Staatscourant 2015, 12746

Verkeersbesluit bushaltes N488

Gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) en de uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer;

Gelet op artikel 18 van de Wegenverkeerswet 1994 waarin de bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten door het college van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland is vastgelegd;

Overwegende:

• dat reizigers werkzaam op een bedrijvenpark langs de N 488, plaatselijk bekend als de Rijksstraatweg in de gemeente Cromstrijen, hebben verzocht om de aanleg van bushaltes;
• dat mede in verband met de toekomstige uitbreiding van het bedrijventerrein “de Proeftuin” de gemeente Cromstrijen en Arriva Nederland dit verzoek ondersteunen;
• de betreffende weg buiten de bebouwde kom ligt en in beheer is bij de provincie Zuid-Holland;
• dat voor het plaatsen van de halteborden L3 een verkeersbesluit dient te worden genomen conform het bepaalde in de WVW 1994 en het BABW;
• dat na overleg met betrokken partijen inmiddels is overgegaan tot de aanleg van een nieuwe bushalte ter hoogte van hmp 2.685 (westzijde) en dat ter hoogte van hmp 2.335 (oostzijde) een bestaande informatieplaats is opgewaardeerd tot bushalte;
• dat bij de bepaling van de locatie van de haltes rekening is gehouden met de beperkte ruimte, de aanwezigheid van bebouwing en de ontsluiting van bedrijven;
• dat bij het aanleggen van de bushaltes de geldende randvoorwaarden (o.a. CROW-publicatie nr. 233 en nr. 337) in acht zijn genomen;
• dat door het aanleggen van de bijbehorende voorzieningen een veilige ruimte ontstaat voor in- en uitstappende passagiers;
• dat overeenkomstig artikel 24 van het BABW overleg is gepleegd met de korpschef van de nationale politie. De daartoe gemachtigde medewerkers verkeersadvisering van de politie hebben ingestemd met de maatregelen.

Besluiten:

Door het plaatsen van bord L3 van bijlage 1 van het RVV 1990, een bushalte te realiseren langs de N488, ter hoogte van hmp 2.335 (oostzijde) en ter hoogte van hmp 2.685 (westzijde).

Aldus vastgesteld op 28 april 2015, onder kenmerk PZH-2015-514145989.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

voor dezen,

mr. D.P. Boddé

hoofd bureau Juridisch Beheer dienst Beheer Infrastructuur

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen.

Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van verzending of uitreiking van het

besluit worden toegezonden, onder vermelding van "Awb-bezwaar" in de linkerbovenhoek

van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, ter attentie van het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Krachtens artikel 6:16 van de Awb schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan - als tegen dit besluit bezwaar wordt aangetekend - ingevolge artikel 8:81 van de

Awb bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage, sector Bestuursrecht,

Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag) een

verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend.

Wij verzoeken u een kopie van het verzoek om een voorlopige voorziening te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.