Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2014, 16452 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | Staatscourant 2014, 16452 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;
Besluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
commissie als bedoeld in artikel 2,
privaatrechtelijke rechtspersoon die is opgericht op grond van de machtiging van artikel 9 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,
Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
1. Er is een visitatiecommissie cultuurfondsen.
2. De visitatiecommissie heeft tot taak een visitatie uit te voeren bij de fondsen, resulterend in een of meer visitatierapporten, uiterlijk aan de minister uit te brengen op 31 december 2014.
1. De visitatiecommissie bestaat uit een voorzitter en vier overige leden.
2. Tot leden van de visitatiecommissie worden benoemd:
– Mijntje Lückerath, Rotterdam, tevens voorzitter,
– Ryclef Rienstra, Amsterdam,
– Bruno Verbergt, Antwerpen,
– Giep Haagoort, Utrecht,
– Patty Voorsmit, Amsterdam.
3. De benoeming geschiedt voor de duur van de commissie.
4. Bij tussentijds vertrek van een lid kan de minister een ander lid benoemen.
5. De leden kunnen worden geschorst en ontslagen door de minister.
6. Na het uitbrengen van alle benodigde rapporten als bedoeld in artikel 2, tweede lid, is de commissie opgeheven.
1. De visitatiecommissie stelt haar eigen werkwijze vast, met in achtneming van een door de minister vast te stellen protocol.
2. De visitatiecommissie wordt in haar werkzaamheden bijgestaan door een secretariaat.
3. In het secretariaat wordt voorzien door de Stichting Nederlands Fonds voor de Film.
3. De visitatiecommissie kan zich, na toestemming van de minister, door andere personen doen bijstaan voor zover dat voor de vervulling van haar taak nodig is.
De visitatiecommissie verstrekt aan de minister desgevraagd de door hem gewenste inlichtingen.
1. De voorzitter en andere leden van de visitatiecommissie, voor zover niet vallend onder de uitzondering van artikel 2, derde lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies, ontvangen per vergadering een vergoeding.
2. De vergoeding per vergadering van de leden van visitatiecommissie bedraagt 3% van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
3. De vergoeding per vergadering van de voorzitter van de visitatiecommissie bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding per vergadering die aan de andere leden van de visitatiecommissie is toegekend.
4. De voorzitter en andere leden van de visitatiecommissie ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfkosten op de voet van het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland.
5. Aan het bestuur van de Stichting Nederlands Fonds voor de Film wordt machtiging verleend om de vergoedingen, bedoeld in dit artikel, namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap betaalbaar te stellen.
De benodigde rapporten, bedoeld in artikel 2, tweede lid, notities, verslagen en andere producten welke door of namens de visitatiecommissie worden vervaardigd, worden niet door haar openbaar gemaakt, maar uitsluitend aan de minister uitgebracht.
De visitatiecommissie draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan de directie FMICT, afdeling CEI, van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2014-16452.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.