Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 28 november 2014, Nr. 2014 -0000571120, houdende aanpassing van de Beleidsregels toepassing WNT 2014 in verband met de inwerkingtreding van de Reparatiewet WNT

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, handelend in overeenstemming met de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Buitenlandse Zaken, van Veiligheid en Justitie, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Financiën, van Defensie, van Infrastructuur en Milieu, van Economische Zaken, van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, voor Wonen en Rijksdienst, alsmede de staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Financiën, van Infrastructuur en Milieu, van Economische Zaken, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op artikel 1.10 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregels toepassing WNT 2014 worden als volgt gewijzigd:

A

§ 1 wordt als volgt gewijzigd:

a. In lid 2 wordt na ‘Aanpassingswet WNT’ toegevoegd: en de Reparatiewet WNT.

b. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector wordt in deze beleidsregels afgekort als ‘WNT’ en kan bij de toepassing, naast de wettelijke citeertitel van deze wet, verkort worden aangehaald als: Wet normering topinkomens.

B

§ 6 komt te luiden:

§ 6. Overige functionarissen (niet-topfunctionarissen)

  • 1. De bezoldiging van niet-topfunctionarissen met een dienstbetrekking wordt openbaar gemaakt als deze het wettelijke bezoldigingsmaximum (€ 230.474) overschrijdt (zie art. 4.2 lid 1). Hierbij geldt deze grens naar rato van de omvang van het dienstverband.

  • 2. Hiernaast worden van niet-topfunctionarissen met een dienstbetrekking de gegevens over uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband openbaar gemaakt als de som van deze uitkeringen het wettelijke bezoldigingsmaximum (€ 230.474) overschrijdt, of als de bezoldigingsgegevens van de functionaris eerder op grond van de WNT openbaar zijn gemaakt (zie art. 4.2 lid 3).

  • 3. Niet-topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vallen buiten de reikwijdte van de wet.

C

§ 14 wordt als volgt gewijzigd:

a. Na het tweede inleidende punt wordt de volgende alinea toegevoegd:

3. Constructies in de toepassing van de Werkkostenregeling die het ontwijken of ontduiken van de WNT beogen, zoals oneigenlijk gebruik van individualiseerbare ongebruikelijke eindheffingsbestanddelen, zijn niet toegestaan. Zie daarvoor ook de toelichting bij de Regeling bezoldigingscomponenten WNT (Staatscourant 2014 nr. 6628) en de beantwoording van Kamervragen over dit onderwerp (Aanhangsel Handelingen II 2014/15, nr. 106).

b. Component Beloning van functionarissen met een dienstbetrekking # 13 komt als volgt te luiden:

13

Loondoorbetaling na beëindiging werkzaamheden (inclusief doorbetaling bij non-actiefstelling tijdens verplicht in acht te nemen opzegtermijn)

Ja. Voor topfunctionarissen tot 28 november 2014. (Voor niet-topfunctionarissen ook na 28 november 2014)

de post in de salarisadministratie wordt verwerkt

Ingevolge de Reparatiewet WNT wordt doorbetaling van loon bij non-actiefstelling vooruitlopend op het einde dienstverband bij topfunctionarissen voor de toepassing van de WNT als ontslaguitkering aangemerkt.( Staatsblad 2014, nr. 446). Tot die datum en zo lang op grond van overgangsrecht is toegestaan dat het dienstverband doorloopt na beëindiging werkzaamheden vallen de betalingen onder de bezoldigingen. Indien het overgangsrecht niet van toepassing is, is deze bezoldiging in deze periode onverschuldigd.

c. Component Beloning van functionarissen met een dienstbetrekking # 26 komt te vervallen

d. Aan de Component Uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband wordt een rij toegevoegd, luidende:

8

Bezoldiging over een periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband geen taken meer vervult

(inclusief doorbetaling bij non-actiefstelling tijdens verplicht in acht te nemen opzegtermijn)

Ja, vanaf 28 november 2014

de post in de

salarisadministratie wordt verwerkt, of indien de post niet via de salarisadministratie loopt, in het jaar waarin de post ten laste van het resultaat van de instelling komt

Zie artikel 2.10, lid 3 en artikel 3.7 lid 3.

D

§ 24 vervalt.

E

§ 29 komt te luiden:

§ 29. Toepassingsgebied

Deze beleidsregels zijn van toepassing op de uitvoering van de WNT en de daarop berustende bepalingen in 2014, daaronder begrepen de uitvoering en handhaving door of namens de ministers van de wet en bij de uitoefening van het toezicht op de naleving van die wet door de daartoe door hen aangewezen ambtenaren.

ARTIKEL II

De Beleidsregels toepassing WNT 2014 berusten met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit besluit op artikel 1.10 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

TOELICHTING

Dit besluit wijzigt de Beleidsregels toepassing WNT 2014 in aansluiting op de Reparatiewet WNT. Op grond van artikel 1.10 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) worden beleidsregels voor de uitoefening van de wet vastgesteld in overeenstemming met de Ministers wie het aangaat.

Artikel I

Onderdeel A

Bij de uitvoering van de wet kan naast de officiële citeertitel van de wet ook worden gesproken van ‘Wet normering topinkomens’. Met deze toevoeging aan de beleidsregels wordt het mogelijk om ook bij de uitvoering van de wet, bij voorbeeld in correspondentie met instellingen en burgers, deze verkorte wijze van aanhaling te gebruiken. De aanduiding van de WNT als ‘Wet normering topinkomens’ is in de praktijk de meest gebruikelijke verkorte aanduiding. Hiermee wordt in aansluiting op de Reparatiewet WNT de toepassing in de uitvoeringspraktijk vereenvoudigd.

Onderdeel B

Dit onderdeel regelt de zogenaamde publicatieplicht voor niet-topfunctionarissen, met een dienstbetrekking. Op grond van artikel 4.2 wordt de bezoldiging van functionarissen met een dienstbetrekking openbaar gemaakt, voor zover zij niet reeds op grond van artikel 4.1 openbaar zijn gemaakt en alleen indien deze bezoldiging het wettelijk bezoldigingsmaximum te boven is gegaan. Dit bezoldigingsmaximum geldt naar rato van de omvang van de functie; niet naar rato van de duur van de functie. De publicatieplicht voor niet-topfunctionarissen zonder dienstbetrekking is met de Reparatiewet WNT komen te vervallen.

Onderdeel C

In antwoord op Kamervragen over het mogelijk omzeilen van de WNT door gebruik te maken van de Werkkostenregeling (Aanhangsel Handelingen II 2014/2015, nr. 106) is aangegeven dat wordt onderzocht of in het normenkader verder kan worden verduidelijkt dat schijnconstructies of oneigenlijk gebruik van individualiseerbare eindheffingsbestanddelen nooit zijn toegestaan. Met onderdeel C, onder a, wordt hieraan uitvoering gegeven. Het betreft nadrukkelijk een verduidelijking van hetgeen bijvoorbeeld al in de toelichting bij de Regeling bezoldigingscomponenten WNT (Staatscourant 2014, nr. 6628) was opgenomen en geen inhoudelijke wijziging.

Doorbetaling tijdens non-activiteit voorafgaand aan het einde van het dienstverband wordt op grond van artikel 2.10, derde lid, en artikel 3.7, derde lid, van de WNT aangemerkt als uitkering wegens beëindiging van het dienstverband, vanaf de datum waarop de Reparatiewet WNT in werking is getreden.

Onderdeel D

Paragraaf 24 is (met terugwerkende kracht) overbodig geworden door artikel I onderdeel J, van de Reparatiewet WNT en kan derhalve vervallen.

Onderdeel E

Op grond van de artikel 1.9, onderdeel d, van de WNT wordt een controleprotocol voor de jaarstukken 2014 vastgesteld bij ministeriële regeling en de desbetreffende beleidsregel kan derhalve vervallen. In plaats daarvan is de bepaling over de reikwijdte van de beleidsregels opgenomen, aansluitend op de nieuwe grondslag van de beleidsregels (artikel 1.10 van de WNT).

Artikel II

Dit artikel maakt duidelijk dat de ingevolge dit besluit gewijzigde Beleidsregels toepassing 2014 op artikel 1.10 van de WNT berusten.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven