Regeling van de Minister van Financiën van 5 december 2014, FM 2014/1861 M, directie Financiële Markten, houdende regels tot vaststelling van het tarief, bedoeld in artikel 11k, derde, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft voor 2015 (Regeling tarief centrale examenbank Wft 2015)

De Minister van Financiën,

Gelet op artikel 11k, derde lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft;

BESLUIT:

Artikel 1

  • 1. Het door exameninstituten verschuldigde tarief, bedoeld in artikel 11k, derde lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, bedraagt € 46,– per afgenomen examen.

  • 2. In afwijking van het eerste lid is geen tarief verschuldigd voor een afgenomen examen dat ongeldig is verklaard door het College Deskundigheid Financiële Dienstverlening, tenzij de ongeldigheid te wijten is aan de kandidaat of het exameninstituut dat het examen heeft afgenomen.

Artikel 2

De Regeling tarief centrale examenbank Wft 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tarief centrale examenbank Wft 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

TOELICHTING

Algemeen

Het tarief van de leges is met ingang van 1 januari 2015 vastgesteld op € 46,– per afgenomen examen. Dit is gelijk aan het tarief in 2014.

Verder is in de regeling opgenomen dat er in bepaalde gevallen geen leges verschuldigd zijn indien het examen door het College Deskundigheid Financiële Dienstverlening (CDFD) ongeldig is verklaard. Indien de ongeldigheid te wijten is aan de kandidaat of het exameninstituut dat het examen heeft afgenomen, zijn er wel leges verschuldigd. Voor de volledigheid merk ik op dat een examen dat door een fout of technische storing in de centrale examenbank geen doorgang heeft kunnen vinden of daardoor moest worden afgebroken niet wordt aangemerkt als een afgenomen examen. Het spreekt voor zich dat een exameninstituut hiervoor geen leges verschuldigd is. De Dienst Uitvoering Onderwijs kan via het informatiesysteem inzake beroepskwalificaties, bedoeld in artikel 4:9a, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht, bepalen of de fout of technische storing te wijten is aan de centrale examenbank.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

Naar boven