Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 4 december 2014, 2014-0000179071, tot wijziging van de Regeling op grond van Besluit ex artikel 66a ANW 2014, met ingang van 1 januari 2015

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 4, tweede lid, van het Besluit ex artikel 66a ANW;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 1 van de Regeling op grond van Besluit ex artikel 66a ANW 2014 komt te luiden:

Artikel 1. Hoogte van de bijdrage

De hoogte van de door de persoon of echtgenoot aan de Sociale verzekeringsbank verschuldigde bijdrage, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit ex artikel 66a ANW, bedraagt met ingang van 1 januari 2015 € 59,82 per maand.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 4 december 2014

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

TOELICHTING

De Algemene nabestaandenwet (ANW) is op 1 juli 1996 in werking getreden. Artikel 66a van de ANW bevat een overgangsvoorziening voor degene die niet voldoet aan de voorwaarden voor het recht op een nabestaandenuitkering, bedoeld in artikel 14, eerste lid, en artikel 66a, ANW. In het Besluit ex artikel 66a ANW zijn extra voorwaarden gesteld voor degene die evenmin aan de voorwaarden van artikel 66a, eerste en tweede lid, ANW voldoet.

Een van die voorwaarden is dat de persoon of echtgenoot vanaf 1 juli 1999 een maandelijkse bijdrage aan de Sociale verzekeringsbank heeft betaald. De hoogte van deze bijdrage wordt vastgesteld in artikel 1 van de Regeling op grond van Besluit ex artikel 66a ANW 2014.

Per 1 juli 1999 is de hoogte van deze bijdrage voor het eerst vastgesteld op

ƒ100. Dit bedrag wordt jaarlijks met ingang van 1 januari gewijzigd met het percentage waarmee het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie over de maand oktober daaraan voorafgaand afwijkt van het prijsindexcijfer waarop de laatste vaststelling van de bijdrage is gebaseerd.

Met ingang van 1 januari 2014 is dit bedrag vastgesteld op € 59,38. Het afgeleide prijsindexcijfer is in oktober 2014 met 1,007 gestegen ten opzichte van dat van oktober 2013, zodat het bedrag per 1 januari 2015 uitkomt op € 59,82 per maand.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om de benaming van de Sociale verzekeringsbank in artikel 1 aan te passen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

Naar boven