Gemeente Leudal - Verkeersbesluit 2014/01 - Aanleg van twee voetgangersoversteekplaatsen in de Haelerweg en Molenweg in Horn

Verkeersbesluit 2014/01

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN LEUDAL;

Overwegingen ten aanzien van het besluit

dat door de gemeente Leudal, Postbus 3008, 6039 ZG te Heythuysen, een verzoek is ingediend om twee voetgangersoversteekplaatsen te realiseren in de Haelerweg en Molenweg in Horn;

Gelet op:

dat op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 er een verkeersbesluit moet worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens, alsmede voor de onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

de bepalingen in de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) en de Algemene wet bestuursrecht;

de mandaatregeling gemeente Leudal 2013 van het college van Burgemeester en Wethouders van 9 april 2013. Hierin is de teamleider gemachtigd tot het nemen van verkeersbesluiten als bedoeld in artikel 18, lid 1, sub d van de Wegenverkeerswet 1994 met betrekking tot alle wegen waarvoor de bevoegdheid tot het nemen van deze besluiten bij het college van burgemeester en wethouders berust.

Overwegende:

dat krachtens artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 deze maatregelen genomen worden:

- om de veiligheid op de weg te verzekeren;

- ter bescherming van weggebruikers en passagiers;

- in verband met de instandhouding van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

dat de Haelerweg en Molenweg gelegen zijn binnen de bebouwde kom van de kern Horn;

dat de Haelerweg en Molenweg wegen zijn als bedoeld in artikel 18 lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994;

dat er op beide wegen een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur geldt;

dat de Haelerweg en Molenweg onder beheer zijn van de gemeente Leudal en dat het college van de gemeente Leudal derhalve bevoegd is tot het nemen van het verkeersbesluit.

Is het gewenst om:

voetgangersoversteekplaatsen te realiseren ter hoogte van de Haelerweg 19 en de Molenweg 15 in Horn;

op het wegdek van de Haelerweg en de Molenweg de voetgangersoversteekplaats kenbaar te maken met markering, zoals bedoeld in artikel lid 2 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990.

Motivering:

de Haelerweg en Molenweg gebruikt worden als een schoolroute voor kinderen naar basisschool de Mussenberg in Horn;

er per werkdag gemiddeld 3.200 voertuigen gebruik maken van de Haelerweg en hierdoor met name in de ochtendspits onvoldoende hiaten aanwezig zijn om veilig te kunnen oversteken;

er een initiatief is om verkeersbrigadiers op bij beide voetgangersoversteekplaatsen in te zetten om schoolgaande kinderen veilig naar de overkant te begeleiden;

het onverharde pad naast de molen tussen de Molenweg en de Graaf Philipsstraat wordt beklinkerd om de schoolroute te optimaliseren;

dit pad alleen toegankelijk is voor voetgangers om zo de veiligheid van schoolgaande kinderen te waarborgen;

overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is er overleg gepleegd met de politie van de basiseenheid Leudal/Maasgouw van de politie Limburg Noord.

BESLUIT

• 1. door het aanbrengen van zebramarkering op het wegdek als bedoeld in artikel 49 lid 2 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 voetgangersoversteekplaatsen te realiseren ter hoogte van de Haelerweg 19 en Molenweg 15 in Horn;

• 2. de voetgangersoversteekplaatsen te ondersteunen met het bord L2 van bijlage 1 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990.

Een en ander zoals op de bij dit besluit behorende en zodanig gewaarmerkte tekening is aangegeven;

Heythuysen, 12 februari 2014

Namens het college van burgemeester en wethouders van Leudal,

T.H.P. Ruijters

teamleider Beheer Openbare Ruimte, Veiligheid, Toezicht en Handhaving

Mededelingen

Bijlagen

- Tekening "Aanleg van twee voetgangersoversteekplaatsen in de Haelerweg en Molenweg in Horn” met tekeningnummer VB.2014/01.

Afschrift:

- Politie Limburg Noord basiseenheid Leudal/Maasgouw, de heer H. Draak, Postbus 52, 5900 AB VENLO.

Dit besluit met de daarbij behorende bescheiden ligt ter inzage bij de publieksbalie in het gemeentehuis van Leudal, Leudalplein 1 te Heythuysen van 13 februari 2014 tot 27 maart 2014.  

Bezwaar- of beroepsclausule

Tegen het besluit staat bezwaar open. Heeft u opmerkingen, vragen of wilt u meer weten over dit besluit, bel dan met dhr. Feld, 0475 – 85 90 00. Vindt u dat het besluit onjuist is, dien dan binnen zes weken een bezwaarschrift in en stuur dit naar burgemeester en wethouders van Leudal, postbus 3008, 6093 ZG Heythuysen. Weet u niet zeker of u deze bezwaarschriftenprocedure wilt volgen of wilt u met ons overleggen over de oplossing voor uw probleem? Neem dan contact met ons op via dhr. Feld, 0475 – 85 90 00. Let op: overleg zo nodig hoe u de bezwaartermijn van zes weken veilig kunt stellen.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

• 1. de naam en het adres van de indiener(s);

• 2. de dagtekening;

• 3. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht, en

• 4. de gronden van het bezwaar (motivering)

Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, Postbus 950, 6040 AZ Roermond. Het verzoek dient te zijn ondertekend en tenminste het volgende te bevatten:

• 1. de dagtekening van het bezwaar;

• 2. vermelding van de datum van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

• 3. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft overgelegd.

Naar aanleiding van het verzoek kan de bevoegde voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken Rechtbank wijst de verzoeker na de indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigd griffierecht moet worden voldaan.

Ingevolge het bepaalde in artikel 7:15 van de Algemene wet bestuursrecht kunt u voordat het bestuursorgaan op uw bezwaar heeft beslist verzoeken om vergoeding van de in verband met het bezwaar gemaakte kosten.