Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Staatscourant 2015, 12339 | Ruimtelijke plannen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Horst aan de Maas | Staatscourant 2015, 12339 | Ruimtelijke plannen |
Burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas maken ter voldoening aan het bepaalde in artikel 7.9 van de Wet milieubeheer bekend dat een bestemmingsplan en bijbehorend Milieueffectrapport voor het Buitengebied worden voorbereid.
Het plangebied van het op te stellen bestemmingsplan omvat nagenoeg het gehele buitengebied van Horst aan de Maas (alle gronden buiten de bebouwde kom), uitgezonderd enkele specifieke locaties, zoals attractiepark ‘Toverland’, het Ontwikkelingsgebied intensieve veehouderij ‘Witveld’, een deel van het Klavertje 4-gebied en de bedrijventerreinen.
Aanleiding is de behoefte aan één nieuw integraal, uniform, actueel en digitaal bestemmingsplan dat geldt voor (nagenoeg) het gehele buitengebied. In het buitengebied geldt dan één plan en één regeling en dus één planologisch regime.
Op grond van de Wet milieubeheer en het Besluit milieueffectrapportage moet voor de besluitvorming over dit bestemmingsplan een zogenoemd ‘planMER’ (milieueffectrapport voor plannen) worden opgesteld. Het bestemmingsplan biedt namelijk het kader voor m.e.r.-(beoordelings)plichtige activiteiten. Dit zijn activiteiten die staan vermeld in de C- en D-bijlagen van het Besluit milieueffectrapportage 1994, zoals bijvoorbeeld de uitbreidings- of wijzigingsmogelijkheden van veehouderijbedrijven. Het planMER beoordeelt of de mogelijkheden die het bestemmingsplan biedt al dan niet (significante) gevolgen kunnen hebben voor het milieu.
Als niet kan worden uitgesloten dat een plan of project significante gevolgen voor Natura 2000-gebieden heeft, dan moet op grond van de Natuurbeschermingswet ook een passende beoordeling worden gemaakt. Daarin wordt dieper ingegaan op de gevolgen voor Natura 2000-gebieden binnen en buiten het plangebied (zoals ‘Deurnsche Peel en Mariapeel’ en ‘Maasduinen’). Voor het op te stellen bestemmingsplan wordt daarom een passende beoordeling gemaakt, waarbij onder andere wordt ingegaan op het thema stikstof, dat in belangrijke mate van invloed is op Natura 2000-gebieden.
De eerste stap om te komen tot een planMER is het opstellen van een zogeheten ‘Notitie Reikwijdte en Detailniveau’. Deze notitie geeft onder meer een beschrijving over waarom het plan wordt opgesteld, op welk plangebied het plan van toepassing is en welke milieuaspecten worden beoordeeld (reikwijdte) en wat het schaalniveau van deze beoordeling is (mate van detail).
Een ieder kan op basis van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau mondeling of schriftelijk een zienswijze indienen over de reikwijdte en het detailniveau van het planMER. Er wordt ook advies gevraagd bij de overlegpartners en de overige betrokken bestuursorganen. Rekening houdende met de Notitie Reikwijdte en Detailniveau en de ingekomen reacties zal het planMER daarna worden opgesteld.
Aangezien het planMER betrekking heeft op een conserverend bestemmingsplan, wordt de Commissie voor de milieueffectrapportage niet ingeschakeld bij het advies over de reikwijdte en het detailniveau van het planMER. Wel zal de Commissie voor de milieueffectrapportage in een later stadium worden ingeschakeld voor het toetsingsadvies van het planMER zelf.
Ten aanzien van de vooraankondiging van het bestemmingsplan zelf betreft het hier uitsluitend een kennisgeving. Op dit moment worden er geen stukken met betrekking tot dit voornemen ter inzage gelegd. Dat zal op een later moment gebeuren. Voorafgaand daaraan zal een nieuwe publicatie plaatsvinden. Ook is het niet mogelijk om een zienswijze tegen het voornemen kenbaar te maken en wordt er geen onafhankelijke instantie in de gelegenheid gesteld om advies uit te brengen over het voornemen.
De stukken die betrekking hebben op deze publicatie liggen ter inzage met ingang van vrijdag 8 mei gedurende 3 weken in de informatiehoek van het gemeentehuis, Wilhelminaplein 6 in Horst. Openingstijden informatiehoek: ma. van 8.00 tot 20.00 uur en di. t/m vr. van 8.00 tot 17.00 uur. Wanneer u de stukken op een ander tijdstip wilt inzien, kunt u contact opnemen met de gemeente, tel. (077)477 97 77.
Wanneer u een toelichting wenst bij de ter inzage liggende stukken, houdt dan rekening met de kantoortijden.
De stukken kunnen ook geraadpleegd worden op de gemeentelijke website www.horstaandemaas.nl.
Bezwaarschriften of zienswijzen kunnen gericht worden aan: College van burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas t.a.v. team Beleid Ruimte Postbus 6005 5960 AA Horst. Voor het kenbaar maken van mondelinge reacties moet een afspraak worden gemaakt. U kunt hiervoor contact opnemen met het team Beleid Ruimte, tel (077)477 97 77.
Deze informatie is ook terug te vinden op www.horstaandemaas.nl (zie bekendmakingen). Voor meer informatie kunt u ook terecht bij de afdeling Beleid Ruimte, tel. (077)477 97 77.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-12339.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.