Autorisatiebesluit RIVM, Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten

25 september 2014

2014-0000501166

In het verzoek van 20 augustus 2014, nummer 2014-0000454270, heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu verzocht om de selectieverstrekking van gegevens als bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder b, van het Besluit BRP in verband met de uitvoering van de taak waarvoor genoemde Minister bij besluit van 30 juli 2014, nummer 2014-0000415392 is geautoriseerd voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen.

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Besluit:

Paragraaf 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. RIVM:

de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu;

b. de Wet BRP:

de Wet basisregistratie personen;

c. het Besluit BRP:

het Besluit basisregistratie personen;

d. de basisregistratie personen:

de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;

e. de systematische verstrekking:

de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;

f. de systeembeschrijving:

de systeembeschrijving, bedoeld in artikel 1 van het Besluit BRP;

g. de persoonslijst:

de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;

h. de ingeschrevene:

de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;

i. de afnemersindicatie:

de codering die het RIVM aanduidt in verband met de uitvoering van dit besluit en die is vermeld in de autorisatietabelregel;

j. de selectieverstrekking van gegevens:

de selectieverstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder b, van het Besluit BRP;

k. het Agentschap BPR:

het Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Paragraaf 2. De selectieverstrekking van gegevens aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Artikel 2

  • 1. Op de selectiedatum worden de persoonslijsten geselecteerd van alle personen die actueel als ingezetene zijn ingeschreven in de basisregistratie personen. Persoonslijsten waarop een aantekening is vermeld omtrent beperking van de verstrekking aan derden, worden niet geselecteerd.

  • 2. Van de geselecteerde persoonslijsten worden op de leveringsdatum de in de bijlage opgenomen gegevens aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verstrekt voor zover deze gegevens op de persoonslijsten zijn opgenomen.

  • 3. De selectie, als bedoeld in het eerste lid, en de daaropvolgende levering van gegevens aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, als bedoeld in het tweede lid, zullen elke vier maanden plaatsvinden.

  • 4. De selectiedatum en de leveringsdatum worden door het Agentschap BPR in overleg met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vastgesteld.

Paragraaf 3. Overige verstrekkingen aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Artikel 3

Indien een verstrekking aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op grond van dit besluit een gegeven betreft dat op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek.

Paragraaf 4. De verzending en de ontvangst van berichten

Artikel 4

Nadat schriftelijke overeenstemming is bereikt met het Agentschap BPR kan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gebruik maken van een alternatief medium als bedoeld in de systeembeschrijving bij verstrekking van gegevens als bedoeld in paragraaf 2.

Paragraaf 5. Slotbepalingen

Artikel 5

  • 1. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.

  • 2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:

    • a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

    • b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

    • c. de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 2014.

Het besluit en de bijlage bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 25 september 2014

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.

BIJLAGE

Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.

RUBRIEK

OMSCHRIJVING

01

PERSOON

   

01.01.10

A-nummer persoon

01.03.10

Geboortedatum persoon

01.04.10

Geslachtsaanduiding

   

08

VERBLIJFPLAATS

   

08.09.10

Gemeente van inschrijving

TOELICHTING

1. Algemeen

Inleiding

De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.

De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.

Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.

De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.

Organisaties die in aanmerking komen voor systematische gegevensverstrekking

Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.

Het autorisatiebesluit

Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.

Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.

Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.

2. Toelichting op de wijzen van verstrekken

De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:

De selectieverstrekking van gegevens

Eenmalig of periodiek worden persoonslijsten geselecteerd die aan een of meerdere voorwaarden voldoen. Van de geselecteerde persoonslijsten wordt een vastgestelde set gegevens verstrekt.

Overige verstrekkingen

Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan bij het verstrekte gegeven melding gedaan.

3. De verzending en ontvangst van berichten

Over de verstrekking van gegevens via alternatieve media, al dan niet naar aanleiding van infrastructurele wijzigingen, over de leverings- en selectiedata en over andere relevante onderwerpen dient overeenstemming te zijn met Agentschap BPR.

4. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)

De geadresseerde van dit besluit is de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (in deze toelichting genoemd: het RIVM).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is een overheidsorgaan als bedoeld in artikel 1.1, onder t, van de Wet BRP.

4.1. Taak van het RIVM

Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) doet wetenschappelijk onderzoek ten behoeve van het overheidsbeleid en het toezicht op het gebied van volksgezondheid, milieu en natuur. Het instituut is een agentschap van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het RIVM voert epidemiologisch onderzoek uit.

4.2. Wijzen van verstrekken aan het RIVM

Het RIVM heeft ten behoeve van de taken waarvoor het bij besluit van 30 juli 2014, nummer 2014-0000415392 is geautoriseerd systematische gegevensverstrekking nodig uit de basisregistratie personen. Het RIVM krijgt hiervoor periodiek een selectieverstrekking.

De selectieverstrekking van gegevens aan het RIVM

Het RIVM mag gegevens opvragen over ingeschrevenen die uitgenodigd worden om deel te nemen aan een onderzoek als bedoeld in artikel 3 van de Wet op het RIVM, dat door of mede door het RIVM wordt uitgevoerd of die deelnemen aan een dergelijk onderzoek.

Daarnaast bestaat er echter, bij uitbraken van infectieziekten en bij het onderzoek naar chronische ziekten, met een zekere regelmaat de noodzaak om een, al dan niet gewogen, steekproef te trekken uit de Nederlandse bevolking. Bij crisissituaties zoals bijvoorbeeld acute uitbraken van aan voedsel gerelateerde infectieziekten is de snelheid waarmee een controlegroep uit de Nederlandse bevolking wordt samengesteld in hoge mate bepalend voor de snelheid waarmee de infectiebron opgespoord kan worden en dus meer slachtoffers voorkomen kunnen worden. De selectieverstrekking is nodig om dergelijke steekproeven te kunnen trekken, zodat het RIVM een controlegroep uit de Nederlandse bevolking kan samenstellen voor onderzoek.

Elke vier maanden worden de persoonslijsten van alle actueel ingeschreven ingezetenen geselecteerd. Uitgezonderd zijn de personen die om geheimhouding jegens derden hebben verzocht op grond van artikel 2.59 van de Wet BRP. Deze persoonslijsten worden niet geselecteerd.

Van de geselecteerde persoonslijsten worden de gegevens, opgenomen in de bijlage aan het RIVM verstrekt.

Na ontvangst zullen de gegevens bij het RIVM centraal, d.w.z. niet bij een van de centra waar onderzoek wordt uitgevoerd, beveiligd en zorgvuldig worden opgeslagen. Bij elke volgende selectieverstrekking zullen de gegevens uit de voorgaande selectieverstrekking vernietigd worden.

4.3. Toelichting te verstrekken gegevens

Bij de selecties wordt een kleine set gegevens verstrekt die nodig is om een steekproef te kunnen trekken uit de Nederlandse bevolking.

5. Inlichtingenplicht

Teneinde de autorisatie actueel te houden dient het RIVM tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van het RIVM om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van het RIVM.

6. Publicatie

Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van Agentschap BPR, www.bprbzk.nl.

Naar boven