Tijdelijk ondermandaatbesluit Commandant Landstrijdkrachten aan Directeur Materieel & Diensten inzake artikel 25 van de Verkeersregeling Defensie

3 november 2014

Nr. 2014016440

Gelet op:

  • Artikelen 1, onder n, en 15, onder a, van het Algemeen organisatiebesluit Defensie 2013;

  • Artikel 2, eerste lid, van het Ondermandaat, -volmacht en -machtigingsbesluit SG Defensie 2013;

  • Artikel 25 van de Verkeersregeling Defensie.

Artikel 1. Ondermandaat

Aan de Directeur Materieel & Diensten wordt ondermandaat verleend om ingevolge artikel 25, eerste lid, onder c, van de Verkeersregeling Defensie toestemming te verlenen aan derden, niet in dienst van het Ministerie van Defensie, tot het besturen van een militair voertuig zonder dat daartoe een militair rijbewijs is vereist, in verband met de door deze derden te verrichten werkzaamheden ten behoeve van de strijdkrachten.

Artikel 2. Voorleggen ter beslissing aan mandaatgever

De gemandateerde maakt geen gebruik van een aan hem in ondermandaat verleende bevoegdheid in de gevallen waarin hij van mening is dat de mandaatgever een beslissing moet nemen of een document moet ondertekenen.

Artikel 3. Regelen en instructies

De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden geschiedt met inachtneming van de aan de uitoefening van het ondermandaat gestelde regelen en de daaraan verbonden instructies.

Artikel 4. Ondertekening

Bij de uitoefening van het ondermandaat ondertekent de gemandateerde de besluiten en correspondentie als volgt:

DE COMMANDANT LANDSTRIJDKRACHTEN

Voor deze

Functie van de gemandateerde

Handtekening van de gemandateerde

Naam en rang van de gemandateerde

Artikel 5. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 6. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijk ondermandaatbesluit Commandant Landstrijdkrachten aan Directeur Materieel & Diensten inzake artikel 25 van de Verkeersregeling Defensie.

3 november 2014

De Commandant Landstrijdkrachten M.C. de Kruif Luitenant-generaal

TOELICHTING

Voor het besturen van een militair voertuig is een militair rijbewijs vereist. Een uitzondering op deze regel wordt gevormd door derden die niet in dienst zijn van Defensie en die van de Commandant Landstrijdkrachten toestemming hebben gekregen om zonder militair rijbewijs een militair voertuig te besturen.

Derden, werkzaam bij Mercedes-Benz Nederland B.V., voeren in opdracht van de Directeur Materieel & Diensten structureel onderhoudswerkzaamheden uit aan militaire voertuigen. Omdat zij in het kader van hun onderhoudswerkzaamheden testritten uitvoeren, dient aan hen toestemming te zijn verleend tot het besturen van militaire voertuigen. Om de Commandant Landstrijdkrachten niet te belasten met een toename in de verzoeken om toestemming, zal uiteindelijk de Verkeersregeling Defensie zó worden aangepast dat ook de ondercommandanten van de Commandant Landstrijdkrachten aan derden toestemming kunnen verlenen tot het besturen van militaire voertuigen. In de Verkeersregeling Defensie wordt echter meer aangepast dan dit alleen. Dat vergt tijd, hetgeen de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden aan militaire voertuigen kan belemmeren. Met dit tijdelijke ondermandaatbesluit wordt dat voorkomen. Vooruitlopend op de wijziging van de Verkeersregeling Defensie wordt met dit besluit eenzelfde ondermandaat verleend.

Naar boven