Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 5 december 2014, nr. IENM/BSK-2014/265143, houdende vaststelling van de tarieven inzake bewegwijzering (Regeling tarieven bewegwijzering)

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 153a van de Wegenverkeerswet 1994;

BESLUIT:

Artikel 1

Het tarief, bedoeld in artikel 153a, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994, bedraagt:

  • a. € 24,50 per kalenderjaar, per verkeersteken dat voor de desbetreffende wegbeheerder of eigenaar als bewegwijzeringsobject onderdeel uitmaakt van de categorie bewegwijzering, bepaald naar de peildatum van 1 juli van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop het tarief betrekking heeft, te betalen na ontvangst van de daarvoor opgemaakte factuur, binnen dertig dagen na ontvangst daarvan;

  • b. € 79, € 89 of € 99 per uur, voor opdrachten van wegbeheerders of eigenaren, door de Minister van Infrastructuur en Milieu te bepalen naar rato van de inzet bij de uitvoering van de opdracht van medewerkers op verschillende niveaus van ervaring en deskundigheid.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de wet van 9 juli 2014, Stb. 313, tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de ontwerpen voor bewegwijzering, in werking treedt.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tarieven bewegwijzering.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

TOELICHTING

1. Inleiding

In de wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de ontwerpen voor bewegwijzering (Stb. 2014, 313) (hierna: wet bewegwijzering) wordt geregeld dat de bewegwijzering – vanaf het jaar 2015 – centraal wordt vastgesteld door de Minister van Infrastructuur en Milieu. Praktisch gezien betekent dit het totstandbrengen en vaststellen van ontwerpen voor de bewegwijzering door een aparte organisatie binnen het grotere verband van Rijkswaterstaat: de Nationale Bewegwijzeringsdienst, verder aan te duiden als NBd.

De NBd krijgt in dit verband de volgende wettelijke taken en bevoegdheden:

  • het opstellen en vaststellen van bewegwijzeringsplannen voor alle wegbeheerders;

  • de afstemming en coördinatie tussen de verschillende wegbeheerders;

  • het opstellen en beheren van de database voor bewegwijzering in ons land.

Het gaat hierbij om alle bewegwijzering die is opgenomen in hoofdstuk K van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, met uitzondering van bord K14 (route vervoer gevaarlijke stoffen). Dit laatste bord is gebaseerd op de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, waarin aparte regels zijn opgenomen over de routering hiervan.

Voor de uitvoering van de wettelijke taken heeft de stuurgroep, waarin de wegbeheerders vertegenwoordigd zijn, een service level agreement (SLA) vastgesteld. Dit SLA bevat naast de beschrijving van de diensten die de NBd levert ook de rechten en plichten van zowel NBd als wegbeheerders over het niveau van de dienstverlening.

De wet bewegwijzering laat enkele aspecten ter (nadere) regeling over aan een ministeriële regeling. Deze regeling geeft daar invulling aan. De regeling beperkt zich tot het vaststellen van de tarieven. De minister moet die tarieven vanwege de opdracht daarvoor in de wet vaststellen. De wet bewegwijzering maakt het ook mogelijk dat over enkele andere onderwerpen nadere regels worden gesteld bij ministeriële regeling, zoals over de inhoud van ontwerpen voor de bewegwijzering, maar er bestaat op dit moment geen behoefte van die mogelijkheid gebruik te maken.

Over de tarieven die in deze regeling zijn opgenomen is, zoals artikel 153a, tweede lid, van de wet bewegwijzering voorschrijft, overleg gevoerd met de representatieve organisaties van wegbeheerders. Dit overleg heeft tot overeenstemming geleid, in die zin dat de stuurgroep waarin de wegbeheerders vertegenwoordigd zijn over de tarieven een advies heeft uitgebracht dat ik heb overgenomen.

2. De tarieven

De stuurgroep heeft op 18 juni 2014 voor de uitvoering van de wettelijke taken aan mij geadviseerd dat alle wegbeheerders:

  • een naar ervaring van de in te zetten medewerkers gedifferentieerd uurtarief van € 79 – € 99 betalen voor het laten opstellen en vaststellen van hun eigen bewegwijzeringsplan. Dit tarief is ter dekking van de personeelskosten ten behoeve van de plannen en het aan de ontwerpen toe te rekenen deel van de organisatiekosten De capaciteitsinzet van de medewerkers wordt bepaald op basis van de complexiteit van de opdracht en de aard van de werkzaamheden. Vooraf wordt dit in de intake en offerte met de wegbeheerder afgestemd.

  • het vaste NBd tarief 2015 betalen op basis van het aantal bewegwijzeringsobjecten langs en boven hun wegen. Het vaste NBd-tarief 2015 is € 24,50 per bewegwijzeringsobject. Het vaste NBd-tarief wordt afgerekend op basis van het aantal objecten in de database per juridisch wegbeheerder. Dit tarief is ter dekking van de organisatiekosten, als genoemd in artikel 153a, eerste lid, van de wet bewegwijzering.

In deze regeling stel ik de tarieven vast in overeenstemming met dit advies.

3. Administratieve lasten en nalevingskosten

Deze regeling leidt niet tot administratieve lasten of nalevingskosten. Dit vloeit voort uit de beperkte gevolgen die de wet bewegwijzering heeft. De memorie van toelichting op het wetsvoorstel, dat tot de wet bewegwijzering heeft geleid, bevat hierover een passage waarnaar ik op deze plaats verwijs (Kamerstukken II 2013/14, 33 899, nr. 3, paragraaf 7).

4. Inwerkingtreding

De inwerkingtreding van deze regeling is per dezelfde datum als de wet bewegwijzering. Daarbij is het uitgangspunt 1 januari 2015, en dat is een van de vaste verandermomenten van regelgeving.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven