Mandaatbesluit 2014 Bureau Financieel Toezicht

Het bestuur van het Bureau Financieel Toezicht (BFT), c.q. de voorzitter van het bestuur BFT:

Gelet op afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht (Awb);

Gelet op artikel 110 Wet op het notarisambt;

Gelet op artikel 30 Gerechtsdeurwaarderswet;

Gelet op artikel 24 en 31 Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Gelet op artikel 5 Uitvoeringsbesluit Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Gelet op het artikel 1 Besluit aanwijzing toezichthouders Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de volgende besluiten worden genomen met betrekking tot de uitvoering van de taken van het BFT;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1. Beslissingsmandaat: de bevoegdheid om in naam van de voorzitter van het bestuur BFT besluiten te nemen.

  • 2. Ondertekeningsmandaat: de bevoegdheid om in naam van de voorzitter van het bestuur BFT besluiten, correspondentie (en overige documenten) te ondertekenen.

  • 3. Vertegenwoordigingsmandaat: de bevoegdheid om namens de voorzitter van het bestuur BFT het BFT (in rechte) te vertegenwoordigen.

  • 4. Ondermandaat: een door een gemandateerde verleend mandaat (als bedoeld in artikel 10:9 Awb).

Artikel 2. Beslissingsmandaat

Het beslissingsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 3. Ondertekeningsmandaat

Het ondertekeningsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 4. Vertegenwoordigingsmandaat

Het vertegenwoordigingsmandaat wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 5. Ondermandaat

De bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat aan een medewerker van het BFT wordt opgedragen aan iedere functionaris die is aangesteld in de functie van directeur BFT.

Artikel 6. Uitvoering (onder)mandaat

  • 1. Een krachtens (onder)mandaat genomen besluit vermeldt dat het namens de voorzitter van het bestuur BFT is genomen.

  • 2. De ondertekening van een krachtens (onder)mandaat genomen besluit alsmede van de op de gemandateerde bevoegdheden betrekking hebbende brieven geschiedt als volgt:

    Bureau Financieel Toezicht,

    de voorzitter van het bestuur,

    voor deze,

    [Handtekening gemandateerde]

    [Naam gemandateerde]

    [Functie gemandateerde]

Artikel 7. Intrekking

Overeenkomstig artikel 10:8 van de Awb kan het bestuur BFT c.q. de voorzitter daarvan het (onder)mandaat intrekken.

Artikel 8. Mandaat inzake dagelijkse gang van zaken

  • 1. In het kader van de dagelijkse gang van zaken mag de directeur BFT (passend binnen de begroting en taakstelling van het BFT) verplichtingen aangaan en (individuele) betalingen doen tot een maximum bedrag van € 250.000,– per betaling.

  • 2. De directeur BFT mag tijdelijk personeel aanstellen of inhuren binnen de grenzen genoemd onder het eerste lid.

Artikel 9. Slotbepalingen

  • 1. Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Mandaatbesluit 2014 Bureau Financieel Toezicht’.

  • 2. Het Mandaatbesluit BFT 2012 vastgesteld door het bestuur BFT op 16 mei 2012 wordt hierbij ingetrokken.

  • 3. Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

  • 4. Dit besluit treedt in werking met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014.

  • 5. Dit besluit ligt ter inzage op het kantoor van het BFT en zal op de website van het BFT (www.bureauft.nl ) worden geplaatst.

Utrecht, 17 april 2014

Bureau Financieel Toezicht, de voorzitter van het bestuur, A. Hammerstein

Naar boven