Regeling van de Nederlandsche Bank NV van 7 maart 2014, kenmerk 2013/346532, houdende wijziging van de Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011

De Nederlandsche Bank NV,

Gelet op artikel 3:72 van de Wet op het financieel toezicht, in samenhang met artikel 131 van het Besluit prudentiële regels Wft, alsmede gelet op artikel 3:74c van de Wet op het financieel toezicht, in samenhang met artikel 135a Besluit prudentiële regels Wft;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011 wordt gewijzigd als volgt:

A

Aan artikel 1:1 wordt, onder vervanging van de punt aan het eind van onderdeel d in een puntkomma, het volgende onderdeel toegevoegd:

  • e. AIFM-richtlijn: Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PbEU 2011, L 174).

B

Artikel 2:1, eerste lid, onderdeel d, komt te luiden als volgt:

  • d. een elektronische geldinstelling of betaalinstelling als bedoeld in artikel 130, derde lid, aanhef, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 5 bij deze regeling;

C

In artikel 2:1, eerste lid, worden na onderdeel d de volgende onderdelen ingevoegd:

  • e. een premiepensioeninstelling als bedoeld in artikel 130, vijfde lid, aanhef, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 12 bij deze regeling;

  • f. een beheerder als bedoeld in artikel 130, zesde lid, aanhef, van het Besluit, zoals opgenomen in bijlage 13 bij deze regeling.

D

Artikel 2:2, eerste lid, komt te luiden als volgt:

  • 1. Een clearinginstelling, beleggingsonderneming, of bank als bedoeld in artikel 130, eerste lid, van het Besluit, een elektronische geldinstelling of betaalinstelling als bedoeld in artikel 130, derde lid van het Besluit, een bijkantoor als bedoeld in artikel 130, vierde lid, van het Besluit, een premiepensioeninstelling als bedoeld in artikel 130, vijfde lid, van het Besluit en een beheerder als bedoeld in artikel 130, zesde lid, van het Besluit verstrekken de staten, bedoeld in artikel 130, eerste, derde, vierde, vijfde en zesde lid, van het Besluit aan DNB met de frequenties en binnen de termijnen, zoals vermeld in de bijlage 6 bij deze regeling.

E

Aan artikel 2:2 wordt het volgende lid toegevoegd:

  • 6. Een beheerder op welke het ingevolge de wet bepaalde, met uitzondering van de artikelen 3:74c, 4:37l tot en met 4:37m, 5:19a en 5:25c van de wet, niet van toepassing is op grond van artikel 1:13b van de wet, verstrekt de staten als bedoeld in bijlage 6 die op hem van toepassing zouden zijn indien de beheerder zou beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 van de wet, met uitzondering van de staten genoemd in onderdeel B van tabel 6.5 van die bijlage.

F

In artikel 4:4 wordt ‘bijlagen 1 tot en met 5 en 11’ vervangen door: bijlagen 1 tot en met 5, 11, 12 en 13.

G

Onderdeel 6.2 van bijlage 6 wordt vervangen door het volgende:

6.2. Elektronische geldinstellingen en betaalinstellingen

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

Rapportage geldt voor:

     

een betaal- of elektronische geldinstelling als bedoeld in artikel 3:72, eerste lid van de Wft, onder solo toezicht:

Balans

Per halfjaar

30 werkdagen na de verslagperiode

Ja

Winst- en verliesrekening

idem

idem

Ja

Buitenbalans en overig

idem

idem

Ja

Berekening Toetsingsvermogen

idem

idem

Ja

Methode A, B of C

idem

idem

Ja

Verklaring

idem

idem

Ja

H

Na paragraaf 6.3 Beleggingsondernemingen in Nederland wordt ingevoegd:

6.4 Premiepensioeninstellingen

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

PPI VSJ000 t/m VSJ125

jaarlijks

Uiterlijk 31 mei na de verslagperiode

PPI VSJ135 t/m VSJ180

jaarlijks

Uiterlijk 31 mei na de verslagperiode

PPI KW

kwartaalstaat

Binnen 6 weken na de verslagperiode

6.5 Beheerders

A. Beheerders met zetel in Nederland van een icbe

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

FINREPBSACT

Geconsolideerde balans (activa)

per kalender halfjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

FINREPBSPAS

Geconsolideerde balans (passiva)

FINREPVW

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

OFF-BS

Verplichtingen buiten de balans

EV

Minimum vereist eigen vermogen

SOLVKAPB

Minimumomvang toetsingsvermogen

SOLVVKE

Vastekosteneis

COREP

Berekening toetsingsvermogen

FUNDINFO

Basisinformatie beleggingsinstellingen onder beheer

Verklaring

Verklaring beheerder

B. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in 2:65 Wft

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

FINREPBSACT

Geconsolideerde balans (activa)

per kalender halfjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

FINREPBSPAS

Geconsolideerde balans (passiva)

FINREPVW

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

OFF-BS

Verplichtingen buiten de balans

EV

Minimum vereist eigen vermogen

SOLVKAPB

Minimumomvang toetsingsvermogen

SOLVVKE

Vastekosteneis

COREP

Berekening toetsingsvermogen

Verklaring

Verklaring beheerder

C. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:66a, derde lid, Wft, die niet beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalenderjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

AIF FILE 24(1)1

Te verstrekken abi-specifieke informatie

X Noot
1

De vaststelling van het model voor de staat volgt uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening, de frequentie en de indieningstermijn worden bij deze regeling vastgesteld.

D. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die op vrijwillige basis een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft heeft verkregen en die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het totaal aan beheerde activa niet groter is dan € 500.000.000, de beleggingsinstellingen geen gebruik maken van hefboomfinanciering, en geen recht tot inkoop of terugbetaling van rechten van deelneming in de verschillende beleggingsinstellingen kan worden uitgeoefend gedurende een periode van vijf jaar vanaf het tijdstip waarop de rechten in de verschillende beleggingsinstellingen voor het eerst zijn verworven

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalenderjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

AIF FILE 24(1)1

Te verstrekken abi-specifieke informatie

AIF FILE 24(2)1

Aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken abi-specifieke informatie, alsmede: Resultaten van stresstests

ADD INFO

informatie als bedoeld in artikel 15, tweede lid, in samenhang met artikel 20, van de AIFM-richtlijn

X Noot
1

De vaststelling van het model voor de staat volgt uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening, de frequentie en de indieningstermijn worden bij deze regeling vastgesteld.

E. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die: a. op vrijwillige basis een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft heeft verkregen en die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het totaal aan beheerde activa niet groter is dan € 100.000.000 en de beleggingsinstellingen gebruik maken van hefboomfinanciering; of b. die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft en die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het vermogen de € 500.000.000 niet overstijgt en die gebruik maken van hefboomfinanciering.

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalenderjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

AIF FILE 24(11

Te verstrekken abi-specifieke informatie

AIF FILE 24(2)1

Aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken abi-specifieke informatie, alsmede: Resultaten van stresstests

ADD INFO

informatie als bedoeld in artikel 15, tweede lid, in samenhang met artikel 20, van de AIFM-richtlijn

X Noot
1

De vaststelling van het model voor de staat volgt uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening, de frequentie en de indieningstermijn worden bij deze regeling vastgesteld.

F. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft en die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het totaal aan beheerde activa de in artikel 2:66a Wft bedoelde drempel van € 100.000.000 respectievelijk € 500.000.000 overstijgt, maar niet boven de € 1.000.000.000 uitkomt

Staat

Frequentie

Frequentie voor de beleggingsinstelling waarvan de activa boven de € 500 mln. uitkomt

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalender halfjaar

n.v.t.

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

ADD INFO

informatie als bedoeld in artikel 15, tweede lid, in samenhang met artikel 20, van de AIFM-richtlijn

AIF FILE 24(1)1

Te verstrekken abi-specifieke informatie

Per kalender halfjaar

Per kalenderkwartaal

AIF FILE 24(2) 1

Aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken abi-specifieke informatie, alsmede: Resultaten van stresstests

X Noot
1

Zowel de vaststelling van het model als de frequentie en de indieningstermijn volgen uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening.

G. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft en die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het totaal aan beheerde activa boven de € 1.000.000.000 uitkomt

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalenderkwartaal

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

AIF FILE 24(1)1

Te verstrekken abi-specifieke informatie

AIF FILE 24(2)1

Aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken abi-specifieke informatie, alsmede: Resultaten van stresstests

ADD INFO

informatie als bedoeld in artikel 15, tweede lid, in samenhang met artikel 20, van de AIFM-richtlijn

X Noot
1

Zowel de vaststelling van het model als de frequentie en de indieningstermijn volgen uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening.

H. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft, voor elke door hem beheerde beleggingsinstelling zonder hefboomfinanciering die overeenkomstig haar kernbeleggingsbeleid in niet-beursgenoteerde ondernemingen en uitgevende instellingen belegt om zeggenschap te verwerven

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIFM FILE 24(1)1

Te rapporteren abi-beheerderspecifieke informatie

Per kalenderjaar

Uiterlijk op de laatste werkdag van de maand die volgt op de verslagperiode

ADD AIFM INFO

Gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert

AIF FILE 24(1)1

Te verstrekken abi-specifieke informatie

AIF FILE 24(2)1

Aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken abi-specifieke informatie, alsmede: Resultaten van stresstests

ADD INFO

informatie als bedoeld in artikel 15, tweede lid, in samenhang met artikel 20, van de AIFM-richtlijn

X Noot
1

Zowel de vaststelling van het model als de frequentie en de indieningstermijn volgen uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening.

I. Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft en die beleggingsinstellingen beheert die in aanzienlijke mate met hefboomfinanciering werken als bedoeld in artikel 24, vierde lid, van de AIFM-richtlijn1

Staat

Frequentie

Indieningstermijn

AIF FILE 24(4)2

Abi-specifieke informatie die aan de bevoegde autoriteiten moet worden verstrekt

Conform de overige door de betreffende beheerder in te dienen staten

Conform de overige door de betreffende beheerder in te dienen staten

X Noot
1

De categorie I geldt in aanvulling op categorie E, F, of G

X Noot
2

Zowel de vaststelling van het model als de frequentie en de indieningstermijn volgen uit artikel 110 van de Gedelegeerde Verordening.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin de regeling wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Nederlandsche Bank NV, A.J. Kellermann, Directeur.

TOELICHTING

Deze regeling wijzigt de Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011 (‘Rsfo’). De wijzigingen betreffen met name de implementatie van richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PbEU 2011, L 174, hierna: ‘AIFM-richtlijn’).

AIFM-richtlijn

Voor een inhoudelijke toelichting op de implementatie van de AIFM-richtlijn verwijst DNB naar de relevante kamerstukken in het dossier met nummer 33 235, en de toelichting bij het Besluit van 4 juli 2013 tot wijziging van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, het Besluit markttoegang financiële ondernemingen, het Besluit prudentiële regels Wft en enige andere besluiten in verband met implementatie van richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) Nr. 1060/2009 en (EU) Nr. 1095/2010 (PbEU 2011, L 174) (Stb. 2013, 293).

Uit artikel 2:65, aanhef en onderdeel a, Wft volgt dat het verboden is om een Nederlandse beleggingsinstelling te beheren of rechten van deelneming in een beleggingsinstelling in Nederland aan te bieden of als Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling een beleggingsinstelling te beheren of rechten van deelneming in een beleggingsinstelling aan te bieden zonder dat de beheerder van de beleggingsinstelling een door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning voor het beheren van beleggingsinstellingen heeft. Op sommige Nederlandse beheerders van een beleggingsinstelling is deze verbodsbepaling niet van toepassing. Dat blijkt uit artikel 2:66a Wft. Deze uitgezonderde Nederlandse beheerders van een beleggingsinstelling dienen wel periodiek aan DNB informatie te verstrekken met betrekking tot de voornaamste financiële instrumenten waarin zij handelen en de voornaamste risicoposities en de belangrijkste concentraties van de door hem beheerde beleggingsinstellingen (artikel 2:66a, derde lid, onderdeel b, Wft). Dit komt tot uitdrukking in onderdeel C van tabel 6.5.

Bij genoemde vrijstelling is een opt-in mogelijkheid als bedoeld in artikel 2:66a, vijfde lid, Wft. Beheerders kunnen op vrijwillige basis een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft aanvragen. Onderdelen D en E van tabel 6.5 zien (voor wat betreft categorie E gedeeltelijk) op deze opt-in beheerders. De fondsinformatie die deze beheerders dienen in te dienen, is vastgesteld in bijlage IV bij de Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 231/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad ten aanzien van vrijstellingen, algemene voorwaarden voor de bedrijfsuitoefening, bewaarders, hefboomfinanciering, transparantie en toezicht (PbEU 2013, L 83, hierna: ‘de Gedelegeerde Verordening’). De frequentie en indieningstermijn is echter niet bij de Gedelegeerde Verordening vastgesteld. Deze regeling voorziet daar wel in. Deze situatie is aangegeven met een voetnoot. De opt-in beheerders dienen naast de fondsinformatie de zgn. beheerdersinformatie bedoeld in onderdeel B van tabel 6.5 in te dienen.

Omdat de Gedelegeerde Verordening directe werking heeft, volgen de daarin opgenomen verplichtingen direct uit die verordening en volgen deze niet uit de Rsfo. Teneinde in de Rsfo een volledig beeld te schetsen van de ter zake van kracht zijnde rapportageverplichtingen, geeft DNB in tabel 6.5 ook de in de Gedelegeerde Verordening vastgelegde modellen weer. Zoals hierboven opgemerkt is, is in sommige gevallen het model van de staat vastgesteld in bijlage IV van de Gedelegeerde Verordening, zonder dat daarbij indieningstermijn en frequentie is vastgesteld en is dit aangegeven met een voetnoot. Daar waar zowel het model als de indieningstermijn en frequentie reeds zijn vastgesteld bij de Gedelegeerde Verordening, is dit eveneens met een voetnoot aangegeven.

De naam van een in te dienen staat is in de eerste kolom opgenomen. In de tweede kolom staat een omschrijving van de betreffende staat. Bij staten aan de hand waarvan de fondsrapportages ingediend worden (AIFM FILE 24(1), AIF FILE 24(1,2, resp. 4) en ADD AIFM INFO) is telkens de omschrijving opgenomen zoals deze wordt gebruikt in bijlage IV van de Gedelegeerde Verordening.

ADD AIFM INFO (gedetailleerde lijst van alle abi’s die de abi-beheerder beheert) betreft een rapportage die ingevolge artikel 24, derde lid, van de AIFM-richtlijn op verzoek moet worden verstrekt. Hoewel het model van deze staat is opgenomen in bijlage IV van de Gedelegeerde Verordening, volgt de verplichting om deze staat in te dienen niet uit de Gedelegeerde Verordening, omdat het hier een lidstaatoptie betreft. DNB acht het essentieel te beschikken over een overzicht van alle beleggingsinstellingen (abi’s) per beheerder, en stelt daarom deze verplichting vast bij de Rsfo.

Voor de goede orde merkt DNB op dat een beheerder met een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft zowel de set van staten genoemd in onderdeel B van tabel 6.5 zal moeten indienen, als de set van staten die genoemd worden in het op de beheerder betrekking hebbende onderdeel van de tabel uit de onderdelen D t/m G (die betrekking hebben op de in beheer zijnde beleggingsinstellingen), én – indien van toepassing – onderdeel I. Uit onderdeel I van tabel 6.5 volgt dat iedere Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft en die beleggingsinstellingen beheert die in aanzienlijke mate met hefboomfinanciering werken als bedoeld in artikel 24, vierde lid, van de AIFM-richtlijn, een aanvullende staat dient aan te leveren, te weten: AIF FILE 24(4).

Uit onderdeel H van tabel 6.5 volgt dat een private-equitybeheerder de te aan te leveren informatie slechts jaarlijks hoeft aan te leveren.

Uit artikel 1:13b Wft volgt dat een zgn. non-EU beheerder niet beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft, maar dat het ingevolge artikel 3:74c Wft bepaalde ten aanzien van beheerders van beleggingsinstellingen wel van toepassing is op het conform artikel 42 AIFM-richtlijn in Nederland aanbieden van rechten van deelneming in een beleggingsinstelling door deze non-EU beheerder. In dit verband wordt aan artikel 2:2 Rsfo een zesde lid toegevoegd dat bepaalt dat een beheerder als bedoeld in artikel 1:13b Wft de staten als bedoeld in bijlage 6 verstrekt, die op hem van toepassing zouden zijn indien de beheerder zou beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 van de Wft. Als voorbeeld wordt hier genoemd een non-EU beheerder die portefeuilles van beleggingsinstellingen beheert waarvan het totaal aan beheerde activa groter is dan € 1.000.000.000. Deze beheerder verstrekt aan DNB de staten die worden genoemd in onderdeel B (beheerdersinformatie) en onderdeel G (fondsinformatie) van tabel 6.5.

Overige wijzigingen

Naast de aan de implementatie van de AIFM-richtlijn gerelateerde wijzigingen wordt een omissie ten aanzien van premiepensioeninstellingen hersteld en worden de staten en de frequentie voor betaalinstellingen en elektronische geldinstellingen aangepast.

Het slotformulier van de Rsfo bepaalt dat enkele bijlagen bij de Rsfo ter inzage liggen bij DNB. Dit geldt thans ook voor de modellen voor de staten voor beheerders en premiepensioeninstellingen (bijlagen 12 en 13). Zij zijn te raadplegen via de website van DNB: http://www.dnb.nl/statistiek/eline-dnb .

De Nederlandsche Bank NV, A.J. Kellermann, Directeur.

Naar boven