Besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie van 3 juli 2014, nr. 535010, houdende de vaststelling van het prijsbeleid van het Nederlands Forensisch Instituut (Besluit Prijsbeleid NFI).

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 4, tweede en derde lid, van Regeling Taken Nederlands Forensisch Instituut;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Het NFI brengt voor de levering van een product of dienst of een pakket aan diensten een prijs in rekening die tenminste gelijk is aan de doorberekening van de integrale kosten van de daadwerkelijk geleverde product, dienst of pakket aan diensten.

  • 2. Indien sprake is van een zaak van groot maatschappelijk of internationaal belang dan wel waar het bijzondere omstandigheden betreft, kan de minister van Veiligheid en Justitie besluiten dat het NFI een dienst of product tegen een afwijkende prijs levert.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 2013.

Artikel 3

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Prijsbeleid NFI.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 3 juli 2014

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

TOELICHTING

In overeenstemming met de Regeling Taken NFI dient het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) voor producten of diensten die buiten de Service Level Agreement (SLA) vallen en ten behoeve van het leveren van de in artikel 1, tweede lid van de Regeling Taken NFI, genoemde producten of diensten, de kosten in rekening te brengen conform een door de minister vastgesteld prijsbeleid. Middels dit besluit wordt het prijsbeleid van het NFI vastgesteld. Dergelijke leveringen geschieden vanaf 1 juli 2014 conform dit prijsbeleid.

Bij de vaststelling van dit prijsbeleid is getoetst aan de gedragsregels voor de overheid omtrent economische activiteiten van publiekrechtelijke rechtspersonen en van overheidsbedrijven teneinde zoveel mogelijk gelijke concurrentieverhoudingen te scheppen tussen enerzijds deze organisaties en ondernemingen en anderzijds andere aanbieders van goederen of diensten.

Artikelsgewijs

Artikel 1, eerste lid

Het NFI berekent de kostprijzen van de producten en diensten op basis van de benodigde uren vermenigvuldigd met het integrale uurtarief. De integrale uurtarieven zijn gebaseerd op de normale bezetting van de productiecapaciteit. Vanwege de eenvoud zijn er geen uurtarieven per salarisschaal maar drie integrale uurtarieven: een laag, midden en hoog tarief. Het uurtarief dat in rekening wordt gebracht bevat de kostencomponenten die relevant zijn voor het gevraagde product of dienst.

Artikel 1, tweede lid

In uitzonderlijke omstandigheden kan de minister van Veiligheid en Justitie besluiten dat het NFI een product of dienst mag leveren tegen een afwijkende prijs dan de integrale kosten. Hierbij kan gedacht worden aan bijzondere verzoeken van internationale instituten of buitenlandse overheidsorganisaties. Daarnaast zal er in voorkomende gevallen sprake moeten zijn van een overgangsperiode. Bijvoorbeeld in de gevallen waar afspraken uit eerder dan 1 juli 2014 aangegane contracten dit vergen.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

Naar boven