Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit Naktuinbouw 2014

Het bestuur van Naktuinbouw besluit:

Artikel 1. Organisatie

De Stichting Naktuinbouw is een zelfstandig bestuursorgaan en bestaat uit:

  • a. een stichtingsbestuur, bijgestaan door een secretaris, hierna te noemen: ‘bestuur’, met sectorbesturen, als bedoeld in de artikelen 5 en 12 van de Statuten van Naktuinbouw;

  • b. een directeur, bijgestaan door een managementteam;

  • c. een managementteam, waarin opgenomen een Hoofd Keuringen.

Artikel 2. Taken en verantwoordelijkheden secretaris

  • 1. De secretaris wordt mandaat verleend om namens het bestuur te beslissen en stukken te ondertekenen inzake:

    • a. het toezicht op de correcte uitvoering van de door of namens het bestuur genomen besluiten en

    • b. de administratieve leiding van de bestuurlijke organisatie en de werk-zaamheden, verbonden aan de vergaderingen van het bestuur en de sectorbesturen.

  • 2. De secretaris wordt door het bestuur tevens gemandateerd tot het verstrek-ken van inlichtingen als bedoeld in artikel 11 lid 1 van de Zaaizaad- en Plant-goedwet 2005 (Stbl. 2005, 184) alsmede tot het voeren van bestuurlijke verantwoordingsgesprekken met de ambtena(a)r(en) van het Ministerie van Economische Zaken die, op voet van het bepaalde in het Informatie- en Aansturingsprotocol als bedoeld in artikel 4 lid 2 van de Statuten van Naktuinbouw, met het uitoefenen van Rijkstoezicht is/zijn belast.

Artikel 3.

  • 1. Voorts wordt, ter zake van de navolgende (juridische) aangelegenheden, de secretaris mandaat verleend om namens het bestuur te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:

    • a. het niet-ontvankelijk verklaren van een op het werkterrein van Nak-tuinbouw betrekking hebbend bezwaarschrift, waarin geen sprake is van een besluit, dat vatbaar is voor bezwaar of beroep;

    • b. het niet-ontvankelijk, dan wel gegrond of ongegrond verklaren van een bezwaarschrift dat gericht is tegen een besluit, voortvloeiend uit artikel 21, leden 5 en 7 van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005, de keurings-reglementering als bedoeld in hoofdstuk 6 van deze wet alsmede uit de verzoeken, als bedoeld in artikel 4 lid 5 van dit besluit, indien het niet betreft een bezwaarschrift dat, gelet op zijn aard en inhoud, door het bestuur dient te worden afgedaan;

    • c. de verdaging van een beslissing op een bezwaarschrift als bedoeld in de onderdelen a. en b. van dit artikellid;

    • d. verweerschriften en andere schrifturen in gedingen aanhangig bij de bestuursrechter, voortvloeiende uit besluiten, genomen krachtens de onderdelen a. en b. van dit artikellid;

    • e. het instellen van hoger beroep of verzet, het indienen van een verzoek tot voorlopige voorziening of een verzoek om opheffing of schorsing van een voorlopige voorziening of het instellen van een ander rechts-middel tegen rechterlijke uitspraken in gedingen, waarin Naktuinbouw partij is;

    • f. de vergoeding van de kosten van het voeren van bezwaar- of beroeps-procedures;

    • g. het behandelen van algemeen bestuurlijk-juridische aangelegenheden, niet zijnde de aangelegenheden als bedoeld in dit artikel, leden 1 en 2.

  • 2. Het bestuur verleent de secretaris machtiging om – met het oog op het voe-ren van een gerechtelijke procedure waarbij Naktuinbouw partij is – namens het bestuur stukken (waaronder bezwaar-, beroep-, verweer- en klaagschrif-ten) te doen opstellen, ondertekenen en te doen indienen, alsmede het be-stuur ter zitting te vertegenwoordigen, haar als vertegenwoordiger te verkla-ren en aldaar te verrichten al hetgeen in het belang van het bestuur mocht worden geoordeeld, waaronder ingesteld beroep of berechting van geschillen, welke bij een geschillencommissie of voor een Nederlandse rechter aanhangig zijn gemaakt.

Artikel 4. Taken en verantwoordelijkheden directeur en het Hoofd Keuringen

  • 1. De directeur is verantwoordelijk voor de leiding van de dagelijkse werkzaam-heden van de stichting, als nader bepaald in een directiereglement, dat door het bestuur dient te worden vastgesteld.

  • 2. Aan de directeur Keuringen en het Hoofd Keuringen wordt mandaat verleend om namens het bestuur te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende het nemen van een besluit, voortvloeiend uit artikel 21, leden 5 en 7 van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005, het (algemene) toezicht op de naleving van de voorschriften, als bedoeld in hoofdstuk 6 van deze wet, waaronder het verbinden van voorwaarden of voorschriften aan een erkenning of registratie, het schorsen, intrekken of doorhalen van een erkenning of registratie en het treffen van maatregelen als bedoeld in artikel 47, alsmede om functionarissen van Naktuinbouw aan te wijzen, die de in dit lid genoemde beslissingen of maatregelen uitvoeren.

  • 3. De directeur wordt gemachtigd om namens het bestuur te beslissen en stuk-ken te ondertekenen betreffende:

    • a. de uitgifte van legitimatiebewijzen aan keurmeesters of andere buiten-dienstfunctionarissen van Naktuinbouw en

    • b. de beantwoording van aan het bestuur gerichte individuele brieven, het werkterrein van zijn directie betreffende, voor zover het antwoord zich beperkt tot een beschrijving van vigerend keurings-, kwaliteits-, kwali-teitszorg- en controlebeleid, terwijl ook overigens uit de aard en de inhoud van de desbetreffende brieven niet voortvloeit dat de beantwoording door het bestuur of namens deze door de secretaris van Naktuinbouw dient plaats te vinden of te worden ondertekend.

  • 4. Onverminderd het bepaalde in lid 2 van dit artikel wordt aan de directeur en aan het Hoofd Keuringen een exclusieve bevoegdheid toegekend ter zake van de individuele leverancier en het individuele, geregistreerde of erkende bedrijf te beslissen, stukken uit te reiken of te doen uitreiken en te ondertekenen betreffende de uitvoering van artikel 21, leden 5 en 7 van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 en het al dan niet voldoen aan het bepaalde in hoofdstuk 6 van deze wet, welke stukken zijn: de mededeling tot opschorting of staking van activiteiten en het dwangbevel als bedoeld in artikel 21 leden 5 en 7 van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005, de berichten van keuring, de berichten van herkeuring, de bezoekrapportages, auditrapporten en de certificaten van Naktuinbouw, die betrekking hebben op het in de handel brengen van teeltmateriaal als in hoofdstuk 6 van de Zaaizaad- en Plantgoedwet 2005 bedoeld.

  • 5. De directeur kan aan één of meer onder hem ressorterende functionarissen van Naktuinbouw schriftelijk ondermandaat verlenen voor de uitoefening van de bevoegdheden voortvloeiende uit de leden 2, 3, 4, 6 en 10 van dit artikel.

  • 6. De directeur en het Hoofd Keuringen wordt mandaat verleend om namens het bestuur te beslissen en stukken te ondertekenen inzake verzoeken op voet van de Wet Openbaarheid van Bestuur, de Wet Nationale Ombudsman en de Regeling Invoer, Uitvoer en Verkeer van Planten (Stscrt. 27 mei 1993, nr. 98) en alle latere wijzigingen van deze Regeling en wetten.

  • 7. De directeur treedt namens het bestuur op bij besprekingen en overleggen aangaande keuringsvoorschriften, zowel nationaal als internationaal, waar-onder die ten behoeve van de Europese Commissie.

  • 8. Bij afwezigheid of ontstentenis van de directeur wordt zijn plaats ingenomen door een door deze aan te wijzen Hoofd, dat zitting heeft in het management-team van Naktuinbouw. In dat geval treedt dat Hoofd op als plaatsvervan-gend-directeur en heeft alle (operationele) verantwoordelijkheden en be-voegdheden die de directeur heeft indien het niet een aangelegenheid betreft die, gelet op aard en inhoud, door het bestuur of de secretaris dient te wor-den afgedaan en behoudens de bevoegdheid, als in lid 9 van dit artikel ge-noemd.

  • 9. De directeur fungeert als bestuurder in het kader van alle verplichtingen en activiteiten voortvloeiend uit de Wet op de Ondernemingsraden. Hij is geman-dateerd tot het voeren van onderhandelingen met de werknemers inzake de arbeidsvoorwaardelijke regelingen van Naktuinbouw.

  • 10. De directeur en het Hoofd Keuringen worden gemachtigd om namens het be-stuur te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende de verzoeken ge-daan door kwekersrechthouders als bedoeld in artikel 64 van de Zaaizaad- en plantgoedwet 2005.

Artikel 5. Tekeningsbevoegdheid

  • 1. De ondertekening, bedoeld in artikel 2 en artikel 3 door de secretaris, luidt: ‘Het bestuur van Naktuinbouw, voor deze: de secretaris’.

  • 2. De ondertekening, bedoeld in artikel 4 leden 2, 3, 6 en 9 door de directeur, luidt: ‘Het bestuur van Naktuinbouw, voor deze: de directeur Naktuinbouw’.

  • 3. De ondertekening voortvloeiend uit hetgeen is bepaald in artikel 4 lid 8 voor het door de directeur aangewezen Hoofd, luidt: ‘Het bestuur van Naktuin-bouw, voor deze: de plaatsvervangend-directeur Naktuinbouw’.

  • 4. De ondertekening voortvloeiend uit hetgeen is bepaald in artikel 4, leden 2, 4, 6 en 10 door het Hoofd Keuringen, luidt: ‘Het bestuur van Naktuinbouw, voor deze: Hoofd Keuringen Naktuinbouw’.

  • 5. De ondertekening, bedoeld in artikel 4 lid 5 door de onder de directeur ressorterende functionaris luidt: ‘De directeur van Naktuinbouw, voor deze: [vermelding van naam en functie van de desbetreffende functionaris]’.

Artikel 6. Slotbepalingen

  • 1. Het besluit van het bestuur van Naktuinbouw d.d. 8 december 2005, nr. 2005/08, wordt ingetrokken.

  • 2. Dit besluit treedt in werking op 14 maart 2014 en kan worden aangehaald als: ‘Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit Naktuinbouw 2014’.

Aldus besloten op 14 maart 2014

(w.g.) H.J. H.J. Lange, Voorzitter bestuur.

R.G.J. Broenink, Secretaris.

R.A.Th. Bleijswijk, Hoofd Keuringen.

J.W.J. van Leeuwen, Bestuurslid.

J.E.M. van Ruiten, Directeur.

Naar boven