Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 24 juli 2014, 648587-124347-VGP, houdende intrekking van de aanwijzing van TNO Certification te Niekerk als keuringsinstantie op grond van het Warenwetbesluit elektrotechnische produkten

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 6, eerste lid, onder b, van het Warenwetbesluit elektronische produkten;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder richtlijn: Richtlijn 2006/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (PbEU 2006, L 374).

Artikel 2

De aanwijzing van TNO Certification B.V. als orgaan bevoegd tot het opstellen van rapporten en het uitbrengen van adviezen als bedoeld in artikel 8, tweede lid, onderscheidenlijk artikel 9, derde lid, van de richtlijn gedaan bij besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 22 augustus 2001 (GZB/C&O/2205849) (Stcrt. 2001, 165) wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van 20 april 2016.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, namens deze, de Directeur Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie, M. Sonnema

Een belanghebbende kan tegen een besluit bezwaar maken op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit kan door een bezwaarschrift in te dienen bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, t.a.v. Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag.

De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De termijn vangt aan met ingang van de dag volgend op de dag waarop het besluit is gedagtekend.

Het bezwaarschrift wordt ondertekend door de indiener en bevat:

  • de naam en het adres van de indiener,

  • de dagtekening,

  • een omschrijving van het bestreden besluit, bijvoorbeeld door vermelding van het zaaknummer, briefkenmerk en datum of door bijvoeging van een kopie van het besluit,

  • de gronden van het bezwaar.

TOELICHTING

Richtlijn 2006/95/EG van het Europese Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (PbEU 2006, L 374) (hierna: Richtlijn 2006/95/EG) stelt regels voor het in de handel brengen van elektrisch materiaal. Het Warenwetbesluit elektrotechnische producten geeft uitvoering aan deze richtlijn.

In gevallen als bedoeld in artikel 8, tweede lid, en artikel 9, derde lid, van Richtlijn 2006/95/EG kan een rapport worden opgesteld of moet een advies worden ingewonnen bij een daartoe bevoegd orgaan. Het bevoegde orgaan wordt op grond van artikel 6 van het Warenwetbesluit elektrotechnische producten door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen.

Met ingang van 20 april 2016 wordt Richtlijn 2006/95/EG ingetrokken. De richtlijn wordt vervangen door een nieuwe richtlijn1. In deze nieuwe richtlijn is geen mogelijkheid voor de lidstaten opgenomen om bevoegde organen aan te wijzen voor het opstellen van rapporten en het geven van adviezen. De besluiten waarin bedoelde organen zijn aangewezen worden daarom ingetrokken met ingang van 20 april 2016.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, namens deze, de Directeur Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie, M. Sonnema


X Noot
1

Richtlijn 2014/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (PbEU 2014, L 96).

Naar boven