Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 december 2014, 697014-130483-VGP, houdende wijziging van de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008 in verband met aanpassing tarieven NVWA, COKZ en Agentschap CBG

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 11 van het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen en artikel 3, derde lid, van het Warenwetbesluit Nieuwe voedingsmiddelen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt:

a. ‘€ 0,01121’ vervangen door: € 0,01138;

b. ‘€ 68,28’ vervangen door: € 69,30;

c. ‘€ 525,42’ vervangen door: € 533,30;

d. ‘€ 0,01457’ vervangen door: € 0,01479;

e. ‘€ 88,77’ vervangen door: € 90,10;

f. ‘€ 683,05’ vervangen door: € 693,30;

g. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

h. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

2. In het tweede lid wordt:

a. ‘€ 734,94’ vervangen door: € 745,96;

b. ‘€ 1469,87’ vervangen door: € 1491,92;

c. ‘€ 2939,79’ vervangen door: € 2983,89;

d. ‘€ 4409,68’ vervangen door: € 4475,83;

e. ‘€ 955,40’ vervangen door: € 969,73;

f. ‘€ 1910,84’ vervangen door: € 1939,50;

g. ‘€ 3821,71’ vervangen door: € 3879,04;

h. ‘€ 5740,41’ vervangen door: € 5826,52.

3. In het derde lid wordt:

a. ‘€ 35,05’ vervangen door: € 35,58;

b. ‘€ 408,85’ vervangen door: € 414,98.

B

In artikel 5 wordt:

1. ‘€ 0,01121’ vervangen door: € 0,01138;

2. ‘€ 68,28’ vervangen door: € 69,30;

3. ‘€ 525,42’ vervangen door: € 533,30;

4. ‘€ 0,01457’ vervangen door: € 0,01479;

5. ‘€ 88,77’ vervangen door: € 90,10;

6. ‘€ 683,05’ vervangen door: € 693,30;

7. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

8. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

C

In artikel 6 wordt:

1. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

2. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

D

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt ‘€ 74,50’ vervangen door: € 75,25.

2. In onderdeel c wordt ‘€ 18,63’ vervangen door: € 18,82.

3. In onderdeel d wordt ‘€ 69,10’ vervangen door: € 69,70.

E

In artikel 8 wordt ‘€ 35,– per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door de persoon die met de werkzaamheden is belast.’ vervangen door:

  • a. € 55,88 starttarief;

  • b. € 18,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door de persoon die met de werkzaamheden is belast; en

  • c. € 69,00 administratiekosten.

F

In artikel 9 wordt:

1. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

2. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

G

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 74,50’ vervangen door: € 75,25.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 18,63’ vervangen door: € 18,82.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 69,10’ vervangen door: € 69,70.

H

In artikel 11 wordt ‘€ 35,– per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door iedere persoon die belast is met de controle op die inrichting.’ vervangen door:

  • a. € 55,88 starttarief;

  • b. € 18,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door de persoon die met de werkzaamheden is belast; en

  • c. € 69,00 administratiekosten.

I

In artikel 12 wordt:

1. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

2. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

J

In artikel 13 wordt ‘€ 36,48’ vervangen door: € 37,03.

K

In artikel 14 wordt:

1. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56;

2. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26.

L

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt ‘€ 8,35’ telkens vervangen door: € 8,48.

2. In het derde lid wordt ‘€ 27,84’ telkens vervangen door: € 28,26.

M

Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt ’27,84’ telkens vervangen door: € 28,26;

2. In het derde lid wordt ‘€ 8,35’ telkens vervangen door: € 8,48.

N

Artikel 18 vervalt.

O

In artikel 19, onderdeel b, wordt ‘€ 0,1183’ vervangen door: € 0,1201.

P

Artikel 23 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 52,22’ vervangen door: € 53,00.

2. In het tweede en vierde lid wordt ‘€ 116,77’ telkens vervangen door: € 118,52.

3. In het tweede tot en met vierde lid wordt ‘€ 26,11’ telkens vervangen door: € 26,50.

4. In het vijfde lid, onderdeel a, wordt ‘€ 74,50’ vervangen door: € 75,25.

5. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 18,63’ vervangen door: € 18,82

6. In het vijfde lid, onderdeel c, wordt ‘€ 69,10’ vervangen door: € 69,70.

7. In het zesde lid wordt ‘€ 35,– per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door iedere persoon die belast is met de controle op die inrichting.’ vervangen door:

  • a. € 55,88 starttarief;

  • b. € 18,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden is besteed door de persoon die met de werkzaamheden is belast; en

  • c. € 69,00 administratiekosten.

Q

In artikel 23a wordt:

1. ‘€ 27,84’ vervangen door: € 28,26;

2. ‘€ 155,23’ vervangen door: € 157,56.

R

In artikel 23c, eerste lid, wordt:

1. ‘€ 60’ vervangen door: € 60,90;

2. ‘€ 86,31 of € 78’ vervangen door: € 79,17.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het eerste lid is een retributie verschuldigd van € 317,71 indien de werkzaamheden betrekking hebben op de aanvraag tot vervanging of wijziging van een eerder afgegeven exportcertificaat of exportverklaring.

S

Artikel 23d wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘€ 17,12’ vervangen door: € 19,39.

2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 16,00’ vervangen door: € 16,16.

T

In artikel 24, tweede lid, wordt ‘€ 25.838,–’ vervangen door: € 10.500,-.

ARTIKEL II

  • 1. Artikel I, onderdelen D, E, G, H, N, P, vierde tot en met zevende lid, S en T, treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

  • 2. Artikel I, onderdelen A, B, C, F, I tot en met M, O, P, eerste tot en met derde lid, Q en R, treedt in werking met ingang van 1 april 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

TOELICHTING

Algemeen

Bij het Warenwetbesluit retributies levensmiddelen zijn retributies vastgesteld die door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (verder: NVWA) en het Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel (verder: COKZ) in rekening worden gebracht voor keuring- en toezichtwerkzaamheden met betrekking tot de handel in en de productie van bepaalde producten van dierlijke oorsprong. De tarieven van deze retributies zijn opgenomen in de Warenwetregeling vaststelling van tarieven voor retributies levensmiddelen 2008 (verder: de warenwetregeling).

Het streven naar kostendekkende tarieven leidt tot periodieke aanpassing van de retributies aan loon- en prijsontwikkelingen, voor zover deze ontwikkelingen van invloed zijn op kosten die de NVWA en het COKZ maken bij het verrichten van de hiervoor genoemde keuring- en toezichtwerkzaamheden. Deze regeling zorgt voor de aanpassing van de tarieven.

De tariefsverhoging in deze regeling (artikel I, onderdelen A tot en met M en O tot en met S) is in overeenstemming met verordening (EG) 882/20041 en de in die verordening genoemde mogelijkheid om de werkelijke kosten in rekening te brengen.

Het ontwerp van deze regeling is ter informatie gezonden aan de deelnemers aan het Regulier Overleg Warenwet (ROW)2.

Administratieve lasten en bedrijfseffecten

Deze regeling heeft geen effect op de administratieve lasten of nalevingskosten. Tarieven en retributies zijn financiële lasten en vallen als zodanig buiten de definitie van regeldruk. Zij worden aldus niet aangemerkt als regeldruk die voortvloeit uit wet- of regelgeving.

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdelen A, B, C, F, I tot en met M, O, P, eerste tot en met derde lid, Q en R, eerste en tweede lid

De aanpassing aan loon- en prijsontwikkelingen leidt tot een verhoging van 1,5% van de retributies die de NVWA in rekening brengt. Deze indexering is gebaseerd op de gewogen prijsindex voor loonkostenontwikkeling en voor materiële overheidsconsumptie uit de Handleiding Overheidstarieven 2015 van het Ministerie van Financiën.

Artikel I, onderdelen D, G en P, vierde tot en met zesde lid

De aanpassing aan loon- en prijsontwikkelingen leidt tot een verhoging van ongeveer 1% van de retributies die het COKZ in rekening brengt. Het betreft de eerste tariefsverhoging sinds 2010.

Artikel I, onderdelen E, H en P, zevende lid

In de genoemde onderdelen is de opbouw van de tarieven gewijzigd en in overeenstemming gebracht met de opbouw van de tarieven zoals opgenomen in de artikelen 7, 10 en 23, vijfde lid, van de warenwetregeling. Deze opbouw is transparanter dan het huidige tarief dat werd gehanteerd door het Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (verder: het CPE). Het COKZ heeft per 1 juli 2012 de taken van het CPE overgenomen. De nieuwe tariefsopbouw zal in het algemeen leiden tot lagere kosten voor het bedrijfsleven.

Artikel I, onderdeel N

Artikel 18 van de warenwetregeling had betrekking op werkzaamheden die werden uitgevoerd door medewerkers van het Productschap Vis. In verband met het opheffen van de product- en bedrijfschappen (Kamerstukken II 2013/14, 33 910) is deze taak overgenomen door de NVWA. Dit artikel kan bijgevolg vervallen.

Artikel I, onderdeel R, derde lid

Bij de afgifte van exportverklaringen en exportcertificaten wordt een nieuw tarief opgenomen voor een aanvraag tot vervanging of wijziging van een eerder uitgegeven exportverklaring (het zogenoemde replacement) op verzoek van de aanbieder. Het gaat om het vervangen of wijzigen van een exportverklaring of exportcertificaat waarvan de partij al is vertrokken. Indien een partij in een ander land geblokkeerd staat, kan vervanging of wijziging van een exportverklaring of exportcertificaat nodig zijn. De NVWA moet dan beoordelen of de partij aan de gewenste eisen/voorwaarden van het importerende land voldoet. Aangezien de partij al is vertrokken, moet de NVWA het nodige onderzoek doen om te beoordelen of het vervangende of gewijzigde exportverklaring of exportcertificaat kan worden afgegeven. De daarmee samenhangende werkzaamheden vergen veel tijd, waarvoor het reguliere tarief ontoereikend is gebleken.

Artikel I, onderdeel S

Het tarief van € 19,39 is opgebouwd uit het tarief van het basiscertificaat van het COKZ (€ 14,25) en de opslag voor het gebruik van het CLIENT-systeem ten behoeve van de NVWA (€ 5,14; in 2014: € 5,00). Het tarief van het basiscertificaat is ten opzichte van 2014 ongewijzigd gebleven. De opslag voor het gebruik van het CLIENT-systeem is in opdracht van de NVWA verhoogd met 2,7% tot € 5,14.

Artikel I, onderdeel T

Sinds 16 mei 1997 is verordening (EG) nr. 258/973 van kracht. Verordening (EG) 258/97 stelt regels inzake het in de handel brengen van nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten in de Europese Unie. Hierbij spelen de lidstaten van de Europese Unie een belangrijke rol, met name bij het vaststellen van adviezen over kennisgevingen en verslagen van eerste beoordelingen van voor de eerste keer in de handel te brengen producten. In de artikelen 3 tot en met 6 van verordening (EG) 258/97 is beschreven op welke wijze dat gebeurt. Voor Nederland zijn ter zake nadere voorschriften vastgesteld bij het Warenwetbesluit Nieuwe voedingsmiddelen.

Sinds 2005 heeft het Agentschap CBG de taak de in de voorgaande alinea bedoelde adviezen over kennisgevingen en verslagen van eerste beoordelingen vast te stellen. Het opstellen van deze adviezen en verslagen is een vorm van toelating, bedoeld in het rapport ‘Maat houden’. De kosten hiervan dienen doorberekend te worden aan de bedrijven die een individueel toerekenbaar profijt/voordeel van deze toelating hebben. In artikel 3, tweede lid, van het Warenwetbesluit Nieuwe voedingsmiddelen is daarom bepaald dat voor het opstellen van een advies over een kennisgeving of het verslag van een eerste beoordeling, per ingediende aanvraag een retributie in rekening zal worden gebracht. De tarieven van deze retributies zijn vastgesteld bij artikel 24 van de warenwetregeling. Na analyse van deze tarieven door het Agentschap CBG is vastgesteld dat het tarief voor het opstellen van het verslag van een eerste beoordeling moet worden aangepast. Voor het midden- en kleinbedrijf in Nederland in deze sector moet het mogelijk zijn om aanvragen voor nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten in Nederland te laten beoordelen voor de Europese toelating. Het tarief voor het opstellen van het verslag van de eerste beoordeling wordt dan ook verlaagd. Het tarief voor het opstellen van een advies over een kennisgeving blijft gelijk (artikel 24, eerste lid, van de warenwetregeling).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Verordening (EG) nr. 882/2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEU 2004, L 165).

X Noot
2

Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van ondernemers (industrie en handel), van consumenten, van ministeries (met name van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en van Economische Zaken) en van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

X Noot
3

Verordening (EG) nr. 258/97 betreffende nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten (PbEG 1997, L 43).

Naar boven