TOELICHTING
1. Algemeen
2. Artikelsgewijs
Met deze regeling is de Regeling zorgverzekering (Rzv) per 1 januari 2015 gewijzigd.
De wijzigingen betreffen:
-
a. het invoeren van een functiegerichte omschrijving van de hulpmiddelen gerelateerd
aan stoornissen in de mate van bewustzijn zoals het Zorginstituut Nederland heeft
geadviseerd in zijn rapport ‘Hulpmiddelen gerelateerd aan stoornissen in de mate van
bewustzijn1;
-
b. het invoeren een functiegerichte omschrijving van hulpmiddelen te gebruiken bij stoornissen
in de functies van de huid zoals het Zorginstituut Nederland heeft geadviseerd in
zijn rapport ‘Functiegerichte omschrijving hulpmiddelen te gebruiken bij stoornissen
in de functies van de huid’2;
-
c. het uit de hulpmiddelenzorg verwijderen van de hulpmiddelen ter volledige of gedeeltelijke
vervanging van de stembanden omdat deze hulpmiddelen vallen onder de medisch-specialistische
zorg;
-
d. het indexeren van de bedragen voor de eigen bijdrage die verschuldigd zijn voor hulpmiddelen,
kraamzorg en ziekenvervoer conform het voorstel van het Zorginstituut Nederland in
de brief van 6 juni 2014, 2014071531.
Artikel I
Onderdeel A, voor zover het betreft artikel 2.6, onderdeel g
Het nieuwe onderdeel g van artikel 2.6 van Rvz regelt de functiegerichte omschrijving
van de hulpmiddelen gerelateerd aan stoornissen in de mate van bewustzijn. Het betreft
hier een functiegerichte omschrijving van de te verzekeren prestatie die voorheen
aangeduid was als kappen ter bescherming van de schedel.
Onder de reikwijdte van deze functiegerichte omschrijving vallen hulpmiddelen die
zich richten op het voorkomen of letsel of van erger letsel als het gevolg van bewustzijnsstoornissen.
Bij bewustzijnsstoornissen is sprake van veranderingen van de hersentoestand waardoor
niet, verminderd, vertraagd of abnormaal wordt gereageerd op prikkels uit de omgeving.
De oorzaken van bewustzijnsstoornissen zijn divers. Het kan onder meer gaan om de
gevolgen van een stoornis in de bloedvoorziening, metabole stoornissen of de gevolgen
van hersenaandoeningen (bijvoorbeeld epilepsie).
Uit de functiegerichte omschrijving blijkt dat er een relatie moet bestaan tussen
de aangevraagde voorziening en de stoornis in het bewustzijn. Deze relatie moet blijken
uit de specifieke functionaliteiten waarover een hulpmiddel beschikt. Hulpmiddelen
die over dergelijke specifieke functionaliteiten beschikken, schaffen mensen zonder
beperking in het algemeen niet aan.
Bij algemeen gebruikelijke hulpmiddelen is de relatie tussen de stoornis en het hulpmiddel
niet één op één aanwezig. Ook mensen zonder stoornis in de mate van bewustzijn schaffen
dergelijk hulpmiddelen aan. Algemeen gebruikelijke voorzieningen vallen dan ook niet
onder deze te verzekeren prestatie.
Een saturatiemeter en middelen voor het meten van ketonen vallen niet onder deze functiegerichte
omschrijving, maar behoren tot de te verzekeren prestatie medisch-specialistische
zorg.
Onderdeel B
Uit het rapport ‘Afbakening hulpmiddelenzorg en geneeskundige zorg, zoals medisch-specialisten
die plegen te bieden’3 van het Zorginstituut Nederland blijkt dat het plaatsen en wisselen van stemprothesen
voornamelijk in het ziekenhuis gebeurt. Het hulpmiddel valt in die gevallen onder
de te verzekeren prestatie geneeskundige zorg zoals medisch-specialisten die plegen
te bieden en dient te worden bekostigd in het kader van die prestatie. Met ingang
van 1 januari 2014 zijn de stemprothesen opgenomen in de DBC-systematiek en is het
volledige budget dat met de stemprothesen is gemoeid overgeheveld van het hulpmiddelenkader
naar het medisch-specialistische zorgkader.
Alleen als vervanging van de stemprothese in de thuissituatie gebeurt door de huisarts
of de verzekerde zelf, is sprake van hulpmiddelenzorg.
In verband hiermee is artikel 2.8, eerste lid, onderdeel a, subonderdeel 3˚, verduidelijkt.
Onder de hulpmiddelen ter volledige of gedeeltelijke vervanging van de stembanden
vallen zowel stemprothesen als spraakversterkers. Een stemprothese kan zorgen dat
spraak mogelijk is na een operatieve verwijdering van het strottenhoofd. Een spraakversterker
wordt vaak gebruikt in combinatie met een stemprothese. Het gaat hierbij om het vervangen
van de anatomische eigenschappen van stembanden, te weten het opwekken van trillingen
waardoor stemgeluid ontstaat. Omdat stemprothesen onvoorzien kunnen gaan lekken en
dan snel vervangen moeten worden, is verstrekking van een reserve-exemplaar in het
algemeen aangewezen.
Onderdeel A, voor het betreft artikel 2.6, onderdeel k, en onderdeel C
Artikel 2.15 bevatte nog slechts de onderdelen h en k. Onderdeel h moet vervallen
omdat de kappen ter bescherming van de schedel met de onderhavige regeling vallen
onder de functiegerichte omschrijving de hulpmiddelen te gebruiken bij stoornissen
in de functies van de huid (artikel 2.6, onderdeel g, van Rvz). Onderdeel k moet vervallen
omdat de daarin beschreven verbandmiddelen vallen onder de functiegerichte omschrijving
van hulpmiddelen te gebruiken bij stoornissen in de functies van de huid (artikel
2.18 van de Rvz). Artikel 2.15 is daarom met de onderhavige regeling komen te vervallen.
In verband daarmee vervalt ook artikel 2.6, onderdeel h.
Onderdeel A, voor zover het betreft artikel 2.6, onderdeel k, en onderdeel D
Het nieuwe onderdeel k van artikel 2.6 van de Rzv regelt de basis voor de in het nieuwe
artikel 2.18 geregelde functiegerichte omschrijving van hulpmiddelen te gebruiken
bij stoornissen in de functies van de huid.
Artikel 2.18, eerste lid
In dit artikel is de functiegerichte omschrijving van hulpmiddelen te gebruiken bij
stoornissen in de functies van de huid in de te verzekeren prestatie hulpmiddelenzorg
vormgegeven. Onder deze functiegerichte omschrijving vallen hulpmiddelen voor de behandeling
van complexe wonden of een hoog risico hierop, hulpmiddelen die worden toegepast bij
chronische huidaandoeningen en hulpmiddelen voor littekenbehandeling.
Als het gaat om tijdelijk gebruik thuis of in het ziekenhuis van een hulpmiddel, niet
zijnde een verbruiksartikel, onder de verantwoordelijkheid van de medisch-specialist,
dan valt het hulpmiddel niet onder de te verzekeren prestatie hulpmiddelenzorg maar
onder de te verzekeren prestatie geneeskundige zorg, zoals medisch-specialisten die
plegen te bieden (artikel 2.4 van het Besluit zorgverzekering). Dit is ook het geval
indien het een verbruiksartikel betreft in de thuissituatie waarvoor een achterwachtfunctie
of spoedeisende zorg nodig kan zijn. Voorbeelden van hulpmiddelen in het kader van
de geneeskundige zorg zoals medisch-specialisten die plegen te bieden zijn de vacuümpomp
voor negatieve druktherapie, apparatuur voor UV-lichttherapie, drukpakken bij littekenbehandeling
en kortdurend gebruik van verbandschoenen na een operatieve ingreep.
Permanente toepassing van verbandschoenen in verband met wonden aan de voet vallen
wel onder deze te verzekeren prestatie hulpmiddelenzorg. Het gaat dan om fabrieksmatig
vervaardigde verbandschoenen, niet zijnde voorlopig orthopedisch schoeisel (VLOS)
dat op maat worden gemaakt. Deze laatste schoenen vallen onder de hulpmiddelen gerelateerd
aan stoornissen in het bewegingssysteem.
Artikel 2.18, tweede lid
Met het tweede lid zijn de indicatievoorwaarden voor de hulpmiddelen ter behandeling
van stoornissen in de functies van de huid geregeld.
Subonderdeel a
Eén van de indicatievoorwaarden is dat sprake moet zijn van een complexe wond of een
hoog risico daarop.
Een complexe wond is een wond met een verstoorde genezingstendens ten gevolge van
pathofysiologische factoren. Verder kunnen van invloed zijn:
-
• psychosociale verstoringen;
-
• onvoldoende kennis en/of vaardigheden ten aanzien van adequate wondzorg bij professionals;
-
• onvoldoende inbedding van adequate wondzorg in een zorginstelling.
Bij complexe wondzorg, zijnde zorg voor wonden met een verstoorde of vertraagde genezingstendens,
is vaak sprake van onderliggende pathologie. Met andere woorden de wond is het gevolg
van een onderliggende ziekte, een complicatie van een behandeling of trauma. Onderliggend
lijden kan verwijzen naar de oorzaak van de verstoorde wondgenezing, wat weer teruggevonden
wordt in de naamgeving, zoals: arteriële en/of veneuze ulcera, decubituswonden, diabetische
voetulcera en oncologische ulcera.
Diepe brandwonden en bestralingswonden hebben vaak een vertraagde genezingstendens,
waarbij de oorzaak niet zo zeer een onderliggende ziekte is, maar een trauma. Complexe
wonden komen ook voor bij allerlei zeldzamere aandoeningen zoals pyoderma gangrenosum,
lepra en leishmanisasis.
Een wond wordt bij ongecompliceerde genezing zonder onderliggend lijden geacht binnen
enkele weken (ongeveer twee tot vier weken) gesloten te zijn. Deze genezingstermijn
is niet eenduidig te definiëren omdat een wond op de ene plaats sneller geneest dan
op een andere.
Ook bij een hoog risico op een complexe wond bestaat aanspraak op hulpmiddelenzorg.
De bedoeling hiervan is dat ook bij kleine wonden sprake kan zijn van complexe wondzorg
vanwege de achterliggende pathologie. Een recidief van bijvoorbeeld een ulcus cruris
die begint als een kleine wond, kan binnen drie weken genezen mits tijdig gesignaleerd
en adequaat behandeld. Ook hielbeschermers worden ingezet ter behandeling van een
complexe wond – decubitus – of een hoog risico daarop.
Subonderdeel b
Een andere indicatievoorwaarde is dat sprake is van een ernstig litteken. Dit is het
geval bij een aantoonbare lichamelijke functiestoornis of een verminking als gevolg
van een litteken. Hiervan kan sprake zijn bij bijvoorbeeld ernstige hypertrofische
littekens, ernstige keloïdvorming en ernstige littekens als gevolg van brandwonden.
Subonderdeel c
Ook bij chronische huidaandoeningen is sprake van een stoornis in de functies van
de huid. Een stoornis in de functies van het afweersysteem (gevoeligheidsreacties
zoals bij allergieën) kan hieraan ten grondslag liggen. Het gaat bij deze te verzekeren
prestatie onder meer om verbandmaterialen voor vochtabsorptie (zoals ingeval van nattend
eczeem), afdekking en fixatie bij zalftherapie maar ook om allergeenvrije schoenen.
Artikel 2.18, derde lid
In het derde lid van artikel 2.18 is de te verzekeren prestatie allergeenvrije schoenen
beperkt tot volledig individueel vervaardigd allergeenvrij schoeisel, voor zover de
verzekerde redelijkerwijs niet kan volstaan met confectieschoenen. De reden hiervoor
is dat er vandaag de dag schoenmerken zijn die confectieschoenen op de markt brengen
die vrij zijn van bepaalde allergenen. Er zijn steeds meer merken die er bij de vervaardiging
van de schoenen rekening mee houden dat bepaalde stoffen allergische reacties kunnen
veroorzaken en het gebruik van deze stoffen vermijden. Voor mensen die allergisch
zijn voor chroom en/of lijm zijn er schoenen op de markt die gemaakt zijn van plantaardig
gelooid leder en verlijmd met een lijmsoort op melkbasis. Deze schoenen zijn niet
duurder dan andere goede confectieschoenen. Deze schoenen substitueren voor algemeen
gebruikelijke voorzieningen en kunnen voor eigen rekening worden aangeschaft.
Artikel 2.18, vierde lid
In dit artikellid zijn de hulpmiddelen aangewezen die zijn uitgesloten van de te verzekeren
prestatie.
Subonderdeel a
Inlegzolen ter behandeling en preventie van een complexe wond zijn uitgesloten van
vergoeding. Inlegzolen zijn financieel toegankelijk en komen net als steunzolen bij
stoornissen in het bewegingssysteem voor eigen rekening.
Subonderdeel b
Er zijn verschillende smeerbare middelen op de markt als cosmetisch product of als
medisch hulpmiddel, die kunnen worden toegepast bij stoornissen in de functies van
de huid. Om te voorkomen dat de verschillende huidverzorgende en beschermende producten
die bij de drogist te koop zijn onbedoeld in het basispakket worden opgenomen, zijn
smeerbare middelen in het algemeen uitgesloten van de te verzekeren prestatie. Men
moet dan denken aan zalven, crèmes, zonnebrandmiddelen, anti roos shampoos, lotions
en gels zonder farmaceutische bestanddelen. Soms gaat het om algemeen gebruikelijke
cosmetische producten; andere producten worden als medisch hulpmiddel op de markt
gebracht. De scheidingslijn tussen deze cosmetische producten en medische hulpmiddelen
is zeer dun. Al deze producten zijn zonder recept verkrijgbaar bij apotheken en/of
(internet)drogisterijen. Het gaat hier om zogenoemde zelfzorgproducten die voor eigen
rekening en verantwoording kunnen worden aangeschaft.
Een uitzondering op deze algemene regel is gemaakt voor de smeerbare hulpmiddelen
die worden toegepast bij de behandeling van complexe wonden of ernstige littekens.
Het moet dan wel gaan om middelen die bewezen effectief zijn op (klinisch) relevante
uitkomstmaten, zoals een snellere sluiting van de wond of bij behandeling van ernstige
littekens een aantoonbare vermindering van lichamelijke functiestoornissen of jeuk.
Smeerbare middelen waaraan farmaceutische bestanddelen zijn toegevoegd vallen niet
onder de hulpmiddelenzorg. Het betreft hier geneesmiddelen die mogelijk voor vergoeding
in aanmerking komen vanuit de te verzekeren prestatie ‘farmaceutische zorg’. Zelfzorggeneesmiddelen
– geneesmiddelen die zonder recept van een arts verkrijgbaar zijn – komen niet voor
vergoeding in aanmerking.
Gelet op dit artikel kunnen huidbeschermende middelen alleen worden vergoed voor stomapatiënten
als onderdeel van de te verzekeren prestatie uitwendige hulpmiddelen te gebruiken
bij urinelozing en defecatie als omschreven in artikel 2.11, Rzv.
Onderdeel A, voor zover het betreft artikel 2.6, onderdeel q en onderdeel E
De verbandschoenen en de allergeenvrije schoenen zijn met de onderhavige regeling
geregeld in artikel 2.18 van de Rzv. Artikel 2.23 van de Rzv kon daarom komen te vervallen.
In verband daarmee kon tevens artikel 2.6, onderdeel q vervallen.
Onderdeel F
Met dit onderdeel zijn de bedragen in artikel 2.33 geïndexeerd. De eigen bijdrage
voor allergeenvrije schoenen is met de onderhavige regeling geregeld in het derde
lid van artikel 2.33 van de Rzv.
Om de eigen betaling voor deze individueel aangepaste allergeenvrije en verbandschoenen
gelijk te trekken met die van orthopedisch schoeisel is de vergoedingslimiet voor
allergeenvrije komen te vervallen. Ook is de vergoedingslimiet voor verbandschoenen
komen te vervallen. Het vijfde en zesde lid zijn daarom geschrapt.
Onderdeel G
Met deze bepaling is de eigen bijdrage voor kraamzorg geïndexeerd.
Onderdeel H
Met deze bepaling is de eigen bijdrage voor ziekenvervoer geïndexeerd.
Onderdeel I
De verbandschoenen en de indicatievoorwaarden daarvoor vallen met de onderhavige regeling
onder artikel 2.18 van de Rzv. Bijlage 3 kan daarom komen te vervallen.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers