Beleidsregels behandeling aanvragen nieuwe, pasopgeleide rapporteurs FPPO

BR 20140213

Inleiding

Periodiek herijkt het College gerechtelijk deskundigen (College) de omlijning, registratie-eisen en toetsingsprocedure van de genormeerde deskundigheidsgebieden. Voor het deskundigheidsgebied Forensische Psychiatrie, Forensische Psychologie en Forensische Orthopedagogiek (FPPO) treden per 1 juni 2014 de herijkte registratie-eisen FPPO in werking voor de periode 2014-2018.

In de nieuwe eisen FPPO is een onderscheid aangebracht in de eisen die gelden voor de verschillende typen aanvragers (zie document 003. Forensische Psychiatrie, Forensische Psychologie en Forensische Orthopedagogiek Omlijning, registratie-eisen en toetsingsprocedure versie 2.1 juni 2014 – juni 2018). Voor nieuwe rapporteurs, rapporteurs die (nog) niet in staat zijn geweest zelfstandig zaaksrapporten op te maken, geldt dat zij vanaf 1 juni 2014 op basis van vijf rapporten een aanvraag kunnen indienen. Dit moeten rapporten zijn die zij in het kader van een opleiding tot rapporteur en onder supervisie hebben opgemaakt. Dit aantal is lager dan de op dit moment nog geldende eis van acht zaaksrapporten. Uit overleg met het NIFP bleek het NRGD dat een groot aantal nieuwe, pasopgeleide rapporteurs daarom wacht met het indienen van de aanvraag tot registratie in het NRGD totdat de nieuwe eisen ingaan.

Zowel voor de rapportagepraktijk als voor het NRGD is het wachten met het doen van een aanvraag niet wenselijk. Voor de rapportagepraktijk betekent dit een stagnatie van de instroom van nieuwe rapporteurs. Juist rapporteurs die net van de opleiding komen willen zo snel mogelijk met de opgedane kennis en ervaring aan de slag gaan. Door te wachten met een aanvraag tot registratie duurt het langer voor een pasopgeleide rapporteur zelfstandig kan rapporteren. Bovendien betekent dit voor het NRGD dat het in de zomer van 2014 een aanzienlijke piek van aanvragen zal moeten verwerken. Dit zal tot een ongewenste vertraging in de doorlooptijd van de aanvraagprocedure leiden.

Besluit College

Naar aanleiding van de hiervoor geschetste problematiek heeft het College besloten de aanvragen van nieuwe, pasopgeleide rapporteurs FPPO al per 1 maart 2014 te toetsen aan de registratie-eisen die gelden voor de periode juni 2014 – juni 2018.

Het College heeft de volgende beleidsregels vastgesteld:

  • Het moet gaan om aanvragen van nieuwe, pasopgeleide rapporteurs. Deze rapporteurs zijn niet eerder in de gelegenheid geweest zelfstandig te rapporteren in de context van het strafrecht. De nieuwe, pasopgeleide rapporteurs beschikken uitsluitend over onder supervisie opgemaakte zaaksrapporten die zij in het kader van een afgeronde opleiding tot forensisch rapporteur hebben opgemaakt.

    NB: het gaat dus niet om aanvragen van rapporteurs die rapporten onder supervisie hebben opgemaakt in het kader van een bij- of nascholingstraject en waarbij de opleiding tot forensisch rapporteur niet (gelijktijdig) is gevolgd.

  • Aanvragen van nieuwe, pasopgeleide rapporteurs worden getoetst aan de registratie-eisen 2014-2018 zoals vermeld in het document 003. Forensische Psychiatrie, Forensische Psychologie en Forensische Orthopedagogiek Omlijning, registratie-eisen en toetsingsprocedure, versie 2.1 (juni 2014 – juni 2018) en conform de daarin vermelde toetsingsprocedure voor nieuwe rapporteurs, type A(ii). De registratie-eisen (Deel II van het Document FPPO) kunt u downloaden via de website www.nrgd.nl onder Aanmelden/ FPPO onder Document FPPO 2014–2018.

  • Bij de aanvraag tot registratie dient de aanvrager een kopie van het certificaat van de opleiding tot forensisch rapporteur te overleggen. Dit certificaat betreft het specifieke deskundigheidsgebied (jeugdstrafrecht of volwassenen strafrecht) waarvoor de aanvraag tot registratie wordt gedaan.

  • Op de Lijst met zaaksinformatie dienen tenminste vijf onder supervisie in het kader van de opleiding tot rapporteur opgemaakte zaaksrapporten vermeld te worden. Per rapport moet worden opgegeven wie de supervisor is geweest.

    NB: De supervisie die in het kader van de opleiding tot forensisch rapporteur is genoten dient te voldoen aan de door het College op 12 december 2013 vastgestelde definitie daarvan:

    ‘Onder supervisie verstaat het NRGD het beoordelen van andermans werk, het gezamenlijk reflecteren op het werk en het begeleiden van een gesuperviseerde in het kader van een opleiding of bijscholingstraject. Supervisor en gesuperviseerde staan hierbij in een hiërarchische verhouding tot elkaar en de supervisor is de deskundige die in ieder geval wordt benoemd. De supervisor ziet het object van onderzoek (de onderzochte) zodanig dat deze het onderzoek van de gesuperviseerde kan controleren, de conclusies daarvan kan onderschrijven en voor zijn rekening kan nemen. De supervisor ondertekent het rapport in ieder geval.’

    NB: De eis van vijf onder supervisie opgemaakte rapporten geldt per deeldeskundigheidsgebied. Dit betekent dus dat voor een aanvraag voor FPPO 003.1 Strafrecht volwassenen – psychiatrie of voor FPPO 003.2 Strafrecht volwassenen – psychologie vijf volwassenenrapporten en voor een aanvraag voor FPPO 003.3 Strafrecht jeugdigen – psychiatrie of FPPO 003.4 Strafrecht jeugdigen – psychologie/orthopedagogiek vijf jeugdrapporten op de zaakslijst vermeld moeten worden.

  • Registratie geschiedt per 1 juni 2014 of later, afhankelijk van wanneer de behandeling van de aanvraag is afgerond. De nieuwe, pasopgeleide rapporteur komt uitsluitend in aanmerking voor registratie voor beperkte duur van in beginsel twee jaar.

    NB: zie ook Beleidskader registratie voor beperkte duur dat is gepubliceerd in de Nieuwsbrief NRGD januari 2014, editie 47. Dit beleidskader kunt u nalezen via de website www.nrgd.nl onder Nieuwsbrieven.

Naar boven