Het zich met een klein schip bevinden in een gedeelte van het aanloopgebied, terwijl de visserij wordt uitgeoefend, Redegebied Hoek van Holland/aanloopgebied

BEKENDMAKING AAN DE SCHEEPVAART

Nr. 022/2014

Met dezelfde strekking als een verkeersteken tevens verkeersbesluit

Redegebied Hoek van Holland/aanloopgebied

Het zich met een klein schip bevinden in een gedeelte van het aanloopgebied.terwijl de visserij wordt uitgeoefend.

De Havenmeester van Rotterdam, werkzaam bij Havenbedrijf Rotterdam N.V., tevens Rijkshavenmeester regio Rotterdam-Rijnmond;

overwegende dat:

  • de aanloop naar de haven van Rotterdam, door de aanleg van Maasvlakte 2 is veranderd;

  • het aanloopgebied van de haven van Rotterdam, als omschreven in de bijlage 1 onderdeel f, van het Scheepvaartreglement territoriale zee zich in het voorzorgsgebied “Maas” bevindt, waar drie verkeersscheidingsstelsels en de Maasmond samenkomen;

  • dit gebied een grote verkeersintensiteit kent, waaronder de vaart met diepgaande schepen en de beloodsing van grote zeeschepen per tender of helikopter, waarbij soms afwijkende koersen moeten worden gevaren;

  • de aanwezigheid in dit gebied, van kleine schepen die de visserij bedrijven op de vaarroute van genoemde zeeschepen gevaarlijke verkeersituaties kan opleveren;

  • er maatregelen genomen dienen te worden ter verzekering van de veiligheid en het vlotte verloop van de scheepvaart in het hierboven genoemde gebied.

gelet op:

  • artikel 4, eerste lid onder c Scheepvaartverkeerswet;

  • artikel 13, derde lid eerste aandachtsstreepje, van het Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer;

  • artikel 8 juncto, artikel 5, eerste lid van de Scheepvaartverkeerswet;

  • artikel 1 van het besluit mandaat en machtiging Havenmeester Rotterdam.

gezien:

  • het gehouden overleg met Sportvisserij Federatie Zuidwest aangaande het onderhavige besluit namens Havenmeester van Rotterdam.

besluit:

Artikel 1

Het is de schipper van een klein schip verboden zich te bevinden, voor het bedrijven van de visserij, in het gedeelte van de territoriale zee dat ligt binnen het gebied begrensd door een lijn die loopt van het licht zuiderpier 51°59.14' N; 004°02.49' O, vandaar naar 51° 59,6’ N 004° 00,2’ E (MVN boei), vandaar naar 51°56.88' N; 003°38.86' O (ZW hoek van aanloopgebied), vandaar naar 51°58.57' N; 003°38.29' O, en vandaar naar 52°02.08' N; 003°39.21' O; vandaar naar 52°03.79' N; 003°40.65' O, en vandaar naar 52°05.84' N; 003°42.43' O; vandaar naar 52°07.13' N; 003°44.66' O (MN2 boei), vandaar naar 52°07.18' N; 003°55.95' O (MN3 boei), en vandaar naar 52°07.19' N; 004°00.08' O; vandaar naar 51°59.67' N; 004°02.84' O (Licht Noorderpier) en vandaar naar 51°59.14' N; 004°02.49' O (terug bij de Zuiderpier) zoals weergegeven in bijgevoegde kaart.

Artikel 2

De Bekendmaking nummer 88/1998 wordt hierbij ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst en treedt in werking op de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, namens deze, De havenmeester van Rotterdam, werkzaam bij Havenbedrijf Rotterdam N.V., R.J. de Vries

n.b.

  • Inlichtingen kunnen worden ingewonnen bij Verkeerscentrale Hoek van Holland, de Wachtchef verkeersafhandeling, telefoonnummer 010-252 2801 of marifoonkanaal 11.

  • Het niet naleven van dit verkeersbesluit levert een strafbaar feit op.

Mogelijkheid tot het indienen van een bezwaarschrift:

Bezwaar.

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden een bezwaarschrift indienen tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu, ter attentie van Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, afdeling Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, postbus 20901, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

  • a. naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen;

  • e. zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt.

Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.

Naar boven