnemers: de Minister van Infrastructuur en Milieu, Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland, de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer, de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer, Nieuwkoop, Uitgeest, Zaanstad;

B

Artikel 5 komt als volgt te luiden:

Artikel 5

  • 1. Het algemeen bestuur bestaat uit acht leden.

  • 2. Eén lid van het algemeen bestuur wordt aangewezen door de Minister.

  • 3. De overige leden van het algemeen bestuur en hun plaatsvervangers worden aangewezen door:

    • a. de respectieve deelnemende colleges van burgemeester en wethouders, uit hun midden;

    • b. in afwijking van het bepaalde in sub a wordt voor de gemeente Haarlemmermeer het lid gekozen door de gemeenteraad, uit zijn midden, de voorzitter inbegrepen, en uit het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer;

    • c. gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland, uit hun midden.

  • 4. De leden van het algemeen bestuur, bedoeld in het derde lid, hebben elk een stem, met dien verstande dat het lid van de gemeente Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer en Zaanstad een tweevoudige stem heeft. Het lid van het algemeen bestuur bedoeld in het tweede lid, heeft een aantal stemmen dat gelijk is aan het aantal stemmen dat de overige leden tezamen kunnen uitoefenen, met dien verstande dat het nooit meer stemmen kan uitoefenen dan de overige, aanwezige leden tezamen.

  • 5. De Minister kan een plaatsvervanger aanwijzen voor het door hem aangewezen lid van het algemeen bestuur.

  • 6. Het ten aanzien van de leden bepaalde in de regeling alsmede de Wet gemeenschappelijke regelingen is van overeenkomstige toepassing op hun plaatsvervangers.

C

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:

  • 1. Het door de Minister benoemde lid van het algemeen bestuur wordt benoemd voor onbepaalde tijd.

2. In het vijfde lid komt de tweede volzin als volgt te luiden:

Hij deelt zijn ontslag mede aan het bestuursorgaan dat hem op grond van artikel 5, tweede of derde lid, heeft aangewezen.

3. Het zesde lid komt als volgt te luiden:

  • 6. Indien tussentijds een plaats van een lid van het algemeen bestuur vacant of beschikbaar komt, wijst het bestuursorgaan dat het lid op grond van artikel 5, derde lid, heeft aangewezen of, indien het een door de Minister aangewezen lid betreft, de Minister zo spoedig mogelijk, doch in elk geval binnen twee maanden, een nieuw lid aan.

4. Het zevende lid komt als volgt te luiden:

  • 7. Van elke aanwijzing of wijziging daarin doet het college van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente, het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland, of de Minister schriftelijk mededeling aan het dagelijks bestuur.

D

In artikel 7, tweede volzin, wordt ‘de in artikel 5, tweede lid, bedoelde leden’ vervangen door: het in artikel 5, tweede lid, bedoelde lid.

E

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:

  • 1. Een lid van het algemeen bestuur is aan het bestuursorgaan dat hem als lid heeft aangewezen, aan de gemeenteraad van de betreffende gemeente en aan een of meer leden van die gemeenteraad verantwoording verschuldigd voor de uitoefening van zijn lidmaatschap.

2. Het derde lid komt als volgt te luiden:

  • 3. Op de procedure van het ontslag van een lid als bedoeld in artikel 5, derde lid, zijn de daarop betrekking hebbende artikelen uit de Gemeentewet respectievelijk de Provinciewet van toepassing.

3. Het vierde lid komt als volgt te luiden:

  • 4. Onverminderd artikel 16, zesde lid, Wet gemeenschappelijke regelingen geeft een lid van het algemeen bestuur desgevraagd mondeling of schriftelijk inlichtingen aan het bestuursorgaan dat hem als lid heeft aangewezen, aan de gemeenteraad van de betreffende gemeente en aan een of meer leden van die gemeenteraad.

F

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid vervallen de onderdelen c en d en wordt onderdeel e geletterd c.

2. Lid 3d vervalt en de leden 3e tot en met 3g worden geletterd 3d tot en met 3f.

G

In artikel 10 vervalt het cijfer ‘1.’ voor het eerste lid en vervallen het tweede en derde lid.

H

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:

  • 1. Het dagelijks bestuur bestaat uit tenminste drie en ten hoogste zes leden, te weten de voorzitter, het door de Minister aangewezen lid van het algemeen bestuur, het door de raad van de gemeente Haarlemmermeer aangewezen lid van het algemeen bestuur en ten hoogste drie andere door het algemeen bestuur uit zijn midden aangewezen leden.

2. Het tweede lid komt als volgt te luiden:

  • 2. Het door de Minister benoemde lid van het dagelijks bestuur wordt benoemd voor onbepaalde tijd.

3. Het zesde lid vervalt en het zevende lid wordt vernummerd tot zesde lid.

I

In artikel 12 vervalt het eerste lid en vervalt het cijfer ‘2.’ voor het tweede lid.

J

Aan artikel 17 wordt na het tweede lid een nieuw lid toegevoegd, dat als volgt luidt:

  • 3. De plaatsvervangend-voorzitter van het algemeen bestuur is tevens plaatsvervangend-voorzitter van het dagelijks bestuur.

K

Artikel 27, eerste lid, komt als volgt te luiden:

  • 1. Tot opheffing van de regeling wordt op voorstel van het algemeen bestuur besloten door de deelnemers.

L

Artikel 29 vervalt.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland,

Raad van de gemeente Haarlemmermeer,

College van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Haarlemmermeer, Nieuwkoop, Uitgeest, Zaanstad.

TOELICHTING

De Gemeenschappelijke Regeling Schadeschap Luchthaven Schiphol (Stcrt. 1998, 223, laatstelijk gewijzigd Stcrt. 2013, 13275) heeft tot doel een duidelijke, deskundige en doelmatige afhandeling van verzoeken om schadevergoeding wegens de uitbreiding van het luchtvaartterrein Schiphol, zoals vastgelegd in de PKB Schiphol en Omgeving. Daartoe voorziet de Gemeenschappelijke Regeling in de oprichting van een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam, genaamd het Schadeschap Luchthaven Schiphol.

Het doel van het Schadeschap is een duidelijke, deskundige en doelmatige afhandeling van verzoeken om schadevergoeding (planschade en nadeelcompensatie), die verband houden met, kort gezegd, de uitbreiding van de luchthaven Schiphol. Door middel van de Gemeenschappelijke Regeling hebben de betrokken overheden de bevoegdheden om te beslissen op verzoeken om schadevergoeding overgedragen aan het Schadeschap.

Bij de oprichting van het Schadeschap was de verwachting dat diverse bestuursorganen besluiten zouden nemen die gerelateerd zijn aan de uitbreiding van Schiphol en die zouden leiden tot schadeverzoeken. Dat zou kunnen betekenen dat de burger zich zou moeten wenden tot diverse bestuursorganen voor het indienen van schadeverzoeken. Om dit te voorkomen is besloten tot de oprichting van het Schadeschap met als doel het creëren van 1 loket voor de schadeverzoekers. In de loop der jaren zijn ruim 5.000 verzoeken om schadevergoeding bij het Schadeschap luchthaven Schiphol ingediend. Op dit moment is het overgrote deel van deze verzoeken afgehandeld. Voorts is in de loop der tijd gebleken dat (slechts) twee deelnemende bestuursorganen (Ministerie van Infrastructuur en Milieu en de gemeente Haarlemmermeer) besluiten hebben genomen die leiden tot schadeverzoeken die behandeld worden door het Schadeschap. Het algemeen bestuur van het Schadeschap luchthaven Schiphol acht het om bovenstaande redenen niet langer gewenst en noodzakelijk om het Schadeschap in haar huidige vorm voort te zetten.

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en de gemeente Haarlemmermeer moeten deel blijven uitmaken van het Schadeschap vanwege de door hen genomen schadeveroorzakende besluiten. Andere deelnemers hebben met toepassing van art. 24 Gemeenschappelijke regeling een besluit genomen om uit te treden. Dit leidt tot een verkleining van het Schadeschap, waartoe de Gemeenschappelijke Regeling wordt aangepast.

Artikelsgewijze toelichting

ARTIKEL I

Onderdeel A

De opsomming van de deelnemers in artikel 1 is gewijzigd.

Onderdelen B tot en met E en onderdeel K

De artikelen 5 tot en met 8 zijn aangepast in verband met de verkleining van het Schadeschap.

Het aantal leden van het algemeen bestuur is in artikel 5, eerste lid, gewijzigd. Per 1 januari 2015 bestaat het algemeen bestuur uit acht leden.

Artikel 5, tweede en derde lid, zijn gewijzigd omdat een bijzondere regeling moet worden getroffen voor de aanwijzing van het lid door de Minister, en de aanwijzing van het lid door de gemeenteraad van Haarlemmermeer.

De leden worden aangewezen door de colleges van B en W en GS, uit hun midden. Een uitzondering geldt voor de gemeente Haarlemmermeer, omdat ook de gemeenteraad deelneemt aan de Gemeenschappelijke Regeling.

In artikel 5, vierde lid, zijn de stemverhoudingen aangepast, nu de vertegenwoordiging door de Minister is teruggebracht tot één lid. Het stemrecht van de Minister is hierdoor niet gewijzigd.

De artikelen 6 tot en met 8 zijn als gevolg hiervan gewijzigd.

Onderdeel F

Aangezien Provinciale Staten en het Hoogheemraadschap geen deelnemers meer zijn aan de regeling, is de delegatie van de bevoegdheden aan het algemeen bestuur van het Schadeschap in artikel 9 vervallen.

[Hoewel er ter zake van de andere genoemde besluiten en handelingen geen nieuwe aanvragen meer kunnen worden ingediend in verband met de verjaringstermijn, lijkt het zekerheidshalve, om mogelijke discussies over de bevoegdheid van het algemeen bestuur te voorkomen, wenselijk om de genoemde schadeoorzaken in art. 9 te laten staan.]

Onderdeel G

In artikel 10, tweede en derde lid, wordt de Regeling nadeelcompensatie Verkeer en Waterstaat (Stcrt. 1999, 172) van overeenkomstige toepassing verklaard. Deze bepalingen zijn niet meer noodzakelijk, nu de procedurevoorschriften zijn opgenomen in de Verordening Schadeschap luchthaven Schiphol 2012 en worden geschrapt. Door de bepalingen te schrappen, is bovendien duidelijk dat het Besluit van 10 juni 2014 tot wijziging van de beleidsregel in verband met de nadere invulling van het normaal maatschappelijk risico (Stcrt. 2014, 16584) niet van overeenkomstige toepassing is.

Onderdeel H

Artikel 14 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) bepaalt dat het dagelijks bestuur bestaat uit een voorzitter en twee of meer andere leden, door en uit het algemeen bestuur aan te wijzen met inachtneming van hetgeen daaromtrent in de regeling is bepaald.

In de Gemeenschappelijke Regeling is bepaald dat het dagelijks bestuur bestaat uit een voorzitter, het lid van het algemeen bestuur aangewezen door de Minister en het lid van het algemeen bestuur aangewezen door de gemeente Haarlemmermeer.

Daarnaast wordt nog de mogelijkheid geboden om maximaal drie overige leden van het dagelijks bestuur aan te wijzen. Dat kan ook een kleiner aantal zijn, bijvoorbeeld één aan te wijzen lid van het dagelijks bestuur.

Onderdelen I en J

De artikelen 12 en artikel 17 van de Gemeenschappelijke Regeling worden in overeenstemming gebracht met de bestaande praktijk, inhoudend dat de plaatsvervangend voorzitter van het algemeen bestuur tevens de plaatsvervangend voorzitter van het dagelijks bestuur is.

Onderdeel L

De koppeling tussen de inschrijving in registers als bedoeld in artikel 27 Wgr en de inwerkingtreding, opheffing en wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling is losgelaten. De Wgr schrijft nergens (meer) voor dat deze koppeling nodig is. Deze koppeling is geschrapt bij het Wijzigingsbesluit van de Gemeenschappelijke Regeling in 2007. Om verwarring te voorkomen, dient ook artikel 29 te worden geschrapt.

ARTIKEL II

Overeenkomstig artikel 25, derde lid, van de Gemeenschappelijk Regeling treedt de wijziging in werking op de dag na publicatie in de Staatscourant.

Naar boven