Beleidsregel van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 januari 2014, 2014-0000011942, houdende vaststelling van de periode van onafgebroken arbeidsongeschiktheid op grond van artikel 5, eerste lid, van de Wet ziekteverzekering BES (Beleidsregel expiratie uitkering ziekengeld)

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 5, eerste lid, van de Wet ziekteverzekering BES;

Besluit:

Artikel 1

Voor het na twee jaar vervallen van het recht op ziekengeld wegens eenzelfde ziekteoorzaak, zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet ziekteverzekering BES, wordt uitgegaan van een situatie van onafgebroken arbeidsongeschiktheid. Voor het bepalen van de onafgebroken arbeidsongeschiktheid gedurende een periode worden tijdvakken van ongeschiktheid samengeteld, indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen.

Artikel 2

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

Artikel 3

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel expiratie uitkering ziekengeld BES.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. Deze beleidsregel wordt ter inzage gelegd bij de RCN-unit Sociale Zaken op Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Kralendijk, 23 januari 2014

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze: H. Bouwen, Hoofd RCN-unit Sociale Zaken.

TOELICHTING

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid paste de tweejaarsperiode in artikel 5, eerste lid, van de Wet ziekteverzekering BES aanvankelijk zo toe dat gekeken werd of iemand zich al eerder wegens dezelfde ziekteoorzaak had ziek gemeld. Was dat het geval en was sindsdien twee jaar verstreken, dan werd de uitkeringsaanvraag voor het ziekengeld afgewezen of beëindigd. De lengte van de ziekteperiode – en dus eventueel weer arbeidsgeschikt zijn in de tussenliggende periode – was hierbij niet relevant. Deze werkwijze kon in de praktijk tot ongewenste uitkomsten leiden. Gelet hierop is besloten de wetstoepassing anders vorm te geven.

De thans gehanteerde wetstoepassing, zoals vastgelegd in deze beleidsregel, is deze: Het uitkeringsrecht wordt pas beëindigd indien er sprake is van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte die twee jaar onafgebroken duurt. Indien de werknemer op enig moment binnen de tweejaarsperiode weer hersteld is gebleken, geldt de lopende ziekteperiode als beëindigd. In geval van een nieuwe ziekmelding begint de tweejaarsperiode weer opnieuw te lopen, ook als het dezelfde ziekte(oorzaak) betreft, tenzij deze nieuwe ziekmelding plaatsvindt binnen vier weken na het einde van de eerdere ziekteperiode. In dat geval worden deze ziekteperioden samengeteld voor de berekening van de tweejaarsperiode. De aard van de ziekte is voor de toepassing van de expiratiebepaling niet relevant. Deze gewijzigde werkwijze is in het voordeel van belanghebbende. Situaties waarin een cliënt door de nieuwe werkwijze wordt benadeeld, zijn uitgesloten.

Op grond van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit UBN 2012 is dit besluit door het Hoofd van de RCN-Unit Sociale Zaken namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ondertekend.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze: H. Bouwen, Hoofd RCN-unit Sociale Zaken.

Naar boven