Aanwijzing van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 januari 2014, kenmerk 178661-114563-Z, inzake de besteedbare middelen ter dekking van de beheerskosten AWBZ 2014 (Aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2014)

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 4.3 van het Besluit Wfsv;

Besluit:

Artikel 1

De besteedbare middelen ter dekking van de voor de uitvoering van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten te maken beheerskosten bedragen voor het jaar 2014 € 173,875 miljoen.

Artikel 2

Deze aanwijzing treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt, indien de dagtekening van de Staatscourant waarin de aanwijzing is geplaatst, is gelegen na 31 december 2013, terug tot en met 1 januari 2014.

Artikel 3

Deze aanwijzing wordt aangehaald als: Aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2014.

Deze aanwijzing zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn.

TOELICHTING

De onderhavige aanwijzing strekt tot het vaststellen van de besteedbare middelen voor de beheerskosten in het kader van de uitvoering van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) voor het jaar 2014. Het macrobedrag van de besteedbare middelen voor de beheerskosten AWBZ wordt vastgesteld op grond van artikel 4.3 van het Besluit Wfsv.

Op basis van de aanwijzing zal het College voor zorgverzekeringen (CVZ) voor toepassing van deze aanwijzing beleidsregels vaststellen.

De beheerskosten AWBZ

In artikel 1 van de onderhavige aanwijzing wordt het bedrag vastgesteld van de besteedbare middelen voor de beheerskosten in het kader van de uitvoering van de in de AWBZ geregelde verzekering. Het bedrag strekt tot dekking van de beheerskosten die de zorgverzekeraars en de verbindingskantoren maken. Het macrobedrag wordt hierna toegelicht.

Uitgangspunt voor de berekening van het voor het jaar 2014 vast te stellen bedrag voor besteedbare middelen beheerskosten AWBZ vormt het bedrag dat voor het jaar 2013 is vastgesteld, te weten € 166,514 miljoen (€ 169,283 miljoen uit de Aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2013 en neerwaartse bijstelling van € 2,769 miljoen volgend uit de Nadere aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2013). Dit bedrag bestaat uit een structureel deel van € 165,562 miljoen en een incidenteel deel van € 0,952 miljoen.

Loon- en prijsontwikkeling

Op grond van door het Centraal Planbureau (CPB) verstrekte cijfers is voor de aanpassing van de totale kosten in verband met loon- en prijsontwikkeling een percentage van 2,48 vastgesteld. De verhoging in verband met deze voorcalculatorische loon- en prijsontwikkeling komt hiermee uit op € 4,106 miljoen (2,48% van het structurele bedrag voor 2013 van € 165,562 miljoen).

Aanpassingen in verband met ontwikkelingen op het terrein van de beheerskosten

Verbindingskantoren

1 Uitvoeringskosten persoonsgebonden budget (PGB)

Bij de verdeling van het PGB-uitvoeringsbudget over de verbindingskantoren wordt een deel (ter dekking van de variabele uitvoeringskosten PGB) direct aan het aantal PGB-ers gekoppeld en het overige deel via de overige verdeelmaatstaven verdeeld. Voor 2014 wordt bij de verdeling van het uitvoeringsbudget rekening gehouden met € 193,30 per PGB-budgethouder. Dit is het bedrag voor 2013 (€ 188,62) gecorrigeerd voor de voorziene loon- en prijsontwikkelingen 2014 (2,48%).

De mutatie in het aantal PGB-ers (verschil stand 1 juli 2014 en stand 1 juli 2013) wordt geraamd op een stijging van 1.493. Uitgaande van € 193,30 als bedrag per PGB-er en een stijging van 1.493 wordt € 0,289 miljoen structureel aan het budget toegevoegd.

Mocht in werkelijkheid het aantal PGB-ers op 1 juli 2014 hoger uitkomen, dan zullen bij de eind 2014 te treffen Nadere aanwijzing middelen aan het budget worden toegevoegd. Als het aantal lager uitkomt zal het budget navenant worden verlaagd.

2 Face to face gesprekken PGB-ers

In 2013 zijn zorgkantoren nieuwe PGB-ers persoonlijker gaan benaderen onder andere door het voeren van face to face gesprekken. Voor 2014 wordt bij de verdeling van het uitvoeringsbudget rekening gehouden met € 256,20 per gesprek. Dit is het bedrag voor 2013 (€ 250,00) gecorrigeerd voor de voorziene loon- en prijsontwikkelingen 2014 (2,48%).

De verwachte mutatie in het aantal gesprekken bedraagt 3.540. Uitgaande van € 256,20 als bedrag per gesprek en een stijging van 3.540 wordt € 0,907 miljoen structureel aan het budget toegevoegd. Evenals in 2013 zal het aantal gesprekken in 2014 worden gemonitord en zullen, zonodig, de middelen via een Nadere aanwijzing worden bijgesteld.

3 Pilot zzp-ers

Om het contracteren van zelfstandige zorgondernemers (zzp-ers) mogelijk te maken is een landelijk systeem noodzakelijk. Het is van belang dat de beschikbaarheid en de verwerkingscapaciteit van het systeem goed is geborgd. Tevens worden, via een landelijke helpdesk, de zzp-ers ondersteund bij het op een uniforme manier verwerken van de transacties (AZR, declaraties). Het aantal gecontracteerde zzp-ers neemt gestaag toe. Daarom wordt voor 2014 incidenteel een bedrag van € 0,500 miljoen aan de middelen toegevoegd.

4 Overdracht van cliëntgegevens

In het kader van de Hervorming van de Langdurige Zorg (HLZ) worden cliënten overgeheveld van de AWBZ naar de Jeugdwet, Wmo 2015 en Zvw.

Dat vereist een overdracht (migratie) van cliëntgegevens vanuit de systemen van de zorgkantoren naar de gemeenten en de zorgverzekeraars. Voor de uitvoering door de zorgkantoren en het ontwikkelen van een centrale voorziening wordt voor 2014 incidenteel een bedrag van € 0,800 miljoen aan de middelen toegevoegd.

5 Pilot trekkingsrechten PGB

Voornaam element om de fraude met pgb tegen te gaan is de invoering van trekkingsrechten. Hierbij ontvangt de client zijn PGB niet meer contant, maar gebruikt een systeem dat lijkt op internetbankieren. De zorgkantoren zullen hiertoe samenwerken met de Sociale Verzekeringsbank (SVB) die de voorbereidingen voor de betalingen zal verrichten en de feitelijke betalingen zal doen. In 2013 zijn de verbindingskantoren DSW, Zorg en Zekerheid en Salland gestart met een pilot. In 2014 wordt deze pilot voortgezet en wordt € 1,711 miljoen incidenteel aan de middelen toegevoegd. Indien in 2014 een landelijke uitrol plaatsvindt, zal worden bezien of het noodzakelijk is dat via de Nadere aanwijzing extra middelen aan de overige verbindingskantoren beschikbaar worden gesteld.

Het totale bedrag beschikbare middelen 2014 voor de beheerskosten AWBZ 2014 bedraagt hiermee € 173,875 miljoen. Van dit bedrag is € 170,864 miljoen structureel en € 3,011 miljoen incidenteel beschikbaar.

In artikel 2 staat dat de aanwijzing in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en bij plaatsing na 31 december 2013 terugwerkt tot en met 1 januari 2014.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn.

Naar boven