Multilaterale overeenkomst M 268, Ministerie van Infrastructuur en Milieu

DIRECTORAAT-GENERAAL MILIEU EN INTERNATIONAAL

op grond van sectie 1.5.1 van Bijlage A van het ADR, betreffende het vervoer van afgedankte verpakkingen, leeg, ongereinigd (UN 3509)

  • 1. In afwijking van de voorschriften van hoofdstuk 2.1, van secties 2.2.9, 3.2.1, 7.3.2 en 7.3.3 van subsectie 4.1.1.11 en van paragraaf 5.4.1.1.1 van het ADR en in overeenstemming met de nieuwe bijzondere bepaling 663, aangenomen door de Joint Meeting van het RID Committee of Experts en de Working Party on the Transport of Dangerous Goods in zijn herfstzitting van 2013, mogen afgedankte verpakkingen, leeg, ongereinigd, worden ingedeeld in UN 3509, indien deze voldoen aan paragraaf a) hierna genoemd, en mogen deze worden vervoerd conform de voorschriften van paragraaf b) hierna genoemd:

    • a) Lege, ongereinigde verpakkingen, grote verpakkingen of IBC’s, of onderdelen daarvan, die vervoerd worden voor vernietiging of terugwinning van hun materiaal, anders dan reconditionering, reparatie, routineonderhoud, ombouw of hergebruik en welke in zodanige mate zijn leeggemaakt, dat alleen restanten van gevaarlijke stoffen aanwezig zijn die aan de verpakkingsdelen gehecht zijn als deze ten vervoer worden aangeboden, mogen worden ingedeeld onder UN 3509 “AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD”.

      Deze goederen zijn dan ingedeeld in klasse 9, gevaarsidentificatienummer 90 en vervoerscategorie 4 (code E voor beperking in tunnels).

      Aanwezige restanten in goederen die ingedeeld zijn onder UN 3509 mogen alleen stoffen zijn van klasse 3, 4.1, 5.1, 6.1, 8 of 9. In aanvulling hierop mogen zij niet:

      • * stoffen zijn die zijn ingedeeld in verpakkingsgroep I of waaraan “0” is toegekend in kolom (7a) van Tabel A van hoofdstuk 3.2, of;

      • * stoffen zijn die zijn ingedeeld als ontplofbare stoffen in niet explosieve toestand van klasse 3 of 4.1, of;

      • * stoffen zijn die zijn ingedeeld als zelfontledende stoffen van klasse 4.1, of;

      • * stoffen zijn die een gevaar van radioactiviteit vertonen, of;

      • * asbest (UN 2212 en UN 2590), polychloorbifenylen (UN 2315 en UN 3432), of

        polyhalogeenbifenylen of polyhalogeenterfenylen (UN 3151 en UN 3152).

    • b) Voorschriften betreffende het laden:

      3509 “AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD” met restanten die een gevaar of een bijkomend gevaar vertonen van klasse 5.1, mogen niet gezamenlijk verpakt worden met andere AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG ONGEREINIGD, of worden samengeladen met AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD in dezelfde container, hetzelfde voertuig of dezelfde bulkcontainer.

      Op de plaats waar wordt geladen moeten gedocumenteerde sorteerprocedures van toepassing zijn om ervoor te zorgen dat voldaan wordt aan de van toepassing zijnde bepalingen voor deze positie.

      Voorschriften betreffende het gebruik van verpakkingen.

      Goedgekeurde verpakkingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen van UN 3509 zijn verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen die voldoen respectievelijk aan verpakkingsinstructie P003 voor verpakkingen, IBC08 voor IBC’s, of LP02 voor grote verpakkingen. In aanvulling hierop zijn de navolgende voorschriften van toepassing:

      • * verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen behoeven niet aan de voorschriften van 4.1.1.3 te voldoen;

      • * er dienen verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen te worden gebruikt, die voldoen aan de respectievelijke voorwaarden van 6.1.4, 6.5.5 of 6.6.4 en lekdicht zijn gemaakt of zijn voorzien van een gesloten binnenzak die lekdicht is en bestand is tegen doorboring;

      • * er mogen flexibele verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen worden gebruikt als de restanten uitsluitend bestaan uit vaste stoffen, die niet vloeibaar kunnen worden bij temperaturen die tijdens het vervoer kunnen optreden. Als er vloeistofrestanten aanwezig zijn, dienen stijve verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen te worden gebruikt, waarbij een voorziening is aangebracht om de lading binnen te houden (bijvoorbeeld absorberend materiaal);

      • * voorafgaand aan het vullen en het ten vervoer aanbieden, dient iedere verpakking, IBC of grote verpakking gecontroleerd te worden om ervan verzekerd te zijn dat deze vrij is van corrosie, verontreiniging of andere beschadigingen. Iedere verpakking, IBC of grote verpakking die tekenen vertoont van verminderde sterkte, mogen niet langer worden gebruikt (kleine deukjes en krasjes worden niet beschouwd als sterkteverminderend voor de verpakking, IBC of grote verpakking);

      • * verpakkingen, IBC’s of grote verpakkingen, bestemd voor het vervoer van AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD met restanten van klasse 5.1, dienen zodanig vervaardigd of aangepast te zijn, dat de goederen niet in contact kunnen komen met hout of enig ander brandbaar materaal.

      Voorschriften betreffende het vervoer in bulk:

      Het vervoer als los gestort goed van gevaarlijke goederen van UN 3509 is toegestaan

      • * hetzij in gesloten bulkcontainers (code BK2)

      • * hetzij in met dekzeil uitgeruste voertuigen of gesloten containers (codes VC2 + AP10 die op 1 januari 2015 in werking treden) die lekdicht zijn gemaakt of zijn voorzien van een binnenzak die lekdicht is en bestand is tegen doorboring en waarbij een voorziening is aangebracht die iedere vrije vloeistof binnenhoudt die zou kunnen ontsnappen tijdens het vervoer, bijvoorbeeld absorberend materiaal.

      Bovendien, indien AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD met restanten die een gevaar of een bijkomend gevaar van klasse 5.1 vertonen, worden vervoerd in containers, voertuigen of bulkcontainers, dienen deze containers, voertuigen of bulkcontainers zodanig gebouwd of aangepast zijn, dat de goederen niet in contact kunnen komen met hout of enig ander brandbaar materaal.

      Voorschriften betreffende documentatie:

      De juiste vervoersnaam vermeld in 5.4.1.1.1 b) moet worden aangevuld met de woorden “(MET RESTANTEN van […])” gevolgd door de klasse(n) en bijkomend(e) geva(a)r(en) die overeenkomen met de restanten, in de volgorde van nummering van de klassen.

      Bovendien is 5.4.1.1.1 (f) niet van toepassing.

      Voorbeeld: AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD, die goederen hebben bevat van klasse 4.1 en gezamenlijk zijn verpakt met AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD, die goederen van klasse 3 met bijkomend gevaar van klasse 6.1 hebben bevat, dienen in het vervoerdocument te worden aangegeven als:

      “UN 3509 AFGEDANKTE VERPAKKINGEN, LEEG, ONGEREINIGD (MET RESTANTEN VAN 3, 4.1, 6.1),9”

  • 2. Alle overige voorschriften van het ADR zijn van toepassing.

  • 3. In aanvulling op de voorgeschreven aanduidingen genoemd in het ADR en deze overeenkomst, dient de afzender in het vervoersdocument te vermelden:

    “Vervoer overeenkomstig sectie 1.5.1 van het ADR (M268)”

  • 4. Deze overeenkomst is geldig tot en met 31 december 2014 en is van toepassing op het vervoer op het grondgebied van de Overeenkomstsluitende Partijen van het ADR die deze overeenkomst ondertekend hebben. Indien deze overeenkomst vóór deze datum wordt ingetrokken door één van de ondertekenaars, dan blijft in dat geval deze overeenkomst tot deze datum alleen van kracht op het vervoer op het grondgebied van de Overeenkomstsluitende Partijen van het ADR die deze overeenkomst hebben ondertekend* en niet ingetrokken hebben.

* Deze overeenkomst is geïnitieerd en ondertekend door Frankrijk op 3 december 2013 en mede ondertekend door Nederland op 19 december 2013.

Informatie over alle Partijen die de overeenkomst ondertekend hebben, is te vinden op de UNECE-website (zie www.unece.org/trans/danger/multi/multi.htm)

Naar boven