Besluit van de directeur-generaal van Rijkswaterstaat van 1 december 2014, met kenmerk RWS-2014/52297, tot wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijkswaterstaat 2013 vanwege wijzigingen in functiebenamingen en in bevoegdheden inzake de uitvoering van de Wet openbaarheid van bestuur

De directeur-generaal Rijkswaterstaat,

Gelet op artikel 23, tweede en derde lid, van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012, respectievelijk artikel 3 van het Instellingsbesluit directoraat-generaal Rijkswaterstaat 2013 en artikel 3, eerste en tweede lid, van het Besluit mandaat en machtiging directeur-generaal Rijkswaterstaat inzake erkenningen bodemkwaliteit;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijkswaterstaat 2013 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de tabel van het eerste lid wordt onder de rij

‘De directeur Algemene Corporate Taken:

5.000.000’

een rij ingevoegd, luidende:

Programmadirecteur Implementatie Omgevingswet:

5.000.000

2. In de tabel van het eerste lid wordt ‘Projectdirecteur, projectmanager en projectleider van een landelijk project:’ vervangen door: Project- of programmadirecteur, project- of programmamanager en projectleider van een landelijk project:.

3. In de tabel van het eerste lid wordt ‘Directeur en afdelingshoofd van een productspecifieke eenheid:’ vervangen door: Programmadirecteur en programmamanager van een productspecifieke eenheid:.

4. In de tabel van het tweede lid wordt ‘Portfoliodirecteur en portfoliomanager binnen de directies Productie en Projectmanagement van RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:’ vervangen door: Project- of programmadirecteur – Portfoliomanagement en Project- of programmamanager – Portfoliomanagement binnen de directies Productie en Projectmanagement van RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:.

5. In de tabel van het tweede lid wordt ‘Projectdirecteur RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:’ vervangen door: Project- of programmadirecteur – Projectmanagement binnen RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:.

6. In de tabel van het tweede lid wordt ‘Projectmanager binnen RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:’ vervangen door: Project- of programmamanager binnen RWS Grote Projecten en Onderhoud en RWS Programma’s, Projecten en Onderhoud:.

7. In de tabel van het tweede lid wordt ‘Projectmanager binnen een projectdirectie of een programmadirectie in verkenningsfase, planstudiefase of uitvoeringsfase:’ vervangen door: Project- of programmamanager binnen een projectdirectie of een programmadirectie in verkenningsfase, planstudiefase of uitvoeringsfase:.

8. In de tabel van het tweede lid wordt ‘De projectdirecteuren, projectmanagers en projectleiders van projecten met een waarde groter dan € 50.000.000 binnen een regionaal of een centraal organisatieonderdeel, een projectdirectie of een programmadirectie:’ vervangen door: Project- of programmadirecteur, project- of programmamanager en projectleider van projecten met een waarde groter dan € 50.000.000 binnen een regionaal of een centraal organisatieonderdeel, een projectdirectie of een programmadirectie:.

B

De bijlage, bedoeld in artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel 5 komt te luiden:

  • 5. Het benoemen van de direct onder de directeuren ressorterende leidinggevende functionarissen is voorbehouden aan de hoofdingenieur-directeur, de hoofdingenieur-directeur (indien er geen hoofdingenieur-directeur is benoemd de directeur) van een projectdirectie of van een programmadirectie en de algemeen directeur van de RWS Corporate Dienst.

2. Na onderdeel 10 wordt een nieuw onderdeel ingevoegd luidende:

  • 11. Aan de hoofdingenieur- directeur, de algemeen directeur van de RWS Corporate Dienst, de hoofdingenieur-directeur (indien er geen hoofdingenieur-directeur is benoemd de directeur) van een projectdirectie of van een programmadirectie en diens directeuren, is voorbehouden het nemen van besluiten op verzoeken als bedoeld in de Wet openbaarheid van bestuur, tenzij het verzoek:

    • afgewezen kan worden omdat binnen het ministerie van Infrastructuur en Milieu geen documenten zijn die betrekking hebben op het verzoek;

    • bij herhaling in eenzelfde kwestie op gelijke wijze kan worden afgedaan als reeds eerder is geschied, of

    • niet in behandeling wordt genomen op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

    De laatste drie categorieën besluiten kunnen tevens door diens afdelingshoofden genomen worden.

ARTIKEL II

  • 1. Artikel I, onderdeel A, subonderdeel 1, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het besluit wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 december 2014.

  • 2. Artikel I, onderdeel A, subonderdelen 2 tot en met 9, treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het besluit wordt geplaatst en werken terug tot en met 1 juli 2014.

  • 3. Artikel I, onderdeel B, treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan de in dit besluit genoemde functionarissen.

Den Haag, 1 december 2014

De directeur-generaal Rijkswaterstaat, J.H. Dronkers

MEDEDELING

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt een bezwaarschrift worden ingediend bij Rijkswaterstaat, t.a.v. RWS Bestuursstaf, Postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. datum en nummer of kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt; en

  • d. de opgave van de redenen waarom de indiener zich niet met het besluit kan verenigen.

TOELICHTING

Door middel van deze wijziging van het Besluit mandaat volmacht en machtiging Rijkswaterstaat 2013 wordt een drietal wijzigingen aangebracht.

Ten eerste wordt in de tabel van het eerste lid van artikel 11 de Programmadirecteur Implementatie Omgevingswet toegevoegd als functionaris met bevoegdheden in mandaat, volmacht en machtiging.

Ten tweede wordt in de tabellen van artikel 11 een aantal functiebenamingen aangepast. Aanleiding voor deze wijziging is het wijzigen van de functiebenamingen van directeuren en managers van projecten en programma’s als gevolg van het nieuwe Organisatie – & Formatierapport van Rijkswaterstaat.

Als laatste komt het voorbehoud van de hoofdingenieur-directeuren en de algemeen directeur van de Corporate Dienst, zoals dat in onderdeel 5 van de bijlage bij artikel 12 was opgenomen, te vervallen. Dit voorbehoud betrof de bevoegdheid tot het nemen van besluiten ter honorering van verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). In plaats hiervan wordt een voorbehoud opgenomen in de bijlage, behorend bij artikel 12, waarmee de bevoegdheid tot het nemen van besluiten op verzoeken op grond van de Wob naast aan de hoofdingenieur-directeuren en de algemeen directeur van de Corporate Dienst tevens gemandateerd is aan diens directeuren. Dit voorbehoud geldt voor afwijzende en honorerende besluiten op verzoeken op grond van de Wob. In afwijking van het voorbehoud zijn enkele uitzonderingen opgenomen. Dit betekent dat deze besluiten ook door de afdelingshoofden van genoemde directeuren kunnen worden genomen.

De directeur-generaal Rijkswaterstaat, J.H. Dronkers

Naar boven