Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 7 april 2015, nr. WJZ/15034500, tot wijziging van de Regeling diergeneesmiddelen inzake zelfcontrole

De Staatssecretaris van Economische Zaken;

Gelet op artikel 9 van Richtlijn nr. 96/23/EG van 29 april 1996 en artikel 8.5 van het Besluit diergeneesmiddelen;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 8.10 van de Regeling diergeneesmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘kunnen de verschillende betrokken partners in de veehouderijsector zelf kwaliteitscontrole uitoefenen’ vervangen door: voeren de verschillende betrokken partners in de veehouderijsector zelf kwaliteitscontrole uit.

2. In het tweede lid wordt ‘Indien kwaliteitscontrole als bedoeld in het eerste lid plaatsvindt:’ vervangen door: Bij kwaliteitscontrole als bedoeld in het eerste lid:.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 7 april 2015

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

TOELICHTING

Artikel 8.10 van de Regeling diergeneesmiddelen, dat middels deze regeling wordt gewijzigd, regelt de zelfcontrole door de verschillende betrokken partners in de veehouderijsector. Dit artikel voorziet in de implementatie van artikel 9 van Richtlijn nr. 96/23/EG, welke bepaalt dat lidstaten dienen toe te zien dat de eigenaar of verantwoordelijke persoon van een inrichting voor eerste verwerking van primaire producten van dierlijke oorsprong alle nodige maatregelen treft om zich er van te vergewissen dat alleen dieren die vrij zijn van residugehalten boven de toegestane maxima en verboden stoffen aanvaard worden. De richtlijn bepaalt dat dit met name door zelfcontrole dient plaats te vinden.

Tot de opheffing van de productschappen sinds 1 januari 2015, voorzagen de productschapsverordeningen (Verordening Monitoring Kritische Stoffen bij kalveren (PVV) 2008 en Verordening Monitoring Kritische Stoffen bij varkens (PVV) 2008) in deze verplichting voor de vleeskalver- en varkenssector. Veehouders waren verplicht via een kwaliteitssysteem of op een andere manier deel te nemen aan de Monitoring Kritische Stoffen. Door de opheffing van de productschappen, zijn de bepalingen opgenomen in de productschapsverordeningen komen te vervallen. Hierdoor is de behoefte ontstaan aan verduidelijking van de verplichting tot zelfcontrole in de Regeling diergeneesmiddelen.

Artikel 8.9 van de Regeling diergeneesmiddelen bevat de verplichting tot zelfcontrole voor een eigenaar van een inrichting voor de eerste verwerking van primaire producten van dierlijke oorsprong. Het huidige artikel 8.10 behoeft in aanvulling daarop wijziging om deze verplichting ook voor verschillende betrokken partners in de veehouderijsector, waaronder de veehouders, op ondubbelzinnige wijze in stand te houden. Deze verplichting blijft niet beperkt tot de vleeskalver- en varkenssector, maar geldt voor alle sectoren in de veehouderij.

Maatschappelijke achtergrond

De recente vondst van het verboden middel clenbuterol bij een vleeskalverhouder en de furazolidonaffaire toont aan dat fraude met verboden groeibevorderaars nog steeds een actueel probleem is. Het bedrijfsleven is verantwoordelijk voor de veiligheid, kwaliteit en integriteit van vlees en andere producten in de gehele keten. Door de bepaling in de Regeling diergeneesmiddelen te verhelderen worden de onduidelijkheden over de verantwoordelijkheid van veehouders weggenomen. Zij zullen via zelfcontrole moeten kunnen aantonen dat hun de dieren die worden aangeboden voor verwerking vrij zijn van niet toegestane residugehalten van diergeneesmiddelen en dat de dieren tijdens hun leven geen verboden stoffen toegediend hebben gekregen. De zelfcontrole zal elementen moeten bevatten waaruit dit blijkt. De NVWA zal hierop toezien. De overheid stelt hen daarbij in de gelegenheid om zelf invulling te geven aan de verplichting. Bij voorkeur vindt de verplichte zelfcontrole plaats via een privaat kwaliteitssysteem, maar deelname hieraan is niet verplicht voor de veehouder.

Regeldruk

De onderhavige wijziging van de regeling diergeneesmiddelen is een verduidelijking van de bestaande regelgeving, daarom worden geen extra administratieve lasten verwacht.

Inwerkingtreding

De regeling treedt in werking op 1 juli 2015. Daarmee wordt aangesloten bij de zogenoemde vaste verandermomenten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309). De vereiste termijn van twee maanden tussen de publicatiedatum en het tijdstip van inwerkingtreding wordt ruimschoots aan voldaan.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven