Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 24 april 2015, nr. WJZ/724617 (10565), tot wijziging van de Regeling open en online hoger onderwijs in verband met verbetering en verduidelijking van de verantwoording

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 2 en 4 van de Wet overige OCW-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling open en online hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. in het eerste lid wordt ‘subsidieverlening’ vervangen door: subsidieverstrekking.

2. in het eerste lid, onder a, wordt ‘€ 800.000’ vervangen door: € 830.000.

B

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. subsidieverlening’ wordt telkens vervangen door: subsidieverstrekking.

2. ‘Stichting SURF’ wordt telkens vervangen door: SURF.

C

Artikel 8 komt te luiden:

Artikel 8. Subsidie aan bekostigde instellingen

De Minister:

• a. verstrekt subsidie en betaalt het subsidiebedrag ineens voor zover het een subsidie tot € 25.000 betreft;

• b. verstrekt subsidie en betaalt het subsidiebedrag per kwartaal voor zover het een subsidie van € 25.000 tot en met € 100.000 betreft.

D

Artikel 9 komt te luiden:

Artikel 9. Subsidie aan onbekostigde instellingen

De Minister:

• a. verstrekt subsidie en betaalt het subsidiebedrag ineens voor zover het een subsidie tot € 25.000 betreft;

• b. verleent een voorschot van 100 procent en betaalt het subsidiebedrag per kwartaal voor zover het een subsidie van € 25.000 tot en met € 100.000 betreft.

E

Artikel 10 komt te luiden:

Artikel 10. Verantwoording door bekostigde instellingen

Door bekostigde instellingen geschiedt de verantwoording aldus:

• a. voor zover het een subsidie tot € 25.000 betreft, geschiedt de verantwoording van de subsidie overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs in de jaarverslaggeving, en toont de subsidieontvanger op verzoek van de Minister aan dat de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

• b. voor zover het een subsidie van € 25.000 tot en met € 100.000 betreft, geschiedt de verantwoording van de subsidie overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs in de jaarverslaggeving met model G1.

F

Artikel 11 komt te luiden:

Artikel 11. Verantwoording door onbekostigde instellingen

• 1. Door onbekostigde instellingen geschiedt de verantwoording aldus:

  • a. voor zover het een subsidie tot € 25.000 betreft, toont de subsidieontvanger op verzoek van de Minister aan dat de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

  • b. voor zover het een subsidie van € 25.000 tot en met € 100.000 betreft, geschiedt de verantwoording van de subsidie aan de hand van een prestatieverklaring, volgens een door de Minister vast te stellen model, waarmee wordt aangetoond dat de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

• 2. De prestatieverklaring, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, is tevens de aanvraag tot subsidievaststelling en wordt ingediend binnen 13 weken na het verricht zijn van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend. Artikel 19 van de Regeling OCW-subsidies is niet van toepassing.

• 3. De subsidie bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt binnen 22 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling vastgesteld.

G

Artikel 12 vervalt.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug en met 18 november 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

TOELICHTING

De regeling open en online hoger onderwijs wordt op enkele punten gewijzigd ter verbetering en verduidelijking van de subsidieverstrekking. De wijzigingen in de regeling zorgen ervoor dat de verantwoording beter aansluit op de Aanwijzingen voor subsidieverstrekking (Stcrt. 2009, nr. 20306, het zogenaamde Uniform Subsidiekader) en de Regeling OCW-subsidies.

De wijzigingen hebben betrekking op 1) bevoorschotting en betaling, 2) verantwoording. T.a.v. beide punten is duidelijker onderscheid gemaakt tussen de bekostigde en onbekostigde instellingen, en de subsidiebedragen onder en boven € 25.000.

Voor bekostigde en onbekostigde instellingen is in principe sprake van een zelfde soort verantwoording, waarbij voor bekostigde instellingen geldt dat deze via de jaarverslaggeving plaatsvindt.

Daarnaast wordt vanuit beleidsmatig belang het subsidieplafond, het maximaal beschikbare bedrag, voor de 1^e tranche verhoogd tot € 830.000.

De naam ‘Stichting SURF’ wordt gewijzigd in ‘SURF’ omdat de stichting een coöperatie is geworden.

De regeling treedt in werking met terugwerkende kracht tot het moment waarop de regeling open en online hoger onderwijs in werking is getreden, op 18 november 2014 (de dag na publicatie). Hiermee wordt afgeweken van het beleid inzake inwerkingtreding, maar dat is gerechtvaardigd omdat het in beginsel om een technische wijziging gaat. Bovendien is er nog geen besluit genomen over het toekennen van subsidies op het moment van inwerkingtreding van deze wijziging. Ook zijn er nog geen projecten gestart waarover verantwoording afgelegd moet worden.

Deze regeling leidt niet tot een verhoging van de administratieve lasten.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker