Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 9 juni 2014, nr. PO/627580, tot wijziging van de Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland 2014–2018 in verband met de uitbreiding van het begrip onderwijsvoorziening

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op de artikelen 2 en 4 van de Wet overige OCW-subsidies en artikel 2, eerste lid, van de Regeling OCW-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 1, onderdeel d van de Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland 2014–2018, komt te luiden:

d. onderwijsvoorziening:

in het buitenland gevestigde Nederlandse school, Nederlandse afdeling van een school in het buitenland waar volledig basisonderwijs, volledig voortgezet onderwijs, Nederlandse Taal en Cultuur-primair onderwijs of Nederlandse Taal en Cultuur-voortgezet onderwijs wordt gegeven en voorziening voor onderwijs op afstand via schriftelijke, telefonische en elektronische media;

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

TOELICHTING

De subsidie die de Minister aan de Stichting NOB verstrekt heeft tot doel het ondersteunen van Nederlandse onderwijsvoorzieningen in het buitenland met het oog op de terugkeer van leerlingen en hun aansluiting bij het onderwijs in Nederland. De Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland 2014–2018 heeft eind 2013 de Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland vervangen. Dit naar aanleiding van de taakstelling op de OCW-subsidies zoals afgesproken in het Regeerakkoord Rutte II.

Een van de subsidietaken van de Stichting NOB is het ondersteunen van Nederlandse onderwijsvoorzieningen in het buitenland. In de regeling die eind 2013 is vervangen door de Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland 2014–2018 werd met ‘onderwijsvoorzieningen’ ook verstaan de instellingen voor afstandsonderwijs. In de nieuwe regeling waren de instellingen voor afstandsonderwijs echter niet opgenomen.

Deze wijzigingsregeling heeft als doel om de instellingen voor afstandsonderwijs opnieuw binnen de regeling te brengen. Dit houdt in dat ook deze instellingen toegang kunnen krijgen tot de infrastructuur en ondersteuning van de Stichting NOB. Daarnaast zorgt deze wijziging ervoor dat de instellingen voor afstandsonderwijs onder inspectietoezicht staan. Dit om de kwaliteit van deze vorm van onderwijs te bewaken.

Inwerkingtreding

De Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland 2014–2018 is vastgesteld voor de jaren 2014 tot en met 2018. De Stichting NOB ontvangt per kalenderjaar subsidie en zal gedurende heel 2014 de werkwijze hanteren zoals vastgelegd in deze wijzigingsregeling. De regeling treedt daarom met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2014.

Administratieve lasten

Met deze wijziging zijn geen informatieverplichtingen gemoeid. Er is dan ook geen sprake van administratieve lasten.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

Naar boven