Logo GroningenProvincie Groningen: tijdelijke verkeersmaatregelen ivm project ongelijkvloers maken Oostelijke Ringweg bij Beijum-Noord in Groningen

Zaaknr. 514808

Corr. nr. 2014-16503

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN

Overwegingen ten aanzien van het besluit

dat de Oostelijke Ringweg in Groningen ongelijkvloers wordt gemaakt;

dat één van de deelprojecten het kruispunt Beijum-Noord/Groningerweg is;

dat in de periode van mei 2014 tot en met (volgens planning) november 2015 sprake zal zijn van gewijzigde verkeerssituaties;

dat de belangrijkste punten voor de tijdelijke situatie de volgende zijn:

- de afslagen op de Oostelijke Ringweg, ter hoogte van het kruispunt met de Hornbach, zijn afgesloten

  waardoor afslaand verkeer richting de Groningerweg, zowel richting Zuidwolde als richting Winsum,

niet mogelijk is;

- een tijdelijke aansluiting van de nieuwe afrit van de Oostelijke Ringweg naar de Eemshavenweg aan

  de kant van Zuidwolde;

- twee tijdelijke verkeersregelinstallaties op de Eemshavenweg (N46), ter hoogte van het

bedrijventerrein Witte Lam en ter hoogte van Hornbach;

- er zijn minder rijstroken en smallere rijstroken beschikbaar komende vanaf het viaduct bij Beijum-

Zuid (Ring Oost) tot aan het kruispunt over het Boterdiep richting de Eemshavenweg;

- voor fietsers geldt gedurende de bouwperiode van het viaduct bij het Boterdiep een omleidingsroute

via de Beijumerweg; het fietspad bij de Groningerweg is dan gestremd;

- voor landbouwverkeer gaat de omleidingsroute via de Wolddijk en Zuidwolde;

- er sprake zal zijn van een 2-0, 1-1 of 2-1-systeem op de Oostelijke Ringweg, ten behoeve van de

bouw van de Beijumerbrug en aanpassingen aan de N46, en ook daarna, waarbij tussentijds wordt

  gewisseld van rijbaan/rijstroken;

- er ook sprake zal zijn van een 2-0, 1-1 of 2-1-systeem op de Oostelijke Ringweg bij Kardinge in

  verband met aanpassingen aan de Oostelijke Ringweg en bij de fietsviaducten Meedenpad en

Stadsweg in verband met de sloop van de bestaande viaducten en bouw van nieuwe viaducten;

dat verder sprake zal zijn van diverse stremmingen in verband met o.a. de sloop van (fiets)viaducten, het plaatsen van de liggers van de nieuwe fietsviaducten en het inrijden van het dek van het nieuwe viaduct bij Kardinge;

dat voor stremmingen aparte besluiten worden genomen en o.a. in een huis-aan-huis-blad worden gepubliceerd;

dat tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden het uit het oogpunt van de verkeersveiligheid gewenst is om een aantal verkeersmaatregelen te treffen zoals het verlagen van de maximumsnelheid;

dat overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) overleg heeft plaatsgevonden met de Politie Eenheid Noord Nederland, District Groningen, Verkeersondersteuning, die bij brief van 27 mei 2014, kenmerk N14.020808, heeft bericht dat handhaving door de politie van de tijdelijke verkeersmaatregelen geen problemen oplevert.

Gelet op:

- artikel 18, aanhef en lid b, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna te noemen WVW 1994):

verkeersbesluiten worden genomen voor zover zij betreffen het verkeer op wegen onder beheer van

een provincie door gedeputeerde staten;

- artikel 15, lid 1, van de WVW 1994:

de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen

verkeerstekens, en onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt

gewijzigd, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

- artikel 12, aanhef en lid a, van het Besluit administratieve bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna

te noemen BABW):

de plaatsing van de borden die zijn opgenomen in o.a. de hoofdstukken A tot en met G van bijlage 1

van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (o.a. het maximumsnelheidsbord A1)

moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

- artikel 24, aanhef en lid a, van het BABW:

verkeersbesluiten worden genomen na overleg met de korpschef van het betrokken regionale

politiekorps i.c. Politie Eenheid Noord Nederland, District Groningen, Afdeling Verkeersonder-

steuning;

- artikel 37 van het BABW:

de tijdelijke plaatsing en de tijdelijke maatregel geschieden krachtens een verkeersbesluit indien die

van langere duur zijn dan vier maanden;

- artikel 2, aanhef en onder a, van de WVW 1994 (het verzekeren van de veiligheid op de weg; het

  beschermen van weggebruikers en passagiers; het in stand houden van de weg en het waarborgen

  van de bruikbaarheid daarvan; het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer);

- de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht;

- het Bevoegdhedenbesluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen 2011, waarbij de

bevoegdheid tot het treffen van verkeersmaatregelen is gemandateerd aan het hoofd van de afdeling

Wegenbouw.

BESLUIT

1. door het plaatsen van borden overeenkomstig de modellen A1 en F8, beide van bijlage 1 van het

 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), een maximumsnelheid van 70 km

per uur overgaand in 50 km per uur in te stellen voor:

- de Eemshavenweg/Noordzeeweg te Groningen, tussen km. 12.4 en km. 12.3 (70 km/u) en vanaf

km. 12.3 tot km 56.7 (50 km/u), in zuidelijke richting;

2. door het plaatsen van borden overeenkomstig de modellen A1 en F8, beide van bijlage 1 van het

RVV 1990, een maximumsnelheid van 50 km per uur in te stellen voor:

a. de Noordzeeweg, vóór de tijdelijke verkeersregelinstallatie, vanaf ca. km. 56.4 tot km. 11.9

(Eemshavenweg), in noordelijke richting;

b. de nieuwe verbindingsweg tussen de Groningerweg en de Eemshavenweg, voor verkeer in beide

richtingen;

c. de verbindingsweg tussen de Oostelijke Ringweg en de Noordzeeweg;

3. door het plaatsen van borden overeenkomstig de modellen A1, (C1), D2, F1 en F8, alle van bijlage

 1 van het RVV 1990, een maximumsnelheid van 50 km per uur, een verplichte rijrichting en een

inhaalverbod in te stellen voor:

a. een gedeelte van de Oostelijke Ringweg te Groningen, vanaf de westzijde van de Beijumerbrug

 tot het nieuwe viaduct bij Beijum-Zuid;

b. een gedeelte van de Oostelijke Ringweg te Groningen, ter hoogte van Kardinge;

c. een gedeelte van de Oostelijke Ringweg te Groningen, ter weerszijden van de aansluitingen met

de Cuypersweg en de Amkemaheerd, voor verkeer in beide richtingen;

d. een gedeelte van de Oostelijke Ringweg te Groningen, ter hoogte van het viaduct Meedenpad;

e. een gedeelte van de Oostelijke Ringweg te Groningen, ter hoogte van het viaduct Stadsweg.

Eén en ander gebeurt overeenkomstig figuur 96b-23 of figuur 96b-12 van de CROW-Publicatie 2005. Afwisselend zullen bepaalde rijstroken van de Oostelijke Ringweg gesloten zijn voor het verkeer.

 

4. Te bepalen dat bovenvermelde tijdelijke verkeersmaatregelen voor zover nodig gelden met

terugwerkende kracht van 12 mei 2014 tot en met 30 november 2015.

 

5. Dit besluit bekend te maken in de Staatscourant (zie

www.officielebekendmakingen.nl/Staatscourant/Op Rubriek/Verkeersbesluiten) en de Groninger

Gezinsbode (edities van dinsdag 24 juni 2014).

De bekendmaking en het besluit zijn ook in te zien op www.provinciegroningen.nl/actueel/

bekendmakingen.

6. Een afschrift van dit besluit te zenden naar:

- Politie Eenheid Noord Nederland, District Groningen, RET, Cluster Verkeer, Postbus 107,

9400 AC Assen;

- Politie Eenheid Noord Nederland, District Groningen, Verkeersondersteuning, Postbus 588,

9700 AN Groningen;

- de gemeente Groningen, Dienst RO/EZ, per e-mail naar: j.louwes@roez.groningen.nl;

- Qbuzz, t.a.v. de heren P. Huzeling en B. van Duinen, per e-mail naar:StremmingenGD@qbuzz.nl;

- Ministerie van Defensie, DVVO;

- de afdelingen Beheer & Onderhoud en Wegenbouw, beide van de provincie Groningen.

Groningen, 16 juni 2014.

Namens Gedeputeerde Staten van Groningen:
R.A. Lombaerts
Hoofd van de afdeling Wegenbouw

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een ieder wiens belang rechtstreeks bij dit

besluit is betrokken, tijdens de termijn van terinzageligging (met ingang van woensdag 25 juni 2014

 tot en met dinsdag 5 augustus 2014 in kamer D416 van het provinciehuis te Groningen), een

gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift kan worden gestuurd naar de provincie

Groningen, t.a.v. Gedeputeerde Staten, Postbus 610, 9700 AP Groningen. Als er bezwaar is

gemaakt, kan ook een voorlopige voorziening worden gevraagd bij de rechtbank Noord-Nederland,

locatie Groningen, afdeling bestuursrecht, Postbus 150, 9700 AD Groningen.

Een dergelijk verzoek moet zijn ondertekend en ten minste het volgende bevatten:

- de naam en het adres van de verzoeker;

- de dagtekening;

- de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek moet voorts een afschrift van het bezwaarschrift worden overgelegd. Zo mogelijk

wordt ook een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd. Naar

aanleiding van het verzoek kan de bevoegde voorzieningenrechter een voorlopige voorziening

treffen als onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan

griffierecht geheven.

Informatie is te verkrijgen bij de heer I.J. Westerdijk van de afdeling Wegenbouw van de provincie

Groningen, telefoon: 050 - 316 46 03.

Naar boven