Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 10 april 2015, houdende instelling van de evaluatiecommissie Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Instellingsbesluit evaluatiecommissie Rijkswet financieel toezicht)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in overeenstemming met de Ministers van Financiën van Sint Maarten en van Curaçao;

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de raad van Ministers van het Koninkrijk;

Gelet op artikel 33 van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten;

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister:

de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

b. de evaluatiecommissie:

de evaluatiecommissie, bedoeld in artikel 2, eerste lid.

Artikel 2. Instelling en taak

  • 1. Er is een evaluatiecommissie Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten.

  • 2. De evaluatiecommissie heeft tot taak een advies op te stellen als bedoeld in artikel 33, zesde, negende en tiende lid, van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten.

Artikel 3. Samenstelling

  • 1. Als leden van de commissie worden benoemd:

    • a. de heer Ron Gomes-Casseres, tevens voorzitter;

    • b. de heer Reuben George Essed;

    • c. de heer Edelmiro Alejandro Seferina;

    • d. de heer Marcel Peter van Gastel.

  • 2. De benoeming loopt af van rechtswege wanneer de in artikel 2 bedoelde taak door de evaluatiecommissie is afgerond.

Artikel 4. Ondersteuning evaluatiecommissie

  • 1. De evaluatiecommissie wordt ondersteund door een secretariaat, waaronder een secretaris.

  • 2. Personen die de evaluatiecommissie ondersteunen zijn voor de inhoudelijke uitvoering van hun taak uitsluitend verantwoording schuldig aan de voorzitter en leden van de evaluatiecommissie.

  • 3. De Minister benoemt de secretaris en voorziet na overleg met de evaluatiecommissie in de nodige voorzieningen ten behoeve van de werkzaamheden van de evaluatiecommissie, waaronder de nadere invulling van het secretariaat.

  • 4. Bij de samenstelling van het uitvoerend secretariaat wordt rekening gehouden met de benodigde kennis en expertise voor een goede uitvoering van de werkzaamheden van de evaluatiecommissie en een verdeling over de betrokken landen.

  • 5. Als secretaris wordt benoemd de heer Dirk Johannes Bonnet.

Artikel 5. Werkwijze

De evaluatiecommissie stelt met inachtneming van dit besluit en artikel 33 van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten haar eigen werkwijze vast.

Artikel 6. Informatieplicht

De evaluatiecommissie verstrekt aan de Minister desgevraagd de door hem gewenste inlichtingen. De Minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel 7. Advies

  • 1. De evaluatiecommissie brengt uiterlijk drie maanden nadat deze is ingesteld, door tussenkomst van de Minister, advies uit aan de raad van Ministers van het Koninkrijk.

  • 2. De evaluatiecommissie neemt bij het uitbrengen van haar advies artikel 33, twaalfde lid, in acht en hoort aldus alvorens advies uit te brengen het betrokken bestuur zijnde de raad van Ministers van het land Curaçao onderscheidenlijk de ministerraad van het land Sint Maarten.

Artikel 8. Vergoeding en kosten lidmaatschap

  • 1. De voorzitter ontvangt een vergoeding per vergadering. Deze vergoeding per vergadering bedraagt 130% van 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.

  • 2. De overige leden ontvangen een vergoeding per vergadering. Deze vergoeding per vergadering bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.

  • 3. De voorzitter en de leden ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfskosten op voet van de regeling voor het personeel werkzaam bij de sector Rijk.

  • 4. De vergoeding per vergadering en de vergoeding van reis- en verblijfskosten komen voor rekening van de Minister.

Artikel 9. Overige kosten van de evaluatiecommissie

  • 1. De overige kosten van de evaluatiecommissie komen, voor zover goedgekeurd, voor rekening van de Minister.

  • 2. Onder overige kosten worden in ieder geval verstaan: de kosten voor de faciliteiten van vergaderingen.

Artikel 10. Verantwoording

De evaluatiecommissie biedt de Minister gelijktijdig met het uitbrengen van het advies een eindverslag aan waarin verslag wordt gedaan van de activiteiten gedurende de periode waarin de evaluatiecommissie werkzaam is geweest.

Artikel 11. Openbaarmaking

Het advies en andere producten die door of namens de evaluatiecommissie worden vervaardigd of vergaard, worden niet door de evaluatiecommissie openbaar gemaakt, maar uitsluitend aan de Minister uitgebracht of overgedragen.

Artikel 12. Archiefbescheiden

De evaluatiecommissie draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan het archief van de directie Koninkrijksrelaties van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van Nederland.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1. Dit besluit treedt in werking met terugwerkende kracht vanaf 10 april 2015.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 10 oktober 2015.

Artikel 14. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit evaluatiecommissie Rijkswet financieel toezicht.

Dit besluit zal in de Staatscourant, het Publicatieblad van Curaçao en het Afkondigingsblad van Sint Maarten worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven