Besluit van de Directeur-Generaal van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, houdende verlening van ondermandaat en machtiging

28 juli 2014

Nr. 231/14 DG FPC/PvdB/yvm

De Directeur-Generaal van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu,

Gelet op artikel 16 van de Mandaatregeling VWS;

Besluit:

Artikel 1

Aan de volgende functionarissen wordt voor hun werkterrein de bevoegdheid verleend om namens de minister besluiten te nemen met uitzondering van het toekennen van subsidies en handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn:

  • 1. de centrumhoofden, de stafhoofden, de regiomanagers van de regiokantoren Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s en de Chief Science Officers;

  • 2. de afdelingshoofden en de coördinatoren die inhoudelijk leiding geven aan een opdracht / programma / thema en die expliciet ondermandaat hebben gekregen van het centrumhoofd om de effectiviteit en efficiëntie van het dagelijks werk te waarborgen.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 juli 2013.

Artikel 3

Het besluit van 8 februari 2005, kenmerk Nr. 27/05 DG MS/pj/eh, wordt ingetrokken.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Directeur-Generaal van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, A.N. van der Zande

De Secretaris-Generaal van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, L.A.M. van Halder

TOELICHTING

Aan de functionarissen, genoemd in artikel 1 van dit besluit wordt ondermandaat en machtiging verleend voor:

  • 1. het nemen van (eenzijdige) besluiten met uitzondering van het toekennen van subsidies en

  • 2. het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn [lees: publiekrechtelijke rechtshandelingen of handelingen zonder beoogd rechtsgevolg (feitelijke handelingen)]. Voor privaatrechtelijke rechtshandelingen gelden de Volmachtregeling VWS en de ondervolmacht RIVM.

Het verlenen van dit ondermandaat en machtiging is toegestaan volgens art. 16 van de Mandaatregeling VWS. In het voorgaande ondermandaat (conform het besluit van de Directeur-Generaal van het RIVM, met kenmerk Nr. 27/05 DG MS/pj/eh van 8 februari 2005, gepubliceerd in de Staatscourant van 26 april 2005, nr. 80 / pag. 161) hadden diverse functionarissen een ondermandaat.

Na de reorganisatie bij het RIVM in 2013 behoefde het ondermandaat- en machtiging aanpassing vanwege:

  • de creatie van nieuwe functies;

  • de wijziging van de inhoud van diverse functies;

  • de overgang van het bedrijfsonderdeel Inkoop Opslag Distributie van het voormalige agentschap NVI naar het agentschap RIVM en de samenvoeging met de Regionale Coördinatie Programma’s tot de Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s.

In bijgaande tabel zijn de aanpassingen vermeld:

Naam (oud)

Naam (nieuw)

Laboratoriumhoofd

Centrumhoofd

Afdelingshoofd stafdirectie

Stafhoofd

Afdelingshoofd Directie Facilitair Bedrijf

Stafhoofd

Projectleider1

coördinatoren met toevoeging in hun benaming de opdracht/het programma/het thema waaraan zij leiding geven1

 

Chief Science Officer

 

Regiomanagers van de regiokantoren Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s

 

Afdelingshoofden

X Noot
1

Uitgangspunt is, dat de afdelingshoofden binnen het RIVM het laagste niveau met personele en financiële verantwoordelijkheid blijven. In een aantal situaties zal het niet werkbaar blijken te zijn als de coördinatoren (voorheen ‘projectleiders’) voor alle zaken bij het afdelingshoofd moeten aankloppen. In de praktijk zal het afdelingshoofd de eindverantwoordelijkheid voor resultaten, personele aansturing en het overall beheer op zich nemen, maar niet in alle gevallen het dagelijkse management efficiënt en effectief kunnen uitvoeren. Daarnaast wordt van de coördinatoren (voorheen ‘projectleiders’) verwacht dat zij de inhoudelijke coördinatie en dagelijkse operationele aansturing van opdrachten op zich nemen. Het draait hierbij in alle gevallen om complexe opdrachten en of clusters van inhoudelijk en financieel sterk gerelateerde opdrachten. Voor dergelijke gevallen kan het Centrumhoofd toestemming verlenen dat een dergelijke coördinator die inhoudelijk leiding geeft aan een opdracht/programma/thema (naast ondervolmacht ook) ondermandaat- en machtiging heeft om de effectiviteit en efficiëntie van het dagelijks werk te waarborgen.

De Directeur-Generaal van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, A.N. van der Zande

Naar boven