Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 4 mei 2015, nr. 2015-0000255176, tot wijziging van de Bekendmakingsregeling in verband met het in rekening brengen van kosten wegens plaatsing van openbare exploten in de Staatscourant

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 8, derde lid, van de Bekendmakingswet;

Besluit:

ARTIKEL I

Na artikel 3 van de Bekendmakingsregeling wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties brengt aan de Koninklijke Beroepsorganisatie voor Gerechtsdeurwaarders kosten in rekening voor het publiceren van uittreksels van exploten als bedoeld in artikel 54, tweede en vierde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in de Staatscourant ter hoogte van € 5 per uittreksel.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van het tijdstip waarop artikel IV, onderdeel C, van de Wet van 11 februari 2015 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafvordering, de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften en de Bekendmakingswet in verband met bekendmakingen aan personen zonder bekende woon- of verblijfplaats in de Staatscourant (Stb. 2015, 82) in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

TOELICHTING

Aanleiding voor deze regeling is de Wet van 11 februari 2015 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafvordering, de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften en de Bekendmakingswet in verband met bekendmakingen aan personen zonder bekende woon- of verblijfplaats in de Staatscourant (Stb. 2015, 82). Deze wet treedt naar verwachting in werking met ingang van 1 juli 2015.

Voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet van 11 februari 2015 bepaalde artikel 54, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dat uittreksels van exploten die te voeren of aanhangige procedures betreffen en betrekking hebben op diegenen van wie de woonplaats en het werkelijk verblijf onbekend zijn, zo spoedig mogelijk openbaar gemaakt worden in een landelijk dagblad of in een dagblad verschijnend in de streek van het gerecht waar de desbetreffende zaak moet dienen of dient. Tevens bepaalde artikel 54, vierde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dat uittreksels van exploten die geen betrekking hebben op te voeren of aanhangige procedures, bekend worden gemaakt in een landelijk dagblad of in een dagblad verschijnend in de streek waar de verzoeker woonplaats of werkelijk verblijf heeft.

Het doel van de wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is dat door middel van publicatie in de op internet gepubliceerde Staatscourant een groter publiek wordt bereikt als gevolg van de bredere toegankelijkheid van internet in vergelijking met dagbladen. Met de wijziging van de Bekendmakingswet is in artikel 8, derde lid, thans bepaald dat bij ministeriële regeling kan worden geregeld dat kosten in rekening worden gebracht voor plaatsing van publicaties in de Staatscourant door andere partijen dan de overheid. Met deze regeling wordt aan die grondslag invulling gegeven door aan de Koninklijke Beroepsorganisatie voor Gerechtsdeurwaarders (KBvG) kosten in rekening te brengen voor het publiceren van uittreksels van exploten in de zin van artikel 54, tweede en vierde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De KBvG is verantwoordelijk voor het aanleveren van alle te publiceren uittreksels van exploten en levert deze documenten aan in een voor verwerking door de Staatscourant geschikt formaat. De kosten bedragen € 5 per exploot. Dit bedrag is gebaseerd op de volgende berekening. Wanneer de totale beheerskosten van de Staatscourant worden gedeeld door het aantal gepubliceerde pagina’s komt dit uit op ongeveer € 20 aan kosten per pagina. Bij een gemiddelde van vier oproepingen per pagina komen de kosten derhalve op € 5 per oproeping. Het gemiddelde van vier oproepingen per pagina is gebaseerd op de omvang van de huidige papieren publicaties.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk