De Minister van Financiën,
Gelet op artikel 5:5, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht;
BESLUIT:
ARTIKEL I
De Vrijstellingsregeling Wft wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 53, eerste lid, aanhef, wordt na “aan het publiek” ingevoegd: in de Europese
Economische Ruimte.
B
In artikel 54, eerste lid, vervalt onderdeel a onder verlettering van de onderdelen
b tot en met d tot a tot en met c.
C
Na artikel 54a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 54b
Van artikel 5:2 van de wet is vrijgesteld iedere doorverkoop of definitieve plaatsing
van effecten aan het publiek via financiële intermediairs, voorzover er een geldig
prospectus als bedoeld in artikel 5:22 van de wet algemeen verkrijgbaar is gesteld
en de uitgevende instelling of de voor het opstellen van een dergelijk prospectus
verantwoordelijke persoon bij schriftelijke overeenkomst instemt met het gebruik hiervan.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.
TOELICHTING
Deze wijzigingen houden verband met de implementatie van de herziene richtlijn prospectus1 in de Wet op financieel toezicht (Wft). Deze wijzigingen treden op grond van artikel
II op 1 juli 2015 in werking.
Artikel I, onderdeel A, wijzigt artikel 53, eerste lid, aanhef, van de Vrijstellingsregeling
Wft. Deze wijziging verduidelijkt dat de vrijstelling van de prospectusplicht van
artikel 5:2 van de Wft ziet op aanbiedingen van effecten in de Europese Economische
Ruimte.
De wijzigingen in artikel I, onderdelen B en C, houden verband met de implementatie
van artikel 1, derde lid, onderdeel a, onder ii, van de herziene richtlijn prospectus.
Als gevolg van onderdeel B vervalt artikel 54, eerste lid, onderdeel a, van de Vrijstellingregeling
Wft. Aan de in onderdeel a opgenomen vrijstelling was namelijk ten onrechte de beperking
verbonden dat er sprake diende te zijn van een eerdere aanbieding als bedoeld in artikel
5:3, eerste lid, van de Wft, terwijl uitgangspunt van de herziene richtlijn prospectus
juist is dat er geen prospectusplicht geldt indien er reeds sprake is van een geldig
prospectus. Dit onderdeel a zal worden ondergebracht in het nieuwe artikel 54b van
de Vrijstellingsregeling Wft, welke is opgenomen in onderdeel C. Het nieuwe artikel
54b verduidelijkt dat iedere aanbieding via een financiële intermediair – dat wil
zeggen een ander dan de uitgevende instelling – die effecten doorverkoopt of definitief
plaatst bij beleggers vrijgesteld is van de prospectusplicht van artikel 5:2 van de
Wft. Deze vrijstelling geldt slechts voorzover van de aangeboden effecten een prospectus
algemeen verkrijgbaar is gesteld en de uitgevende instelling of de voor het opstellen
van een dergelijk prospectus verantwoordelijke persoon bij schriftelijke overeenkomst
instemt met het gebruik hiervan.
De Minister van Financiën,
J.R.V.A. Dijsselbloem