Regeling van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 10 juni 2014, nr. MINBUZA-2014.304013 tot wijziging van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 met betrekking tot subsidiëring van activiteiten gericht op de bevordering van de buitenlandse handel

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,

Gelet op de artikelen 2 en 3 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 7.2 komt te luiden:

Artikel 7.2

  • 1. De minister kan subsidie verlenen ten behoeve van:

    • a. activiteiten die strekken tot of dienstig zijn aan bevordering van een duurzame vergroting van werkgelegenheid en economische groei in ontwikkelingslanden door versterking van het bedrijfsleven in die landen,

    • b. transacties in het economisch verkeer met een vernieuwend of stimulerend effect op de verbetering van het milieu in ontwikkelingslanden, en

    • c. activiteiten die strekken of dienstig zijn aan de bevordering van de internationale economische betrekkingen en de buitenlandse handel.

  • 2. Voor subsidieverlening in het kader van deze paragraaf komen uitsluitend bedrijven en organisaties gericht op de behartiging van de belangen van het bedrijfsleven in aanmerking.

B

In artikel 10.2, tweede lid, wordt de zinsnede die begint met ‘, de artikelen 4.5 en 4.6’ en eindigt met ‘subsidieontvanger’ vervangen door: alsmede bepalingen van deze regeling.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2014

Deze regeling wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

TOELICHTING

In artikel 7.2 wordt, naast de reeds in de regeling bestaande grondslagen voor bedrijfslevensubsidies, een grondslag gecreëerd voor subsidies op het terrein van buitenlandse handel. Dit beleidsterrein is bij de jongste kabinetsformatie onder de verantwoordelijkheid van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gebracht. Het nieuwe onderdeel c zal als grondslag kunnen dienen voor in de vorm van subsidies verstrekte financieringen in het kader van het Dutch Good Growth Fund, onderdeel 1.

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om een verwijzingsfout in artikel 10.2, tweede lid, te herstellen.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

Naar boven