Regeling van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek van 17 juli 2014, nr. 24284, tot vaststelling van een tijdelijke subsidieregeling voor vernieuwende journalistiek 2015 (The Challenge: Reinventing Journalism)

Het Stimuleringsfonds voor de journalistiek,

Handelende na overleg met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 8.15a van de Mediawet 2008;

Besluit:

HOOFDSTUK 1. TE SUBSIDIËREN ACTIVITEITEN

Artikel 1. Te subsidiëren activiteiten en kosten

  • 1. Het Stimuleringsfonds kan ten behoeve van de versterking en vernieuwing van de journalistiek in Nederland subsidie verstrekken voor activiteiten die voldoen aan één of meer van de volgende eisen:

    • a. Zij hebben betrekking op nieuwe of nieuwe combinaties van of met bestaande journalistieke producten of diensten;

    • b. Zij hebben betrekking op nieuwe modellen of platforms om nieuwe journalistieke producten of diensten te realiseren.

  • 2. Voor subsidieverstrekking komen slechts kosten van de subsidieontvanger in aanmerking die rechtstreeks verband houden met de activiteiten waarvoor subsidie is verleend en die gemaakt zijn na de subsidieverlening.

  • 3. Het Stimuleringsfonds kan nadere richtlijnen omtrent de aard van de kosten vaststellen. Deze richtlijnen worden gepubliceerd op de website van het Stimuleringsfonds www.persinnovatie.nl.

Artikel 2. Subsidieaanvrager

Subsidie kan worden aangevraagd door tenminste twee voor de desbetreffende activiteiten verantwoordelijke natuurlijke personen tot een maximum van drie en die voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • a. Zij volgen of hebben een hogere opleiding gevolgd aan een instelling die is geregistreerd in het Centraal register opleidingen hoger onderwijs (CROHO);

  • b. Zij bevinden zich in het laatste jaar van deze opleiding of zijn niet langer dan vier jaar geleden afgestudeerd;

  • c. Zij hebben tussen 1 september en 1 december 2014 een projectidee ingediend volgens de richtlijnen gepubliceerd op de website van het Stimuleringsfonds www.persinnovatie.nl, dat is gevolgd door een positief advies van het Stimuleringsfonds om een aanvraag in te dienen.

Artikel 3. Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidieverlening en uitvoeringskosten is op grond van deze regeling € 150.000 beschikbaar.

  • 2. Per aanvraag kan subsidie worden verstrekt voor ten hoogste een bedrag van € 5.000 en voor een periode van maximaal één jaar.

HOOFDSTUK 2. SUBSIDIEAANVRAAG

Artikel 4. Subsidieaanvraag

  • 1. Subsidie wordt op aanvraag verleend.

  • 2. Een aanvraag wordt uitsluitend ingediend door middel van het invullen en ondertekenen van een door het Stimuleringsfonds vastgesteld aanvraagformulier volgens de op de website van het Stimuleringsfonds www.persinnovatie.nl vermelde instructies en omvat in ieder geval een plan in termen van te verrichten activiteiten en daarmee te realiseren innovaties als bedoeld in artikel 1, de haalbaarheid daarvan en een begroting van de kosten.

  • 3. De haalbaarheid dient te worden onderbouwd in termen van meerwaarde voor de gebruiker, de wijze waarop informatie over de gebruiker is verkregen, de schaalbaarheid van de activiteiten, de verkende mogelijkheden tot samenwerking met andere partijen, een analyse van vergelijkbare ideeën en de gevolgen voor de exploitatie.

  • 4. De begroting heeft een duidelijke relatie met de activiteiten die worden uitgevoerd, waarbij de begrotingsposten aan de beschrijving van de uitvoering van de activiteiten gekoppeld zijn.

  • 5. Het Stimuleringsfonds bevestigt binnen een week de ontvangst van een aanvraag.

  • 6. Tijdens de opstelling van de aanvraag wordt de subsidieaanvrager in de gelegenheid gesteld de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van het project met behulp van deskundigen te versterken.

Artikel 5. Termijn indiening subsidieaanvraag

  • 1. Het voornemen tot het indienen van een aanvraag voor subsidie wordt voor 1 januari 2015 kenbaar gemaakt.

  • 2. Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend voor 28 februari 2015.

  • 3. Het Stimuleringsfonds beoordeelt binnen een week na indiening de volledigheid van de aanvraag.

HOOFDSTUK 3. SUBSIDIEVERLENING

Artikel 6. Criteria verdeling bij subsidieverlening

  • 1. Het Stimuleringsfonds beslist gelijktijdig op de aanvragen op basis van de volgende criteria:

    • a. gerichtheid op journalistieke producten, diensten of werkwijzen die journalistieke functies vervullen of bestuderen op het gebied van nieuwsgaring, nieuwsduiding en opinievorming over de maatschappelijke actualiteit, mede in het belang van politieke meningsvorming;

    • b. innovatief karakter, dat wil zeggen dat de te subsidiëren activiteiten vernieuwingen tot stand brengen in journalistieke functies als nieuwsgaring, nieuwsduiding of opinievorming zodat de persverscheidenheid wordt vergroot en daarmee een vernieuwende bijdrage wordt geleverd aan de journalistieke informatievoorziening;

    • c. de haalbaarheid van het ingediende activiteitenplan.

  • 2. Als op grond van de beoordeling, bedoeld in het eerste lid, de in aanmerking komende aanvragen leiden tot overschrijding van een subsidieplafond, kan het Stimuleringsfonds de hoogte van de subsidie bepalen naar rato van het aantal in aanmerking komende aanvragen en van de hoogte van aangevraagde subsidies.

Artikel 7. Beslissing subsidieverlening

  • 1. Het Stimuleringsfonds beslist binnen 13 weken na de sluitingstermijn bedoeld in artikel 5 lid 1 tegelijkertijd op de aanvragen die zijn ingediend.

  • 2. Het Stimuleringsfonds maakt via de website www.persinnovatie.nl bekend door wie een aanvraag is ingediend en voor welk innovatieproject.

HOOFDSTUK 4. RECHTEN EN VERPLICHTINGEN SUBSIDIEONTVANGER

Artikel 8. Uitvoering en bekendmaking van de gesubsidieerde activiteiten

  • 1. De subsidieontvanger heeft recht op ondersteuning bij de uitvoering van het activiteitenplan door de afname van diensten tot een bedrag van maximaal € 15.000,–.

  • 2. De subsidieontvanger werkt mee aan door of namens het Stimuleringsfonds ingestelde onderzoeken die erop gericht zijn het Stimuleringsfonds inlichtingen te verschaffen ten behoeve van de ontwikkeling van het door of namens het Stimuleringsfonds te voeren beleid.

  • 3. De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan het Stimuleringsfonds van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidieverlening. Daarbij worden de relevante stukken overgelegd.

  • 4. De subsidieontvanger werkt mee aan overleg over en presentatie en publicatie van tussentijdse en eindresultaten van de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten met als doel innovatieve projecten onder de aandacht te brengen waardoor deze ten gunste kunnen komen van andere partijen uit de sector.

HOOFDSTUK 5. SUBSIDIEVASTSTELLING

Artikel 9. Aanvraag tot vaststelling

Binnen twee maanden na afloop van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot subsidievaststelling in. De aanvraag gaat vergezeld van een activiteitenverslag en een financieel verslag.

Artikel 10. Accountantsonderzoek

Het Stimuleringsfonds kan ten behoeve van de subsidievaststelling een door hem aan te wijzen accountant een onderzoek laten instellen naar de rechtmatigheid van de besteding van de subsidie.

Artikel 11. Activiteitenverslag

  • 1. Het activiteitenverslag bevat een overzicht van de verrichte activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten, in het bijzonder: de gerealiseerde innovaties in de vorm van implementeerbare journalistieke producten of diensten en over de voortzetting daarvan na afloop van de projectperiode.

  • 2. De inrichting van het verslag komt overeen met de inrichting van het activiteitenplan.

  • 3. Het verslag bevat, voor zover van toepassing, een analyse van verschillen tussen de voorgenomen activiteiten en beoogde resultaten, vermeld in het activiteitenplan, en de feitelijke realisatie.

HOOFDSTUK 6. BETALING

Artikel 12. Betaling in gedeelten

Bij de subsidieverlening wordt bij wijze van voorschot ten hoogste 50 procent van het verleende subsidiebedrag betaald.

HOOFDSTUK 7. SLOTBEPALINGEN

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 14. Evaluatie

Binnen 26 weken na de sluitingsdatum bedoeld in artikel 5 lid 1, evalueert het Stimuleringsfonds de uitvoering van deze regeling.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De voorzitter van het Stimuleringsfonds voor de journalistiek, V.P. Kouwenhoven.

TOELICHTING

Algemeen

Het Stimuleringsfonds voor de journalistiek (voor 1 juli 2014: Stimuleringsfonds voor de pers) voert sinds 2010, op basis van artikel 8.3 van de Mediawet 2008, de Tijdelijke subsidieregeling Persinnovatie uit. De projecten die op grond van deze regeling gefinancierd zijn, zijn vooral afkomstig van gevestigde mediapartijen en hebben vooral betrekking op de aggregatie en distributie van journalistieke producties. In 2012 is het Stimuleringsfonds gestart met onderhavige subsidieregeling om te komen tot vernieuwing op het gebied van de totstandkoming van journalistieke producten en diensten door niet-gevestigde mediapartijen. De regeling heeft voorgaande edities vernieuwende journalistieke start-ups opgeleverd en zal dit jaar wegens succes voor de derde keer worden uitgevoerd onder dezelfde naam: The Challenge: Reinventing Journalism.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Met de hier genoemde activiteiten wordt aangegeven dat de regeling bestemd is voor vernieuwende journalistiek. Daarbij valt te denken aan vernieuwende formats op het gebied van het vertellen van journalistieke verhalen door middel van datajournalistiek, newsgames, crowdsourcing, transmedia journalism, long-form journalism, narratieve journalistiek e.d. Dat kan geschieden via alle mogelijke platformen.

Artikel 2

De regeling heeft speciaal het oog op het uitlokken van vernieuwende journalistieke ideeën van studenten aan de hogere opleidingen journalistiek, media of communicatie. Andere hogere opleidingen zijn echter niet van de regeling uitgesloten, omdat ook daar, al dan niet in combinatie met studenten van eerdergenoemde opleidingen, vernieuwende journalistieke ideeën vandaan kunnen komen.

Voorafgaand aan de aanvraag dienen de aanvragers een projectidee aan het Stimuleringsfonds voor te leggen dat zal worden beoordeeld op originaliteit en kansrijkheid. Op basis hiervan krijgt de indiener van het projectidee advies om een aanvraag in te dienen.

Artikel 4

Net als bij de Tijdelijke subsidieregeling persinnovatie dient de haalbaarheid van het project goed onderbouwd te worden.

Artikel 6

Selectie van de aanvragen en de hoogte van de subsidie gebeurt op basis van drie criteria: het ingediende project moet zowel journalistiek, vernieuwend als haalbaar zijn. Aanvragers krijgen tijdens het opstellen van hun aanvragen en op uitnodiging van het Stimuleringsfonds de gelegenheid het project te versterken aan de hand van adviezen van deskundigen via zogenaamde masterclasses.

Artikel 8

Na subsidietoewijzing is er per aanvrager een budget beschikbaar van 15.000 euro om het project verder te versterken door onder begeleiding van een coach te werken aan het businessplan, het maken van het prototype en het testen van het product of de dienst in de markt.

Aangezien de te subsidiëren activiteiten vanuit publieke middelen worden gefinancierd, dienen de resultaten in principe ten goede te komen aan de persbedrijfstak in zijn geheel. In overleg met de aanvrager wordt een passende manier gevonden voor een te publiceren voortgangs- en eindrapportage van elk project waaruit anderen lering kunnen trekken.

De voorzitter van het Stimuleringsfonds voor de journalistiek, V.P. Kouwenhoven

Naar boven