Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR) | Staatscourant 2014, 30898 | Overig |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR) | Staatscourant 2014, 30898 | Overig |
Datum: 19 december 2013
Kenmerk: 2013-0000757730
In het verzoek van 9 oktober 2013, 2013-0000644059, hebben de zorgverzekeraars in bijlage I bij dit besluit verzocht om autorisatie voor de systematische verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen in verband met de uitvoering van de zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder d, van de Zorgverzekeringswet, alsmede de uitvoering van de algemene verzekering als bedoeld de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten.
Gelet op de artikelen 3.1 en 3.3 van de Wet basisregistratie personen en artikel 39 van het Besluit basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.
In dit besluit wordt verstaan onder:
de zorgverzekeraars in bijlage I bij dit besluit;
de Wet basisregistratie personen;
het Besluit basisregistratie personen;
de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet BRP;
de systematische verstrekking, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;
de systeembeschrijving, bedoeld in artikel 1 van het Besluit BRP;
de persoonslijst, bedoeld in artikel 1.1, onder c, van de Wet BRP;
de ingeschrevene, bedoeld in artikel 1.1, onder e, van de Wet BRP;
de tabel ten behoeve van de systematische verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 1.1, onder g, van de Wet BRP;
de codering die de zorgverzekeraar aanduidt in verband met de uitvoering van dit besluit en die is vermeld in de autorisatietabelregel;
de verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder a, van het Besluit BRP;
de verstrekking van gegevens, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onder c, van het Besluit BRP, waarbij het aantal personen waarover informatie wordt verstrekt per verzoek ten hoogste tien bedraagt;
een gegeven dat overeenkomstig de systeembeschrijving als actueel gegeven in de basisregistratie personen is vermeld;
een wijziging van de categorie Verblijfplaats die overeenkomstig de systeembeschrijving wordt beschouwd als een infrastructurele wijziging;
het Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
• een verzekerde als bedoeld in artikel 1, onder f, van de Zorgverzekeringswet;
• een verzekerde als bedoeld in artikel 5 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;
een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onder d, van de Zorgverzekeringswet.
1. Zodra de afnemersindicatie bij de persoonslijst van een ingeschrevene is opgenomen worden aan de zorgverzekeraar eenmaal de gegevens verstrekt die zijn opgenomen in bijlage II bij dit besluit voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst van de ingeschrevene.
2. Indien een gegeven dat is opgenomen in bijlage II op de persoonslijst van een ingeschrevene wijzigt, verwijdert of opneemt en de afnemersindicatie als actuele aanduiding bij deze persoonslijst is vermeld, krijgt de zorgverzekeraar deze wijziging, verwijdering of opname van het gegeven verstrekt.
3. De verstrekking bevat bij de wijziging van een gegeven het gegeven zoals dit luidde voor de wijziging en het gegeven zoals dit luidt na de wijziging. Bij een verwijdering van een gegeven bevat de verstrekking het verwijderde gegeven. Bij een eerste opneming van een gegeven op de persoonslijst bevat de verstrekking het opgenomen gegeven. De verstrekking bevat tevens het administratienummer van de ingeschrevene, dat als actueel gegeven op de persoonslijst is vermeld.
4. De verstrekking aan de zorgverzekeraar naar aanleiding van de wijziging van het administratienummer van de ingeschrevene bevat een set identificerende gegevens en de ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Persoon. De verstrekking vindt plaats overeenkomstig hetgeen is bepaald in de systeembeschrijving.
1. De afnemersindicatie wordt op verzoek van de zorgverzekeraar bij de persoonslijst van een ingeschrevene opgenomen. De zorgverzekeraar verzoekt slechts om de opneming, indien het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en indien de ingeschrevene een verzekerde is.
2. De afnemersindicatie wordt niet bij de persoonslijst van een ingeschrevene opgenomen, indien de afnemersindicatie reeds als actuele aanduiding bij de persoonslijst van de ingeschrevene is vermeld.
De afnemersindicatie wordt op verzoek van de zorgverzekeraar verwijderd als actuele aanduiding bij de persoonslijst van een ingeschrevene. De zorgverzekeraar verzoekt in ieder geval om de verwijdering, indien de ingeschrevene geen verzekerde (meer) is en de ingeschrevene:
a. geen premie is verschuldigd aan de zorgverzekeraar op grond van artikel 16 van de Zorgverzekeringswet;
b. geen bedrag is verschuldigd aan de zorgverzekeraar voor onterechte vergoeding van prestaties bestaande uit zorg of overige diensten of vergoeding van kosten van zorg of overige diensten.
1. Aan de zorgverzekeraar wordt op zijn verzoek een gegeven verstrekt dat is vermeld op de persoonslijst van een ingeschrevene, indien het een gegeven betreft dat is opgenomen in bijlage III of IV bij dit besluit.
2. De zorgverzekeraar verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in bijlage III bij dit besluit indien het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en indien de ingeschrevene:
a. een verzekerde is;
b. aan de zorgverzekeraar een premie is verschuldigd op grond van artikel 16 van de Zorgverzekeringswet;
c. een bedrag is verschuldigd aan de zorgverzekeraar voor onterechte vergoeding van prestaties bestaande uit zorg of overige diensten of vergoeding van kosten van zorg of overige diensten.
3. De zorgverzekeraar verzoekt slechts om een gegeven dat is opgenomen in bijlage IV bij dit besluit indien het verzoek gericht is op het verkrijgen van gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en indien de ingeschrevene het gezag over een minderjarige verzekeringsplichtige uitoefent, dan wel de onder curatele, bewind of mentorschap gestelde verzekeringsplichtige op grond van artikel 2, derde lid, van de Zorgverzekeringswet vertegenwoordigt.
4. Aan de zorgverzekeraar worden geen gegevens verstrekt, indien een of meer van de gegevens waarvan de zorgverzekeraar bij zijn verzoek gebruik heeft gemaakt, niet is opgenomen in bijlage III of IV bij dit besluit.
1. Indien de gegevensverstrekking die op grond van dit besluit aan de zorgverzekeraar dient plaats te vinden niet of op onjuiste wijze is geschied, wordt dit overeenkomstig hetgeen hierover is geregeld in de systeembeschrijving hersteld. Indien de afnemersindicatie ten onrechte niet bij een persoonslijst is geplaatst, ten onrechte is verwijderd of ten onrechte niet is verwijderd wordt dit hersteld overeenkomstig hetgeen hierover is bepaald in de systeembeschrijving.
2. Indien een verstrekking aan de zorgverzekeraar op grond van dit besluit een gegeven betreft dat op juistheid wordt of is onderzocht, bevat de verstrekking naast dit gegeven tevens de gegevens over dat onderzoek. Indien de afnemersindicatie als actuele aanduiding bij de persoonslijst is vermeld worden tevens gegevens over het begin, de wijziging of de beëindiging van het onderzoek zelf verstrekt.
3. Indien de spontane verstrekking van gegevens aan de zorgverzekeraar een gegeven bevat waarbij “indicatie onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” is vermeld, bevat de verstrekking tevens deze indicatie. De overige verstrekkingen aan de zorgverzekeraar die plaatsvinden op grond van dit besluit bevatten geen gegevens waarbij “indicatie onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” is vermeld.
4. Indien aan de zorgverzekeraar gegevens worden verstrekt van een persoonslijst waarvan de bijhouding is opgeschort, bevat de verstrekking tevens de gegevens omtrent de reden en de datum van de opschorting, alsmede, voor zover deze gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, gegevens over de verificatie en de aanlevering van de verstrekte gegevens.
5. Bij de afvoering van een persoonslijst uit de basisregistratie personen worden aan de zorgverzekeraar, indien de code “fout” als omschrijving reden opschorting bijhouding op de persoonslijst is vermeld en de afnemersindicatie als actuele aanduiding bij de persoonslijst is vermeld, de volgende gegevens verstrekt:
a. A-nummer persoon;
b. omschrijving reden opschorting bijhouding;
c. datum opschorting bijhouding.
Indien als gevolg van infrastructurele wijzigingen aan de zorgverzekeraar op grond van dit besluit gegevens moeten worden verstrekt, kan de zorgverzekeraar met het Agentschap BPR overeenkomen dat de gegevens niet worden verstrekt. De overeenstemming tussen het Agentschap BPR en de zorgverzekeraar wordt schriftelijk vastgelegd.
Nadat schriftelijke overeenstemming is bereikt met het Agentschap BPR kan de zorgverzekeraar gebruik maken van een alternatief medium als bedoeld in de systeembeschrijving bij verstrekking van gegevens als bedoeld in paragraaf 2[en in geval van verstrekking van gegevens als gevolg van infrastructurele wijzigingen.
1. De zorgverzekeraar verstrekt aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onverwijld alle nieuw gebleken informatie die betrekking heeft op hetgeen geregeld is in dit besluit.
2. Deze informatie betreft in ieder geval wijzigingen in:
a. de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de zorgverzekeraar;
b. de regelgeving ten aanzien van de taak of de wijze van uitvoering van de taak van de zorgverzekeraar;
c. de gegevens uit de basisregistratie personen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak van de zorgverzekeraar.
Het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 17 november 2011, BPR2010/53162, wordt ingetrokken.
Het besluit en de bijlagen bij het besluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.
’s-Gravenhage, 19 december 2013,
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, namens deze, G.M. Keijzer-Baldé Directeur Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten
Bezwaar
Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit daartegen per brief bezwaar maken bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Postbus 10451, 2501 HL Den Haag. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend, voorzien zijn van een datum alsmede de naam en het adres van de indiener en dient vergezeld te gaan van de gronden waarop het bezwaar berust en, zo mogelijk, een afschrift van het besluit waartegen het bezwaar is gericht.
Bijlage bij artikel 1 van dit besluit.
Anderzorg N.V.
Azivo Zorgverzekeraar N.V.
Menzis Zorgverzekeraar N.V.
Bijlage bij artikel 2 van dit besluit.
RUBRIEK |
OMSCHRIJVING |
---|---|
01 |
PERSOON |
01.01.10 |
A-nummer persoon |
01.01.20 |
Burgerservicenummer persoon |
01.02.10 |
Voornamen persoon |
01.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam persoon |
01.02.40 |
Geslachtsnaam persoon |
01.03.10 |
Geboortedatum persoon |
01.04.10 |
Geslachtsaanduiding |
01.61.10 |
Aanduiding naamgebruik |
04 |
NATIONALITEIT |
04.05.10 |
Nationaliteit |
04.65.10 |
Aanduiding bijzonder Nederlanderschap |
04.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Nationaliteit |
05 |
HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP |
05.01.10 |
A-nummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.01.20 |
Burgerservicenummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.40 |
Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.06.10 |
Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap |
05.07.10 |
Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap |
06 |
OVERLIJDEN |
06.08.10 |
Datum overlijden |
07 |
INSCHRIJVING |
07.70.10 |
Indicatie geheim |
08 |
VERBLIJFPLAATS |
08.09.10 |
Gemeente van inschrijving |
08.10.10 |
Functie adres |
08.10.20 |
Gemeentedeel |
08.10.30 |
Datum aanvang adreshouding |
08.11.10 |
Straatnaam |
08.11.15 |
Naam openbare ruimte |
08.11.20 |
Huisnummer |
08.11.30 |
Huisletter |
08.11.40 |
Huisnummertoevoeging |
08.11.50 |
Aanduiding bij huisnummer |
08.11.60 |
Postcode |
08.11.70 |
Woonplaatsnaam |
08.11.80 |
Identificatiecode verblijfplaats |
08.11.90 |
Identificatiecode nummeraanduiding |
08.12.10 |
Locatiebeschrijving |
08.13.10 |
Land adres buitenland |
08.13.20 |
Datum aanvang adres buitenland |
08.13.30 |
Regel 1 adres buitenland |
08.13.40 |
Regel 2 adres buitenland |
08.13.50 |
Regel 3 adres buitenland |
08.14.20 |
Datum vestiging in Nederland |
09 |
KIND |
09.01.10 |
A-nummer kind |
09.01.20 |
Burgerservicenummer kind |
09.03.10 |
Geboortedatum kind |
10 |
VERBLIJFSTITEL |
10.39.10 |
Aanduiding verblijfstitel |
10.39.20 |
Datum einde verblijfstitel |
10.39.30 |
Ingangsdatum verblijfstitel |
10.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Verblijfstitel |
11 |
GEZAGSVERHOUDING |
11.32.10 |
Indicatie gezag minderjarige |
11.33.10 |
Indicatie curateleregister |
Bijlage bij artikel 5 van dit besluit.
RUBRIEK |
OMSCHRIJVING |
---|---|
01 |
PERSOON |
01.01.10 |
A-nummer persoon |
01.01.20 |
Burgerservicenummer persoon |
01.02.10 |
Voornamen persoon |
01.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam persoon |
01.02.40 |
Geslachtsnaam persoon |
01.03.10 |
Geboortedatum persoon |
01.03.20 |
Geboorteplaats persoon |
01.03.30 |
Geboorteland persoon |
01.04.10 |
Geslachtsaanduiding |
01.61.10 |
Aanduiding naamgebruik |
01.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Persoon |
02 |
OUDER1 |
02.01.10 |
A-nummer ouder1 |
02.01.20 |
Burgerservicenummer ouder1 |
03 |
OUDER2 |
03.01.10 |
A-nummer ouder2 |
03.01.20 |
Burgerservicenummer ouder2 |
04 |
NATIONALITEIT |
04.05.10 |
Nationaliteit |
04.65.10 |
Aanduiding bijzonder Nederlanderschap |
04.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Nationaliteit |
54 |
NATIONALITEIT |
54.05.10 |
Nationaliteit |
54.65.10 |
Aanduiding bijzonder Nederlanderschap |
54.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Nationaliteit |
05 |
HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP |
05.01.10 |
A-nummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.01.20 |
Burgerservicenummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.40 |
Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.06.10 |
Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap |
05.07.10 |
Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap |
06 |
OVERLIJDEN |
06.08.10 |
Datum overlijden |
07 |
INSCHRIJVING |
07.70.10 |
Indicatie geheim |
08 |
VERBLIJFPLAATS |
08.09.10 |
Gemeente van inschrijving |
08.10.10 |
Functie adres |
08.10.20 |
Gemeentedeel |
08.10.30 |
Datum aanvang adreshouding |
08.11.10 |
Straatnaam |
08.11.15 |
Naam openbare ruimte |
08.11.20 |
Huisnummer |
08.11.30 |
Huisletter |
08.11.40 |
Huisnummertoevoeging |
08.11.50 |
Aanduiding bij huisnummer |
08.11.60 |
Postcode |
08.11.70 |
Woonplaatsnaam |
08.11.80 |
Identificatiecode verblijfplaats |
08.11.90 |
Identificatiecode nummeraanduiding |
08.12.10 |
Locatiebeschrijving |
08.13.10 |
Land adres buitenland |
08.13.20 |
Datum aanvang adres buitenland |
08.13.30 |
Regel 1 adres buitenland |
08.13.40 |
Regel 2 adres buitenland |
08.13.50 |
Regel 3 adres buitenland |
08.14.20 |
Datum vestiging in Nederland |
09 |
KIND |
09.01.10 |
A-nummer kind |
09.01.20 |
Burgerservicenummer kind |
09.03.10 |
Geboortedatum kind |
10 |
VERBLIJFSTITEL |
10.39.10 |
Aanduiding verblijfstitel |
10.39.20 |
Datum einde verblijfstitel |
10.39.30 |
Ingangsdatum verblijfstitel |
10.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Verblijfstitel |
60 |
VERBLIJFSTITEL |
60.39.10 |
Aanduiding verblijfstitel |
60.39.20 |
Datum einde verblijfstitel |
60.39.30 |
Ingangsdatum verblijfstitel |
60.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Verblijfstitel |
Bijlage bij artikel 5 van dit besluit.
RUBRIEK |
OMSCHRIJVING |
---|---|
01 |
PERSOON |
01.01.10 |
A-nummer persoon |
01.01.20 |
Burgerservicenummer persoon |
01.02.10 |
Voornamen persoon |
01.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam persoon |
01.02.40 |
Geslachtsnaam persoon |
01.03.10 |
Geboortedatum persoon |
01.03.20 |
Geboorteplaats persoon |
01.03.30 |
Geboorteland persoon |
01.04.10 |
Geslachtsaanduiding |
01.61.10 |
Aanduiding naamgebruik |
01.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Persoon |
02 |
OUDER1 |
02.01.10 |
A-nummer ouder1 |
02.01.20 |
Burgerservicenummer ouder1 |
03 |
OUDER2 |
03.01.10 |
A-nummer ouder2 |
03.01.20 |
Burgerservicenummer ouder2 |
04 |
NATIONALITEIT |
04.05.10 |
Nationaliteit |
04.65.10 |
Aanduiding bijzonder Nederlanderschap |
04.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Nationaliteit |
54 |
NATIONALITEIT |
54.05.10 |
Nationaliteit |
54.65.10 |
Aanduiding bijzonder Nederlanderschap |
54.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Nationaliteit |
05 |
HUWELIJK/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP |
05.01.10 |
A-nummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.01.20 |
Burgerservicenummer echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.30 |
Voorvoegsel geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.02.40 |
Geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner |
05.06.10 |
Datum huwelijkssluiting/aangaan geregistreerd partnerschap |
05.07.10 |
Datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap |
06 |
OVERLIJDEN |
06.08.10 |
Datum overlijden |
07 |
INSCHRIJVING |
07.70.10 |
Indicatie geheim |
08 |
VERBLIJFPLAATS |
08.09.10 |
Gemeente van inschrijving |
08.10.10 |
Functie adres |
08.10.20 |
Gemeentedeel |
08.10.30 |
Datum aanvang adreshouding |
08.11.10 |
Straatnaam |
08.11.15 |
Naam openbare ruimte |
08.11.20 |
Huisnummer |
08.11.30 |
Huisletter |
08.11.40 |
Huisnummertoevoeging |
08.11.50 |
Aanduiding bij huisnummer |
08.11.60 |
Postcode |
08.11.70 |
Woonplaatsnaam |
08.11.80 |
Identificatiecode verblijfplaats |
08.11.90 |
Identificatiecode nummeraanduiding |
08.12.10 |
Locatiebeschrijving |
08.13.10 |
Land adres buitenland |
08.13.20 |
Datum aanvang adres buitenland |
08.13.30 |
Regel 1 adres buitenland |
08.13.40 |
Regel 2 adres buitenland |
08.13.50 |
Regel 3 adres buitenland |
08.14.20 |
Datum vestiging in Nederland |
09 |
KIND |
09.01.10 |
A-nummer kind |
09.01.20 |
Burgerservicenummer kind |
09.03.10 |
Geboortedatum kind |
10 |
VERBLIJFSTITEL |
10.39.10 |
Aanduiding verblijfstitel |
10.39.20 |
Datum einde verblijfstitel |
10.39.30 |
Ingangsdatum verblijfstitel |
10.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Verblijfstitel |
60 |
VERBLIJFSTITEL |
60.39.10 |
Aanduiding verblijfstitel |
60.39.20 |
Datum einde verblijfstitel |
60.39.30 |
Ingangsdatum verblijfstitel |
60.85.10 |
Ingangsdatum geldigheid met betrekking tot de elementen van de categorie Verblijfstitel |
11 |
GEZAGSVERHOUDING |
11.32.10 |
Indicatie gezag minderjarige |
11.33.10 |
Indicatie curateleregister |
11.82.10 |
Gemeente document |
11.82.30 |
Beschrijving document |
De Wet basisregistratie personen (Wet BRP) vormt de juridische basis voor de basisregistratie personen. In de basisregistratie personen zijn persoonsgegevens opgeslagen in de vorm van persoonslijsten.
De basisregistratie personen bevat gegevens over personen die zijn ingeschreven bij een van de gemeenten in Nederland. De gemeenten houden deze gegevens bij.
Verder zijn in de basisregistratie personen gegevens opgenomen van personen die buiten Nederland woonachtig zijn, zogenoemde niet-ingezetenen. Gegevens van niet-ingezetenen worden bijgehouden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze registratie van niet-ingezetenen in de basisregistratie personen wordt aangeduid als de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). Over niet-ingezetenen wordt een beperkter aantal gegevens bijgehouden dan over ingezetenen. De gegevens in de RNI zijn niet aangemerkt als authentieke gegevens. Gegevens over niet-ingezetenen kunnen namelijk minder gemakkelijk actueel gehouden worden dan gegevens over ingezetenen.
De Wet BRP biedt de grondslag voor systematische gegevensverstrekking over ingezetenen en niet-ingezetenen aan overheidsorganen en daartoe aangewezen andere organisaties. Bij de systematische verstrekking worden vanuit een centraal bestand op geautomatiseerde wijze persoonsgegevens uit de basisregistratie personen verstrekt.
Allereerst komen overheidsorganen in aanmerking voor systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen. Daarnaast kunnen ook organisaties die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang daarvoor in aanmerking komen, indien deze werkzaamheden en deze organisaties op grond van artikel 3.3 van de Wet BRP zijn aangewezen. Voorts voorziet artikel 3.13 Wet BRP in systematische gegevensverstrekking aan onderzoeksinstellingen. Waar in het vervolg van deze toelichting zal worden gesproken over "de afnemer" worden daarmee zowel overheidsorganen als derden als onderzoeksinstellingen bedoeld.
Afnemers die systematisch gegevens verstrekt willen krijgen uit de basisregistratie personen dienen hiertoe een verzoek in bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het verzoek wordt gedaan in de vorm van een autorisatieaanvraagformulier. In dit formulier is aangegeven welke gegevens, over welke personen en voor welke taken de aanvrager op systematische wijze verstrekt wenst te krijgen. Het verzoek wordt getoetst, waarbij wordt uitgegaan van de beoordelingscriteria zoals deze zijn neergelegd in de Wet BRP en het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP). Onder meer bepalend is of en in hoeverre de verstrekking van de gegevens noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak van de aanvrager. Hierbij wordt steeds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de personen, van wie de aanvrager gegevens verstrekt wenst te krijgen, gewaarborgd.
Na toetsing van het autorisatieverzoek wordt door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een autorisatiebesluit ten behoeve van de aanvrager genomen. In dit autorisatiebesluit wordt bepaald welke gegevens over welke categorieën van personen en in welke gevallen aan de afnemer worden verstrekt. Aan het autorisatiebesluit kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van een zorgvuldige en doelmatige gegevensverstrekking.
Het autorisatiebesluit wordt voor zover mogelijk technisch vertaald in een zogenoemde autorisatietabelregel. Aan de hand van de autorisatietabelregel wordt de geautoriseerde afnemer herkend en kan de gegevensverstrekking vanuit de basisregistratie personen geautomatiseerd afgewikkeld worden.
De systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Op grond van dit besluit vindt de verstrekking op de volgende manieren plaats:
Met behulp van de spontane verstrekking van gegevens kan een afnemer zijn eigen bestand actueel houden. De afnemer wordt met behulp van deze gegevensverstrekking op de hoogte gehouden van mutaties in de gegevens van de personen die tot de doelgroep van de afnemer behoren. Om de spontane verstrekking mogelijk te maken moeten de persoonslijsten van deze personen worden gemarkeerd. De markering vindt plaats door het opnemen van de afnemersindicatie van de afnemer bij de betreffende persoonslijst.
De spontane verstrekking betreft een vastgestelde (sub)set van gegevens van een persoonslijst. Zodra de afnemersindicatie van een afnemer bij een persoonslijst is geplaatst krijgt deze afnemer eenmalig de gehele set gegevens verstrekt. Hierna krijgt de afnemer, indien een van de in de set opgenomen gegevens wijzigt, het oude en het nieuwe gegeven verstrekt. Bij opname van een gegeven bevat de verstrekking het nieuwe gegeven, bij verwijdering van een gegeven bevat de verstrekking het verwijderde gegeven.
Afnemersindicaties kunnen op drie verschillende wijzen bij een persoonslijst worden geplaatst. In de eerste plaats op verzoek van een afnemer. Ten tweede door middel van een selectie: eenmalig of periodiek worden afnemersindicaties geplaatst bij persoonslijsten die aan een bepaalde voorwaarde voldoen. Ten derde door middel van sleutelrubrieken, waarbij een afnemersindicatie bij de persoonslijst wordt opgenomen indien een bepaald gegeven op de persoonslijst van een persoon wordt opgenomen of gewijzigd en de desbetreffende persoonslijst na die wijziging of opneming aan één of meer gestelde voorwaarden voldoet. De afnemersindicatie wordt niet bij een persoonslijst geplaatst als dezelfde afnemersindicatie reeds als actuele aanduiding bij de persoonslijst is opgenomen.
In het geval dat een ingeschrevene over wie gegevens verstrekt worden niet (meer) behoort tot de doelgroep dient bij de persoonslijst van die ingeschrevene geen afnemersindicatie (meer) voor te komen. Dit betekent dat de afnemer de verplichting heeft de eerder geplaatste afnemersindicatie te laten verwijderen. De afnemersindicatie blijft als historische aanduiding bij de persoonslijst van de ingeschrevene staan.
Een afnemer kan op verzoek een set gegevens van een persoonslijst verstrekt krijgen. In het autorisatiebesluit is opgenomen welke gegevens van welke categorieën personen mogen worden opgevraagd.
Door technische problemen kan het voorkomen dat het berichtenverkeer in een bepaalde periode niet of niet juist heeft plaatsgevonden. Ook kan voorkomen dat afnemersindicaties ten onrechte bij persoonslijsten zijn verwijderd of niet zijn opgenomen. Om dit te herstellen wordt een zogenaamd “herstelbericht” verstuurd. Tevens worden de ontbrekende afnemersindicaties (opnieuw) geplaatst of verwijderd.
Indien een onderzoek is ingesteld of afgerond naar een gegeven of een verzameling van gegevens, wordt hiervan melding gedaan.
Op een persoonslijst kan bij historische gegevens de indicatie “onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” geplaatst worden. Deze gegevens zijn foutief en worden daarom in principe niet verstrekt. Uitzondering hierop is de spontane verstrekking die het gevolg is van de correctie van het foutieve gegeven. Deze spontane verstrekking vindt wel plaats, waarbij met het oude gegeven dat wordt verstrekt tevens de indicatie “onjuist dan wel strijdigheid met de openbare orde” wordt meeverstrekt.
Indien gegevens worden opgevraagd van een persoonslijst die is opgeschort, hetgeen ondermeer gebeurt indien een ingeschrevene is overleden of geëmigreerd, worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst meeverstrekt. Bij verstrekking van gegevens van een persoonslijst van een niet-ingezetene, is het van belang om aan te geven wanneer de gegevens op de persoonslijst geverifieerd zijn en welke organisatie de in een categorie opgenomen gegevens heeft aangeleverd. Om dit te bereiken, worden de verificatiegegevens of de gegevens over de aanleverende organisatie, voor zover die gegevens zijn opgenomen op de persoonslijst, meeverstrekt als er gegevens worden verstrekt uit een categorie waarin die gegevensgroepen voorkomen.
Een persoonslijst die ten onrechte in de basisregistratie personen is opgenomen, wordt afgevoerd. Bij afvoering worden de reden en datum opschorting bijhouding van de persoonslijst en het administratienummer van de ingeschrevene verstrekt.
Onder infrastructurele wijziging wordt verstaan een gemeentenaamswijziging, een samenvoeging van gemeenten, een opdeling van een gemeente in een aantal nieuwe gemeenten of een gemeentedeelwijziging. Door een infrastructurele wijziging kan een groot aantal persoonslijsten gewijzigd worden met als gevolg dat aan de afnemer gegevens worden verstrekt. Het is mogelijk dat de afnemer geen behoefte heeft aan de ontvangst van deze gegevens of deze gegevens op andere wijze verstrekt wenst te krijgen. Om de verstrekking van overbodige gegevens te voorkomen, maakt het besluit het mogelijk dat schriftelijk overeengekomen wordt dat deze gegevens niet of op andere wijze worden verstrekt.
Over de verstrekking van gegevens via alternatieve media, al dan niet naar aanleiding van infrastructurele wijzigingen, de leverings- en selectiedata en over andere relevante onderwerpen dient tot overeenstemming te worden gekomen met het Agentschap BPR.
Dit besluit is een autorisatiebesluit dat is genomen ten behoeve van de zorgverzekeraars in bijlage I bij dit besluit (in deze toelichting genoemd: de zorgverzekeraar).
De zorgverzekeraar is ingevolge artikel 39 van het Besluit BRP aangewezen als derde die in aanmerking komt voor de systematische gegevensverstrekking uit de basisregistratie personen.
De zorgverzekeraar is op grond van artikel 25 van de Zorgverzekeringswet dan wel op grond van artikel 33 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten aangemeld bij de Nederlandse zorgautoriteit als ziektekostenverzekeraar. Bij de zorgverzekeraar zijn ingeschrevenen aangemeld als verzekerden op grond van de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten.
De werkzaamheden van de zorgverzekeraar bestaan onder andere uit het vaststellen van de verzekeringsplicht op grond van artikel 2 van de Zorgverzekeringswet; het vaststellen van het recht op verzekering op grond van artikel 5 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten; het controleren van het recht op verzekering uit hoofde van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten; het innen van de (nominale) premies op grond van artikel 16, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet; het beoordelen en uitkeren van aanspraken van verzekerden op grond van artikel 11 van de Zorgverzekeringswet en het beoordelen van aanspraken van verzekerden krachtens artikel 6, eerste lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten.
De zorgverzekeraar krijgt de gegevens die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de hierboven beschreven taken op systematische wijze verstrekt uit de basisregistratie personen. De systematische verstrekking aan de zorgverzekeraar vindt plaats door middel van spontane verstrekking en de verstrekking van adresgegevens op verzoek.
De zorgverzekeraar krijgt spontane verstrekking van gegevens die zijn opgenomen in bijlage II. De afnemersindicaties kunnen worden geplaatst op verzoek. De zorgverzekeraar kan afnemersindicaties plaatsen bij persoonslijsten van:
– verzekerden (inclusief medeverzekerden) op grond van de Zorgverzekeringswet (NB onder “verzekerden” worden niet begrepen: degenen die een verzekering wensen af te sluiten), en
– verzekerden op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten.
In het geval dat een ingeschrevene over wie gegevens verstrekt worden niet of niet meer behoort tot de doelgroep van de zorgverzekeraar of de zorgverzekeraar de taak waarvoor de gegevens verstrekt worden niet meer uitvoert dient bij de persoonslijst van die ingeschrevene geen afnemersindicatie (meer) voor te komen van de zorgverzekeraar. Dit betekent dat de zorgverzekeraar dient te verzoeken de eerder geplaatste afnemersindicatie bij de persoonslijst te verwijderen. De afnemersindicatie blijft als historische aanduiding bij de persoonslijst van de ingeschrevene staan.
De zorgverzekeraar mag tevens op verzoek gegevens opvragen uit de basisregistratie personen. Het betreft de gegevens die zijn opgenomen in bijlage III en IV. De zorgverzekeraar mag alleen gegevens opvragen indien deze noodzakelijk zijn ter uitvoering van de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Daarbij is de ingeschrevene een verzekerde of iemand die aan de zorgverzekeraar een bedrag aan premie of onterechte vergoeding schuldig is (bijlage III) of een persoon die het gezag over een minderjarige verzekeringsplichtige uitoefent, dan wel de onder curatele, bewind of mentorschap gestelde verzekeringsplichtige op grond van artikel 2, derde lid, van de Zorgverzekeringswet vertegenwoordigt (bijlage III).
In de bijlagen zijn onder meer gegevens opgenomen over de echtgenoot of de geregistreerd partner en de kinderen van de verzekerde, zodat de zorgverzekeraar de persoonslijst van de echtgenoot/geregistreerd partner kan bevragen voor aanvullende gegevens, indien de echtenoot/geregistreerd partner de verzekerde vertegenwoordigt. De gegevens zijn tevens van belang om te bepalen of de echtgenoot/geregistreerd partner bij dezelfde zorgverzekeraar is verzekerd. Dit kan van invloed zijn op de hoogte van de premie. Daarnaast is de zorgverzekeraar, op grond van artikel 4 van de Zorgverzekeringswet, verplicht om van degene die een zorgverzekering wenst te sluiten het burgerservicenummer op te nemen in zijn administratie.
Op grond van artikel 2, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet is degene die tot de kring van verzekerden op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten behoort, verplicht zich krachtens een zorgverzekering te verzekeren. Artikel 5, derde lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten legt een verband tussen het recht op verzekering en de Nederlandse nationaliteit, dan wel het rechtmatige verblijf in Nederland. Om deze reden worden gegevens over de nationaliteit en de verblijfsstatus verstrekt.
De gegevens “Land adres buitenland”, “Datum aanvang adres buitenland”, “Regel 1 adres buitenland”, “Regel 2 adres buitenland” en “Regel 3 adres buitenland” (08.13.10, 08.13.20, 08.13.30, 08.13.40 en 08.13.50) zijn gegevens van niet- ingezetenen. Niet-ingezetenen kunnen Nederlanders zijn die in het buitenland wonen, of buitenlanders die niet beschikken over een vast woonadres in Nederland. Onder voorwaarden kunnen beide groepen personen verzekerden zijn in de zin van de Zorgverzekeringswet en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. De verstrekking van deze gegevens is noodzakelijk om de niet-ingezetenen in het buitenland te kunnen traceren. Het adres in het buitenland is nodig om de verzekerde op de hoogte te kunnen stellen van de consequenties die zijn of haar vertrek naar het buitenland tot gevolg heeft. Daarnaast kunnen de gegevens een bijdrage leveren aan de mogelijkheid tot invordering van een openstaande schuld van de niet-ingezetenen.
De zorgverzekeraar heeft gegevens over huwelijk en geregistreerd partnerschap nodig voor het vaststellen van de juiste wijze van aanschrijven. Aan de hand van de gegevens “datum sluiting”, “aanduiding naamgebruik”, “geslachtsnaam echtgenoot/geregistreerd partner” en “datum ontbinding huwelijk/geregistreerd partnerschap” kan de juiste aanschrijving worden bepaald.
De zorgverzekeraar heeft tevens de mogelijkheid het gegeven “07.70.10 Indicatie geheim” op te vragen. Met dit gegeven wordt aangeduid of een ingeschrevene de gemeente heeft verzocht om zijn of haar gegevens niet te verstrekken aan bepaalde derden. Indien dit het geval is, kan de zorgverzekeraar aanvullende maatregelen treffen om de privacy van de ingeschrevene te waarborgen.
De gegevensset die de zorgverzekeraar op verzoek kan vragen is ruimer dan de spontane set. De reden hiervoor is dat de zorgverzekeraar op verzoek gericht afzonderlijke gegevens kan opvragen die voor een specifieke situatie noodzakelijk zijn.
Op grond van artikel 2, derde lid, van de Zorgverzekeringswet, zorgt degene die het gezag uitoefent over een minderjarige, dan wel de curator, bewindvoerder of mentor is van de verzekeringsplichtige, dat de verzekeringsplichtige krachtens een zorgverzekering verzekerd is. Om deze reden kan de zorgverzekeraar op verzoek gegevens verstrekt krijgen met betrekking tot de gezagverhouding.
Teneinde de autorisatie actueel te houden dient de zorgverzekeraar tijdig inlichtingen te verschaffen over wijzigingen die zich voordoen in zijn taak, in de regelingen waarop die taak is gebaseerd of wijzigingen in de gegevens uit een basisadministratie die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van die taak. Het is de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar om deze informatie onverwijld kenbaar te maken aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Eventuele gevolgen van onjuistheden in de autorisatie als gevolg van het niet of niet tijdig doorgeven van dergelijke wijzigingen komen voor de verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar.
Met dit besluit wordt het autorisatiebesluit van 17 november 2011, BPR2010/53162, ingetrokken. Deze intrekking is het gevolg van de inwerkingtreding van de Wet basisregistratie personen.
Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Het besluit wordt tevens geplaatst op de internetpagina van Agentschap BPR, www.bprbzk.nl.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2014-30898.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.