U bent nu hier: Publicaties Officiële publicaties
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 3, aanhef en onder b, van de Wet op de bijzondere opsporingsdiensten, artikel 10 van de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg, en de artikelen 3, 6, vierde lid, 19, 20, 21, 22, vijfde lid, 23, 24 en 30 van het Besluit gebruik burgerservicenummer in de zorg, de artikelen 14 en 32 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en de artikelen 6.2.5 en 7.2.3 van de Wet langdurige zorg, de artikelen 65 en 68a van de Wet marktordening gezondheidszorg, de Zorgverzekeringswet en het Besluit zorgverzekering, de Geneesmiddelenwet en het Besluit Geneesmiddelenwet, artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies, artikel 2.7 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, artikel 9, tweede lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, de Wet financiering sociale verzekeringen en het Besluit Wfsv, de artikelen 6, tweede en derde lid, 8, zevende lid, 17, tweede lid, 25, tweede lid, 31, tweede lid, en 47 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, de Invorderingswet 1990, artikel 4, derde en vijfde lid, van de Penitentiaire beginselenwet en artikel 5, vierde lid, van de Penitentiaire maatregel, artikel 3, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen en artikel 2, vierde lid, van het Reglement justitiële jeugdinrichtingen, de Vreemdelingenwet 2000 en het Vreemdelingenbesluit, artikel 71 van de Organisatiewet sociale verzekeringen en artikel 41 van de Wet financiering volksverzekeringen, de artikelen 8, vierde lid en 14, tweede lid, van de Wet sociale werkvoorziening en de artikelen 3, derde lid, 8, zesde lid, 16, eerste en zesde lid, en 18, tweede lid, onderdeel c, van het Besluit uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken, artikel 2, tweede lid, onderdeel j, van de Wet privatisering ABP en artikel X 5, vierde lid, van de Algemene militaire pensioenwet;
Besluit:
De Regeling toedeling strafrechtelijke handhaving AWBZ en Zvw wordt als volgt gewijzigd:
A
1. Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel b wordt ‘zorg als bedoeld in artikel 6, eerste en tweede lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: zorg in natura als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet langdurige zorg.
b. In onderdeel c wordt ‘persoonsgebonden budgetten als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Regeling subsidies AWBZ’ vervangen door: persoonsgebonden budgetten als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet langdurige zorg.
B
In artikel 3 wordt ‘AWBZ’ vervangen door: Wlz.
In artikel 2 van de Regeling gebruik burgerservicenummer in de zorg wordt ‘in artikel 52, eerste, vierde en vijfde lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: in artikel 9.1.1, vierde lid, van de Wet langdurige zorg.
De Regeling bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid 2011 wordt als volgt gewijzigd:
A
1. In artikel 1 wordt onderdeel i vervangen door twee nieuwe onderdelen, luidende:
i. het CAK: het CAK, genoemd in artikel 6.1.1 van deWet langdurige zorg;
j. het CIZ: het CIZ, genoemd in artikel 7.1.1. van de Wet langdurige zorg.
B
In artikel 2 wordt de punt aan het slot van onderdeel e vervangen door een komma en wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
f. het CIZ.
C
In artikel 3, zesde lid, wordt na ‘bestuursleden’ ingevoegd: , met uitzondering van de bestuursleden van het CAK en van het CIZ,.
D
Aan artikel 11 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Dit hoofdstuk is, met inachtneming van de tussen de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het CIZ gemaakte afspraken over de concretisering van de juridische status van het CIZ in de periode 2015 – 2019, waar mogelijk van overeenkomstige toepassing op het CIZ.
E
Na artikel 17a wordt een artikel toegevoegd, luidende:
In de jaarrekening van het CIZ wordt onderscheid gemaakt tussen de kosten verbonden aan het nemen van indicatiebesluiten als bedoeld in artikel 3.2.3 van de Wet langdurige zorg, de kosten verbonden aan het nemen van indicatiebesluiten als bedoeld in artikel 5.2.1 en het nemen van besluiten als bedoeld in artikel 5.2.2 van het Besluit langdurige zorg, en de kosten verbonden aan de uitvoering van het Besluit uitvoering kinderbijslag.
F
In artikel 20 wordt na ‘het CAK,’ ingevoegd: het CIZ,.
G
In artikel 23 wordt ‘bestuursorganen volksgezondheid 2011’ vervangen door: zelfstandige bestuursorganen VWS.
De Regeling categorieën persoonsgegevens WMG wordt als volgt gewijzigd:
A
1. Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
a. In de onderdelen 1, 4a, 10b, 10c, 10f, 11, 12 en 13 wordt ‘rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
b. In de onderdelen 9 en 10 wordt ‘AWBZ-verzekeraars en rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: Wlz-uitvoerders en zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
c. In onderdeel 10a wordt ‘een AWBZ-verzekeraar en rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: Wlz-uitvoerders en zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
B
In artikel 3 wordt in de onderdelen 3 en 4 ‘rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
C
In artikel 4 wordt in de onderdelen 1 tot en met 6 en 8 wordt ‘rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
D
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
a. In de onderdelen 1, 3a, 6, 9 en 13 wordt ‘rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
b. In de onderdelen 3 en 4 wordt ‘een AWBZ-verzekeraar en rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: Wlz-uitvoerders en zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
c. In onderdeel 5 wordt ‘een AWBZ-verzekeraar dan wel een rechtspersoon als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: een Wlz-uitvoerder dan wel een zorgkantoor als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
d. In onderdeel 8 wordt ‘AWBZ-verzekeraars en rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: Wlz-uitvoerders en zorgkantoren als bedoeld in artikel 4.2.4 van de Wet langdurige zorg.
De Regeling persoonsgegevens vrijwillige ziektekostenverzekeringen WMG wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, onderdeel c, wordt ‘anders dan de verzekering van rechtswege ingevolge de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: anders dan de verzekering van rechtswege ingevolge de Wet langdurige zorg.
B
In artikel 3, onderdeel g, wordt ‘of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: of de Wet langdurige zorg.
C
In artikel 6, onderdeel c, wordt ‘de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten voor doelen omschreven in artikel 2 van de Regeling persoonsgegevens zorgverzekeraars AWBZ’ vervangen door: de Wet langdurige zorg voor doelen omschreven in de Regeling langdurige zorg.
De Regeling zorgverzekering wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2.37, derde lid, onderdeel a, wordt ‘bijzondere ziektekostenverzekering’ vervangen door: verplichte verzekering voor langdurige zorg.
B
Aan hoofstuk 2, § 1, wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:
C
In artikel 6.3.1, tweede lid, onderdeel b, wordt ‘Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: Wet langdurige zorg.
D
In artikel 6.4a.1 wordt ‘Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: Wet langdurige zorg.
In artikel 6.5, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling Geneesmiddelenwet wordt ‘waarop aanspraak bestaat krachtens de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: bedoeld in artikel 4a van de Wet publieke gezondheid.
In artikel 4, eerste lid, onderdeel c, onder 1° en 3° van de Subsidieregeling donatie bij leven wordt telkens ‘de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ telkens vervangen door: de Wet langdurige zorg.
In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, 2˚, en tweede lid, van de Subsidieregeling stageplaatsen zorg II wordt ‘de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: de Wet langdurige zorg.
Artikel 1, eerste lid, van de Regeling toedeling opsporingstaken persoonsgebonden budgetten wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt ‘als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Regeling subsidies AWBZ’ vervangen door: als bedoeld in artikel 3.3.3 van de Wet langdurige zorg.
2. In onderdeel b wordt ‘verstrekking van aanspraken op zorg krachtens artikel 6, tweede lid, van deAlgemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: verstrekking van zorg als bedoeld in artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg.
In de bijlage bij de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector wordt ‘AWBZ’ vervangen door: Wet langdurige zorg.
In de bijlage 3, 4, 9 en 10 van de Regeling eindtermen en toetstermen examens financiële dienstverlening Wft wordt ‘AWBZ’ telkens vervangen door Wet langdurige zorg.
De Regeling Wfsv wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 1.1 wordt ‘– AWBZ: de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door:
– Wlz: De Wet langdurige zorg.
2. In artikel 5.16, onderdeel c, wordt ‘Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: Fonds langdurige zorg.
3. In artikel 5.17, zesde lid, wordt ‘Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: Fonds langdurige zorg.
In artikel 6, tweede lid, onderdeel c, 1°, van de Uitvoeringsregeling Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt ‘dan wel een contract heeft met een zorgkantoor voor het leveren zorg in natura ingevolge de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’vervangen door: dan wel een overeenkomst heeft met een Wlz-uitvoerder voor het leveren van zorg in natura ingevolge de Wet langdurige zorg.
De Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 wordt als volgt gewijzigd:
1. Artikel 12, tweede lid, onderdeel e, komt te luiden:
e. het bedrag op een bank- of girorekening dat in het kader van de Wet studiefinanciering 2000 of de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten is verkregen in de vorm van leningen.
2. Artikel 14, eerste lid, onderdeel c, onder 2˚, vervalt.
3. In artikel 15, eerste lid, onderdeel c, wordt ‘de premie, bedoeld in artikel 17 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: de premie voor verzekering ingevolge de Wet langdurige zorg.
4. In artikel 40ca, eerste lid, onderdeel c, onder 1˚ wordt ‘dan wel een contract heeft met een zorgkantoor voor het leveren van zorg in natura ingevolge de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: dan wel een overeenkomst heeft met een Wlz-uitvoerder voor het leveren van zorg in natura ingevolge de Wet langdurige zorg.
In artikel 6, tweede lid, onderdeel b, van de Erkenningsregeling penitentiair programma 2004 wordt ‘waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 6 van deAlgemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: als bedoeld in artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg.
In artikel 6, tweede lid, onderdeel b, van de Regeling erkenning scholings- en trainingsprogramma wordt ‘waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 6 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: als bedoeld in artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg.
In artikel 7.1e van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 wordt ‘- de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten’ vervangen door: – de Wet langdurige zorg.
In artikel 1, onderdeel c, van de Liquiditeitsregeling Centrale Sociale Verzekeringsfondsen wordt ‘het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten, genoemd in artikel 38 van deWet financiering volksverzekeringen en de Algemene Kas, genoemd in artikel 71 van de Ziekenfondswet’ vervangen door: het Fonds langdurige zorg, genoemd in artikel 89 van de Wet financiering sociale verzekeringen, en het Zorgverzekeringsfonds, genoemd in artikel 39 van de Zorgverzekeringswet.
In de bijlage behorend bij artikel 11 van de Regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken 2008, onder 18 en 29, wordt ‘AWBZ-voorziening’ telkens vervangen door: voorziening op grond van de Wet langdurige zorg.
In artikel 10a, onderdeel a, onder 2, van de Voorzieningenregeling voor militaire oorlogs- en dienstslachtoffers wordt ‘bedoeld in artikel 2 van het Bijdragebesluit zorg indien het verblijf in een instelling of verzorgingshuis vanwege het ontbreken van passende woonruimte noodzakelijk is’ vervangen door: bedoeld in de artikelen 3.3.2.1 en 3.3.2.2 van het Besluit langdurige zorg.
De Regeling gebruik burgerservicenummer in de zorg berust mede op artikel 9.1.1, vierde lid, van de Wet langdurige zorg.
De Regeling bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid 2011 berust mede op de artikelen 5.2.3, tweede lid, 6.2.5 en 7.2.3, eerste lid, van de Wet langdurige zorg.
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015, met uitzondering van artikel VI, onderdeel B.
2. Indien het bij koninklijke boodschap van 10 september 2012 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg en enkele andere wetten, teneinde te voorkomen dat zorgverzekeraars zelf zorg verlenen of zorg laten aanbieden door zorgaanbieders waarin zij zelf zeggenschap hebben (Kamerstukken I 2013/14, 33 362, A) tot wet is of wordt verheven en artikel II, onderdeel C, van die wet in werking treedt, treedt artikel VI, onderdeel B, op hetzelfde tijdstip in werking.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn
Met de Wet langdurige zorg (Wlz) is per 1 januari 2015 voorzien in een nieuwe wettelijke regeling van de aanspraken op langdurige zorg. In de wet is voorzien in overgangsrecht voor situaties waarin dat op zijn plaats werd geacht. In een algemene maatregel van bestuur (amvb), te weten: het Besluit langdurige zorg (Blz) en een ministeriële regeling, te weten: de Regeling langdurige zorg (Rlz) zijn alle op grond van de Wlz te stellen nadere regels vastgelegd.
Met de inwerkingtreding van de Wlz is de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) ingetrokken. Dat brengt met zich dat van rechtswege alle op de AWBZ gebaseerde algemene maatregelen van bestuur (amvb) en ministeriële regelingen zijn vervallen.
In dit verband kunnen in elk geval worden genoemd:
– het Administratiebesluit Bijzondere Ziektekostenverzekering
– het Besluit wachttijd bijzondere ziektekostenverzekering
– het Besluit zorgaanspraken AWBZ
– het Besluit zorgplanbespreking AWBZ-zorg
– het Bijdragebesluit zorg
– het Inschrijvingsbesluit bijzondere ziektekostenverzekering 1992
– het Zorgindicatiebesluit
– de Regeling zorgaanspraken AWBZ
– de Bijdrageregeling zorg AWBZ;
– de Zorgindicatieregeling;
– de Regeling subsidies AWBZ;
– de Regeling persoonsgegevens zorgverzekeraars AWBZ;
– de Regeling verslaglegging AWBZ.
Met de intrekking van de AWBZ en het vervallen van daarop gebaseerde regelgeving ontvalt ook de betekenis aan andere besluiten van algemene strekking die op grond van die wet, besluiten of regelingen zijn genomen, zoals aanwijzingen van administratie-instellingen bijzondere ziektekosten.
Deze regeling betreft de aanpassing aan de nieuwe situatie in voornamelijk technische zin van regelingen waarin naar (artikelen van) de AWBZ of een van de vervallen amvb’s werd verwezen. Ook is, waar dat nodig was, met gewijzigde begrippen rekening gehouden (Fonds langdurige zorg in plaats van Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten, Wlz-uitvoerder in plaats van zorgverzekeraar).
Omdat de meeste wijzigingen van zuiver technische aard zijn en het niet wel doenlijk bleek om daarvoor een specifieke grondslag aan te wijzen, is in de aanhef van de regeling in veel gevallen volstaan met het vermelden van de desbetreffende wet of de desbetreffende amvb als grondslag voor de wijzigingsregeling.
De wijzigingen passen de aanduiding van de bepalingen waarin de zorg in natura en het persoonsgebonden budget in de Wlz zijn geregeld, aan in de Regeling toedeling strafrechtelijke handhaving AWBZ en Zvw.
In de bepaling waarin wordt geregeld dat de gegevensverwerking aan bepaalde eisen moet voldoen, wordt de aanduiding van de voorheen relevante artikelen uit de AWBZ vervangen door de actueel relevante bepaling van de Wlz.
In de Regeling bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid 2011 is het CIZ toegevoegd en is de vermelding van het CAK geactualiseerd. Met betrekking tot het CIZ is in artikel 3 vastgelegd dat in aansluiting bij de Regeling beperking van het zijn van overheidswerknemer in de zin van de Wet privatisering ABP, de bestuursleden van het CIZ niet worden aangemeld als deelnemer aan het ABP. Hetzelfde is, ter herstel van een omissie, geschied voor de bestuursleden van het CAK. Daarnaast is voor het CIZ in artikel 11, op vergelijkbare wijze als reeds het geval was voor het College bouw, vastgelegd dat de bepalingen inzake beheerskosten en jaarstukken van toepassing zijn met inachtneming van tussen CIZ en de minister gemaakte afspraken omtrent de juridische status van het CIZ tot 2020. Op dit moment bestaat nog geen duidelijkheid over de vraag of het nodig is voor het CIZ te voorzien in aanvullende eisen met betrekking tot het protocol, genoemd in artikel 17, vijfde lid, van de regeling, voor de accountantscontrole. Naar verwachting zal daarover de komende maanden duidelijkheid ontstaan; in dat geval zal tijdig in aanpassing van dat protocol worden voorzien, zodat het gewijzigde protocol beschikbaar zal zijn voor de eerste accountantscontrole. In een nieuw artikel 17b is geregeld dat het CIZ in zijn jaarrekening de kosten voor de uitvoering van zijn Wlz-taken, zijn in het Blz geregelde neventaken en zijn taken in het kader van het Besluit uitvoering kinderbijslag afzonderlijk moet verantwoorden.
In artikel 23 van de regeling is, gelet op de status van de bestuursorganen waarop de regeling betrekking heeft, het woord ‘zelfstandige’ aan de naam toegevoegd; tevens is de aanduiding ‘volksgezondheid’ vervangen door de bredere aanduiding ‘VWS’.
De wijzigingen strekken ertoe de voorheen als rechtspersonen als bedoeld in artikel 40 AWBZ aangeduide organisaties aan te duiden met de thans in de Wlz opgenomen benaming zorgkantoor.
De wijziging houdt verband met de vervanging van de verzekering ingevolge de AWBZ door een verzekering ingevolge de Wlz.
De wijzigingen in de onderdelen A, C en D betreffen louter de vervanging van de aanduiding van de bijzondere ziektekostenverzekering van de AWBZ door nieuwe benaming.
De wijziging in onderdeel B hangt met het volgende samen. Nadat artikel II, onderdeel C, van het wetsvoorstel houdende wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg en enkele andere wetten, teneinde te voorkomen dat zorgverzekeraars zelf zorg verlenen of zorg laten aanbieden door zorgaanbieders waarin zij zelf zeggenschap hebben (Kamerstukken I 2013/14, 33 362, A) in werking zal zijn getreden, zal de Zorgverzekeringswet (Zvw) de mogelijkheid van een persoonsgebonden budget, het Zvw-pgb, bevatten. Artikel 13a Zvw bevat dan een opdracht aan zorgverzekeraars om het Zvw-pgb in iedere zorgpolis op te nemen. Dat artikel biedt dan bovendien een grondslag om bij en krachtens amvb te bepalen onder welke voorwaarden de verzekerde in aanmerking komt voor een Zvw-pgb en welke mate van vergoeding de zorgverzekeraar de verzekerde ten minste moet of ten hoogste mag bieden. Artikel 2.10, derde lid, van het Besluit zorgverzekering regelt dan dat er een bij ministeriële regeling vast te stellen maximum zal gelden voor de vergoeding van zorgverlening door een zogenaamde niet-professional. In artikel 2.38 van de Regeling zorgverzekering wordt dit maximumbedrag vastgesteld.
Met de Wlz is voorzien in een wijziging in de basis voor de uitvoering van bepaalde vaccinaties en de hielprik. De wijziging brengt de verwijzing naar de AWBZ vervangen in de Regeling geneesmiddelenwet in overeenstemming met de nieuwe situatie.
De wijziging betreft vervanging van de vermelding van de AWBZ door de Wlz.
De wijziging betreft aanpassing van de verwijzingen naar de Regeling subsidies AWBZ en naar artikel 6 van de AWBZ door vermelding van de relevante bepalingen van de Wlz.
Teneinde te verzekeren dat de gestelde regels op de bedoelde functionarissen van toepassing blijven, wordt de vermelding van de AWBZ vervangen door die van de Wlz.
De wijziging ziet uitsluitend op het vervangen van AWBZ door Wlz.
De wijziging brengt de formulering van de bedoelde contracten met zorgkantoren in overeenstemming met de Wlz, die voorschrijft dat Wlz-uitvoerders overeenkomsten voor het leveren van zorg in natura sluiten met zorgaanbieders.
De wijzigingen onder 1 en 2 actualiseren in twee opzichten twee bepalingen waarin persoonsgebonden budgetten (pgb) zijn gebracht buiten de reikwijdte van het begrip overige inkomsten. Daarbij is de verwijzing naar artikel 40 AWBZ geschrapt, omdat het pgb met ingang van 2015 een trekkingsrecht wordt. Het pgb heeft daarmee het karakter van een kostenvergoeding en is daarom niet als bezitting in de zin van artikel 12 en niet als inkomsten in de zin van artikel 14 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet te beschouwen. Datzelfde geldt voor de eerder nog niet genoemde pgb voor jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning. Voorts is de vermelding van het niet meer bestaande artikel 14a Zvw geschrapt. De overige wijzigingen hebben betrekking op de vervanging van de AWBZ door de Wlz.
De wijziging vervangt de vermelding van het artikel van de AWBZ waarin de aanspraken zijn geregeld, door het relevante artikel van de Wlz.
Deze wijziging betreft de vervanging van de vermelding van het AFBZ door die van het Flz. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om ook de al jaren achterhaalde vermelding van de Algemene Kas van de Ziekenfondswet te actualiseren.
De wijziging past de formulering aan door de verwijzing naar de AWBZ te vervangen door een naar de Wlz.
De wijziging vervangt de vermelding van het Bijdragebesluit zorg door die van de relevante bepalingen uit het Blz.
Voor zover de Regeling gebruik burgerservicenummer in de zorg berustte op de AWBZ, is die grondslag komen te vervallen. Daarom is bepaald dat de regeling voortaan mede berust op artikel 9.1.1 van de Wlz.
De Regeling bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid 2011 berustte tot nu toe niet mede op de AWBZ. Voor zover het betreft het Zorginstituut, het CAK en het CIZ is vastgelegd dat de regeling in zoverre mede berust op de artikelen 5.2.3, tweede lid, 6.2.5 en 7.2.3, eerste lid, van de Wlz, die de basis bevatten voor een deel van de in de regeling vervatte regels voor deze zelfstandige bestuursorganen.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2014-36648.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen