Beschikking van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, houdende ontheffing van het verbod VFR-vluchten uit te voeren buiten de daglichtperiode en de tijdelijke instelling van een bijzonder luchtverkeersgebied

Datum: 10 september 2014

Nummer: ILT-2014/53524

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gezien het verzoek om ontheffing van 10 juli 2014 van de Landelijke Eenheid, dienst infrastructuur, afdeling luchtvaart, contactpersoon: de heer S.J.M. Zandee, tel.: 020 502 5600, e-mail: dlvplvt@klpd.politie.nl;

Overwegende dat:

• praktische oefeningen in samenwerking tussen vliegende politiediensten van belang is;

• de risico’s voor derden en deelnemers beperkt moeten worden en dat de internationale regels (van ICAO) niet van toepassing zijn op staatsluchtvaartuigen, zodat niet vast staat dat de desbetreffende helikopters en hun bemanning aan de internationale eisen of aan een vergelijkbaar veiligheidsniveau voldoen;

• een bijzonder luchtverkeersgebied kan worden ingesteld ter bescherming van het luchtverkeer ten opzichte van bepaalde soorten luchtverkeer;

• VFR-nachtvluchten zijn verboden en dat hierop uitzonderingen zijn gemaakt in de Vrijstellingsregeling LVR, maar dat deze vrijstelling niet geldt voor alle buitenlandse deelnemers aan de geplande oefening;

Gelet op de artikelen 8 en 44, vijfde lid, van het Luchtverkeersreglement;

BESLUIT

Artikel 1

• 1. Tijdens de internationale oefening van verschillende politie-eenheden wordt ter bescherming van de aan de oefening deelnemende helikopters als bijzonder luchtverkeersgebied aangewezen het gebied BVG Noordzee, begrensd door de volgende coördinaten:

  van 52°43'30.00"N 004°33'40.00"E naar 52°45'25.00"N 004°28'03.00"E, naar 52°48'19.15"N 004°21'00.00"E, naar 53°05'00.00"N 004°21'00.00"E, naar 53°06'10.00"N 004°30'56.00"E, naar 53°09'17.00"N 004°40'28.00"E, naar 53°11'06.00"N 004°38'07.51"E, vanaf dit punt in een cirkelboog met een straal van 12 NM met als middelpunt 53°15'00.00"N 004°57'00.00"E, naar 53°15'00.00"N 004°37'01.38"E, naar 53°15'00.00"N 004°43'40.92"E, vanaf dit punt in een cirkelboog met een straal van 8 NM rond middelpunt 53°15'00.00"N 004°57'00.00"E, naar 53°20’43.12"N 005°06'18.50"E, naar 52°52'40.00"N 005°21'30.00"E, naar 52°48'02.89"N 005°17'10.78"E en terug naar 52°43'30.00"N 004°33'40.00"E, van MSL tot 2000 voet boven gemiddeld zeeniveau (AMSL), weergegeven op de kaart in de bijlage bij deze beschikking. CTR de Kooy is uitgezonderd van het BVG;

• 2. Vluchten in de EHR4 en de EHR 8 mogen alleen plaatsvinden wanneer deze gebieden niet zijn geactiveerd voor Defensie;

• 3. Het BVG Noordzee wordt ingesteld op de hieronder genoemde dagen en tijden:

  maandag 15 september 2014 van 20.00 uur tot 23.59 uur lokale tijd;

  dinsdag 16 september 2014 van 00.00 uur tot 07.00 uur lokale tijd en van 20.00 uur tot 23.59 uur lokale tijd;

  woensdag 17 september 2014 van 00.00 uur tot 07.00 uur lokale tijd en van 20:00 uur tot 23.59 uur lokale tijd;

  donderdag 18 september 2014 van 00.00 uur tot 07.00 uur lokale tijd.

• 4. Voor het gebruik van het BVG Noordzee gelden de volgende regels:

  • a. het uitvoeren van andere dan bij de oefening betrokken vluchten in het BVG is niet toegestaan, met uitzondering van:

    • spoedeisende vluchten door luchtvaartuigen in gebruik bij de Landelijke Eenheid, afdeling luchtvaart;

    • vluchten ten behoeve van HEMS en SAR en beroepsmatige vluchten van en naar de luchthaven Den Helder via de gepubliceerde naderings- en vertrekprocedures;

    • vluchten van militaire luchtvaartuigen van en naar de MVK De Kooy; vluchten van militaire luchtvaartuigen die deelnemen aan de oefening Jackal Stone en onder begeleiding staan van de lokale verkeersleiding;

  • b. tijdens het vliegen binnen het BVG maken de deelnemende gezagvoerders gebruik van een SSR-transponder met mode A, C of S;

  • c. aanvang en beëindiging van de vluchten worden door de Landelijke Eenheid, afdeling luchtvaart, gecoördineerd met Amsterdam FIC.

Artikel 2 VFR-VLUCHTEN BUITEN DE DAGLICHTPERIODE

Aan de gezagvoerders van de helikopters die deelnemen aan de oefening wordt ontheffing verleend van het verbod tot het uitvoeren van VFR-vluchten buiten de daglichtperiode, zoals gepubliceerd in de in artikel 60, onder a, bedoelde luchtvaartgids, met inachtneming van de volgende voorschriften en beperkingen:

• a. voor het uitvoeren van de vluchten zijn de helikopters uitgerust met de instrumenten die zijn vereist voor het uitvoeren van een IFR-vlucht (OPS 3.865);

• b. de gezagvoerder en ‘pilot flying’ zijn in het bezit van een geldige ‘night qualification’, zijn adequaat opgeleid voor het vliegen met nachtzichtapparatuur buiten de daglichtperiode en hebben voldoende recente ervaring om met deze oefening mee te doen; de Landelijke Eenheid, afdeling luchtvaart, of de organisator van de oefening verifiëren dat voorafgaand aan de oefening;

• c. voor de vluchten wordt tijdig een vliegplan ingediend;

• d. tijdens het uitvoeren van de vluchten is een tweezijdige radioverbinding tot stand gebracht met de betrokken luchtverkeersleidingsdienst en wordt voortdurend op de aangewezen radiofrequentie geluisterd;

• e. het vliegzicht bedraagt ten minste 5 km en de afstand van het luchtvaartuig tot de wolken is groter dan 1.500 meter horizontaal en 300 meter verticaal.

Artikel 3

Handelen in strijd met artikel 1, vierde lid, onderdeel a, van deze beschikking is een strafbaar feit.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 15 september 2014 en vervalt op 19 september 2014.

Deze beschikking zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en zal tevens bekend worden gemaakt door middel van een NOTAM uit te geven door AIS AOCS NM.

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, namens deze, DE SENIOR INSPECTEUR ILT/VERGUNNINGEN, A. Schurink-v.d. Klugt

Bezwaarclausule

Indien u het niet eens bent met deze beslissing kunt u hiertegen, op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de datum waarop deze beslissing is verzonden schriftelijk bezwaar aantekenen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

• de naam en het adres van de indiener;

• de dagtekening;

• een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

• de gronden van het bezwaar.

Het bezwaarschrift kunt u richten aan:

Inspectie Leefomgeving en Transport

Postbus 16191

2500 BD Den Haag

BIJLAGE

Figuur BVG Noordzee