Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 3 februari 2014, nr. 474374, houdende regeling van de rechtspositie van de leden van de Commissie toezicht bescherming persoonsgegevens BES

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 47 van de Wet bescherming persoonsgegevens BES;

Besluit:

Artikel 1

• 1. De leden van de Commissie toezicht bescherming persoonsgegevens BES ontvangen een vergoeding ten laste van de Minister.

• 2. Om aanspraak te kunnen maken op deze vergoeding, ondertekenen de leden van de commissie een presentielijst en dienen zij een gespecificeerde declaratie in bij de Minister.

• 3. De vergoeding voor de voorzitter bedraagt USD 306 per vergadering. Voor de overige leden van de commissie bedraagt de vergoeding USD 272 per vergadering.

• 4. De leden van de commissie ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfkosten overeenkomstig de Reis- verblijf- en verhuiskostenregeling ambtenaren BES, met dien verstande dat alleen de werkelijk gedane uitgaven worden vergoed.

Artikel 2

• 1. De leden van de commissie hebben geen functies of nevenfuncties die ongewenst zijn met het oog op een goede vervulling van hun functie in de commissie of de handhaving van hun onafhankelijkheid of van het vertrouwen daarin.

• 2. De leden van de commissie melden het voornemen tot het aanvaarden van een functie of nevenfunctie aan de Minister.

• 3. De functies en nevenfuncties van de leden worden openbaar gemaakt. Openbaarmaking geschiedt door het ter inzage leggen van een opgave van deze functies en nevenfuncties bij de commissie en bij de Minister.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2014.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rechtspositie leden Commissie toezicht bescherming persoonsgegevens BES.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’ s-Gravenhage, 3 februari 2014

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten.

TOELICHTING

Algemeen

De Commissie toezicht persoonsgegevens BES heeft krachtens artikel 44, eerste en tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens BES (hierna: Wbp BES) tot taak om toe te zien op de verwerking van persoonsgegevens en vervult overigens de taken die haar bij wet en ingevolge verdrag zijn opgedragen. In deze regeling worden conform artikel 47 van de Wbp BES nadere regels gesteld over de rechtspositie van de leden van de commissie.

Artikelsgewijs

Artikel 1

In dit besluit wordt de hoogte van de vergoeding voor de voorzitter vastgesteld op USD 306 per vergadering, en voor de overige leden op USD 272 per vergadering. Deze vergoedingen blijven onder het gestelde maximum in de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies, hoewel deze wet niet van toepassing is op Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Bij het bepalen van deze bedragen is gekeken naar de aard van de werkzaamheden, de bevoegdheden van de commissie, alsmede het vereiste opleidings- en functioneringsniveau en het statuur van de commissieleden. De werkzaamheden van de commissie zullen in de beginfase voornamelijk zijn gericht op het creëren van bewustzijn en draagvlak bij lokale overheden en bedrijven met betrekking tot het verwerken en beveiligen van persoonsgegevens. Daarna zal het zwaartepunt naar verwachting meer komen te liggen op toezicht en handhaving, inclusief het uitoefenen van de daarbij behorende bevoegdheden die de Wbp BES aan de commissie toekent. Tot deze bevoegdheden behoren onder meer het in het kader van een onderzoek binnentreden van een woning en het opleggen van een last onder bestuursdwang. Deze werkzaamheden en bevoegdheden vragen van de commissie een structurele inzet, visie en strategie. De leden van de commissie moeten voldoende zijn toegerust om deze taken op een goede en verantwoorde manier uit te oefenen. Artikel 45, tweede lid, van de Wpb BES bepaalt dat de voorzitter moet voldoen aan de vereisten voor benoembaarheid tot rechter in het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. Om deze reden is bij het vaststellen van de hoogte van de vergoeding ook gekeken naar het salarispeil van een rechter in Caribisch Nederland. Voorts dienen de leden van de commissie kennis te hebben van zowel de publieke en private sector van de eilanden als van de regelgeving rond bescherming van persoonsgegevens. Tot slot is de hoogte van de vergoedingen van de commissie afgestemd op de kosten van het levensonderhoud en het prijspeil van Caribisch Nederland.

Artikel 2

De commissie vervult krachtens artikel 44, derde lid, van de Wbp BES haar taak in onafhankelijkheid. In dit artikel wordt de onafhankelijkheid van de commissie gewaarborgd, door te bepalen dat de leden van de commissie geen functies of nevenfuncties mogen uitoefenen die deze onafhankelijkheid in gevaar kunnen brengen dan wel de schijn zouden kunnen opwekken dat ze deze onafhankelijkheid in gevaar kunnen brengen. De functies en nevenfuncties van de leden van de commissie zijn met het oog op transparantie en controleerbaarheid van de overheid openbaar.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten.