Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 26 september 2014, 2014-0000135431, tot wijziging van de Regeling WWB, IOAW en IOAZ in verband met de invoering van een nieuw verdeelmodel

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 6, derde lid, van het Besluit WWB 2007;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling WWB, IOAW en IOAZ wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel f, wordt ‘toetsingscommissie Wet werk en bijstand’ vervangen door: toetsingscommissie aanvullende uitkeringen Participatiewet.

B

Artikel 6 komt te luiden:

Artikel 6. Gegevens verdeelmodel 15.000+ gemeenten

In de bijlage bij deze regeling zijn:

  • a. in tabel 1 de gewichten opgenomen die gelden voor de variabelen, bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij het Besluit Participatiewet;

  • b. in tabel 2 de coropgewichten opgenomen die gelden voor de te onderscheiden coropgebieden, bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij het Besluit Participatiewet;

  • c. in tabel 3 zijn de peiljaren en de peildata opgenomen voor de kenmerken, bedoeld in tabel 2 en de omgevingskenmerken, bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij het Besluit Participatiewet.

C

De bijlage behorende bij artikel 6 van de Regeling WWB, IOAW en IOAZ wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 26 september 2014

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

BIJLAGE BEHORENDE BIJ ARTIKEL 6 VAN DE REGELING WWB, IOAW EN IOAZ

Voor de variabelen en kenmerken, bedoeld in de bijlage bij het Besluit Participatiewet, gelden de in de tabellen 1, 2 en 3 genoemde gewichten, peiljaren en peildata:

Tabel 1: gewichten

Variabelen verklaringsmodel

gewichten

Huishoudenskenmerken

 

Eenoudergezin met een vrouw aan het hoofd

0,9929893

Eenoudergezin met een man aan het hoofd

0,1954754

Paar zonder kinderen

– 1,855849

Paar met kinderen

– 0,912608

Aanwezigheid van een persoon in de leeftijd van 15-24 jaar

– 0,7454493

Aanwezigheid van een persoon in de leeftijd van 55-65 jaar

0,3685052

Wonend in een koopwoning

– 2,237492

Hebben van een niet-westerse achtergrond

0,7389134

Aanwezigheid van een persoon met als hoogst voltooide opleiding maximaal MBO-2

0,6825488

Aanwezigheid van een persoon met als hoogst voltooide opleiding minimaal HBO

– 0,3606156

Aanwezigheid van een persoon met een arbeidsbeperking

1,386715

Aanwezigheid van een persoon met een arbeidsongeschiktheidsuitkering

– 1,51222

   

Omgevingskenmerken

 

Gemiddelde WOZ-waarde (logaritmisch, buurt)

– 0,9823706

Matige leefbaarheid (buurt; score leefbaarheid ‘matig positief’ of lager)

0,1115834

Arbeidsmarktkansen voor hoogopgeleiden (met correcties voor grensoverschrijdende pendel)

– 5,157323

Aantal werkzame personen gedeeld door het aantal personen behorend tot de potentiële beroepsbevolking (COROP)

– 0,0336733

Constante

9,27598783115645

Tabel 2: coropgewichten

Coropnummer

Corop-gebied

Gewichten

1

Oost-Groningen

0,0287366

2

Delfzijl en omgeving

0,0041691

3

Overig Groningen

– 0,0020034

4

Noord-Friesland

0,0511672

5

Zuidwest-Friesland

0,0131981

6

Zuidoost-Friesland

0,0305847

7

Noord-Drenthe

– 0,0156851

8

Zuidoost-Drenthe

0,0341706

9

Zuidwest-Drenthe

– 0,0054661

10

Noord-Overijssel

0,0175785

11

Zuidwest-Overijssel

– 0,0103792

12

Twente

– 0,0059694

13

Veluwe

– 0,0013673

14

Achterhoek

0,0177850

15

Arnhem/Nijmegen

0,0144432

16

Zuidwest-Gelderland

0,0042343

17

Utrecht

0,0138466

18

Kop van Noord-Holland

– 0,0349887

19

Alkmaar en omgeving

0,0109207

20

IJmond

– 0,0309076

21

Agglomeratie Haarlem

– 0,0137986

22

Zaanstreek

– 0,0893619

23

Groot-Amsterdam

0,0064124

24

Het Gooi en Vechtstreek

0,0240646

25

Agglomeratie Leiden en Bollenstreek

– 0,0599105

26

Agglomeratie 's-Gravenhage

– 0,0206919

27

Delft en Westland

– 0,0143820

28

Oost-Zuid-Holland

– 0,0306929

29

Groot-Rijnmond

0,0203106

30

Zuidoost-Zuid-Holland

– 0,0276734

31

Zeeuwsch-Vlaanderen

0,0074094

32

Overig Zeeland

– 0,0058358

33

West-Noord-Brabant

0,0015704

34

Midden-Noord-Brabant

0,0491554

35

Noordoost-Noord-Brabant

0,0091813

36

Zuidoost-Noord-Brabant

0,1024445

37

Noord-Limburg

0,0164543

38

Midden-Limburg

0,0100414

39

Zuid-Limburg

– 0,0575708

40

Flevoland

0,0196012

Tabel 3: peiljaren en peildata

Kenmerken van gemeenten

Peiljaren

Peildata

Aantal huishoudens van 15–64 jaar

2014

1-1-2014

Totaal aantal huishoudens van 15–64 jaar, uitgesplitst naar alleenstaanden, eenoudergezinnen man, eenoudergezinnen vrouw, paren zonder kinderen en paren met kinderen

2014

1-1-2014

Aantal huishoudens van 15–64 jaar met een persoon in het huishouden van 15–64 jaar en van een niet-westerse herkomst

2014

1-1-2014

Aantal huishoudens van 15–64 jaar met een persoon in het huishouden in de leeftijd van 15–24 jaar

2014

1-1-2014

Aantal huishoudens van 15–64 jaar met een persoon in het huishouden in de leeftijd van 55–64 jaar

2014

1-1-2014

Percentage inwoners van 15–64 jaar met een arbeidsongeschiktheidsuitkering

2013

Ultimo 2013

Percentage inwoners van 15–64 jaar met een lage opleiding

2011–2013

Percentage inwoners van 15–64 jaar met een hoge opleiding

2011–2013

Percentage inwoners van 15–64 jaar met een arbeidsbeperking

2009–2013

Percentage koopwoningen

2012

1-1-2012

Percentage inwoners wonend in een buurt met een matige leefbaarheid

2012

Overige omgevingskenmerken

   

Gemiddelde WOZ-waarde (logaritmisch, buurt)

2012

1-1-2012 (waardepeildatum 1-1-2011)

Arbeidsmarktkansen voor hoogopgeleiden (met correcties voor grensoverschrijdende pendel) – gemeente

2012

Aantal werkzame personen gedeeld door het aantal personen behorend tot de potentiële beroepsbevolking (COROP) = Netto participatie op COROP-niveau

2013

COROP-indeling

2014

1-1-2014

TOELICHTING

Het Besluit Participatiewet (voorheen: Besluit WWB 2007, hierna: het besluit) is gewijzigd in verband met een nieuw verdeelmodel voor de verdeling van de uitkering aan gemeenten voor inkomensvoorzieningen op grond van artikel 69, derde lid, van de Participatiewet. Bij de berekening van de afzonderlijke budgetten voor de gemeenten wordt voor elke gemeente een budgetgrondslag bepaald. Bij gemeenten met meer dan 15.000 inwoners wordt gebruikgemaakt van de met het verdeelmodel objectief vastgestelde gemeentelijke uitkeringskosten. Het nieuwe verdeelmodel maakt gebruik van verklaringsvariabelen en verdeelkenmerken. Deze zijn opgenomen in de tabellen 1 en 2 van het besluit. In deze regeling worden de gewichten gepubliceerd van de verklaringsvariabelen en de peiljaren en peildata van de verdeelkenmerken. Het gewicht van de variabele COROP-gebied verschilt per COROP-gebied en daarom zijn de COROP-gewichten in een aparte tabel opgenomen. Deze gegevens kunnen jaarlijks wijzigen. In het besluit is daarom een grondslag opgenomen om deze gewichten, peiljaren en peildata bij ministeriële regeling vast te kunnen stellen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

Naar boven