Logo Zuid-HollandVerkeersbesluit N206, definitief instellen doelgroepenstrook en aanpassing Lammenschansplein

PZH-2014-460181684

Overwegingen ten aanzien van het besluit

De N206 (Europaweg) heeft een belangrijke functie in het wegennet voor de ontsluiting van Leiden naar de A4. Deze is op het stuk tussen Leiden en de A4 dan ook zeer druk. Voor stimulering van en reistijdwinst voor het openbaar vervoer is er in 1991 richting Leiden tussen de A4 en het Lammenschansplein een aanliggende busbaan aangelegd. Naar aanleiding van een onderzoek naar de mogelijkheden om deze busbaan ook voor andere doelgroepen open te stellen, is besloten dat bij wijze van proef de busbaan opengesteld wordt voor vrachtverkeer. Voor de N206 is dit vastgelegd in het besluit van 4 augustus 2011 met kenmerk PZH-2011-299531598. Met dit besluit is ter plekke een doelgroepenstrook ingesteld en is de aanpassing van het Lammenschansplein vastgesteld. Na een positieve evaluatie van het gebruik van de bij de proef betrokken busbanen, besluiten wij deze proef om te zetten naar een vaste situatie. Dit besluit regelt deze definitieve aanpassing, inclusief een aanpassing van het Lammenschansplein die voor een verbetering van de doorstroming gaat zorgen. Middels dit besluit zal een nieuw verkeersbesluit genomen worden onder intrekking van het besluit van 4 augustus 2011 met kenmerk PZH-2011-299531598.

Wetgeving

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW) moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Voor maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regeling van het verkeer, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken, moet eveneens een verkeersbesluit worden genomen op grond van het genoemde artikel.

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben de bevoegdheid om op grond van artikel 18, lid 1, sub b van de WVW en artikel 12 van het BABW verkeersbesluiten te nemen. Krachtens het ambtelijk mandaatbesluit voor de provinciale organisatie 2014 is hiervoor mandaat verleend aan het bureauhoofd Beheer en Verkeer van het desbetreffende district.

Motivering

Uit het oogpunt van:

het verzekeren van de veiligheid op de weg;het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer;wordt middels dit besluit de busbaan langs de N206 tussen Leiden en de A4 definitief opengesteld voor vrachtverkeer.  

Belangafweging

Kennisinstituut CROW heeft in 2007 een werkgroep in het leven geroepen. In november 2009 is een nieuwe richtlijn van CROW-218g ‘(Schoon) vrachtverkeer op busbanen’ verschenen. Deze publicatie brengt de mogelijkheden en de randvoorwaarden voor het invoeren van de maatregel ‘(Schoon) vrachtverkeer op busbanen’ in beeld met behulp van voorbeelden en een stappenplan voor implementatie. Uit die berekeningen kan worden geconcludeerd dat medegebruik van busbanen door vrachtauto’s over het algemeen grote bereikbaarheidsvoordelen heeft voor het vrachtverkeer. Hierdoor verbetert de luchtkwaliteit. Voor de N206 is er specifiek onderzoek gedaan door DHV. In de rapportage wordt geconcludeerd dat er een sterke verbetering van de bereikbaarheid van Leiden voor het vrachtverkeer ontstaat. De effecten voor het autoverkeer en de bussen zijn minimaal. De reistijden van alle modaliteiten zijn geëvalueerd en vallen binnen de gestelde kaders.  Uit de evaluatie van het eerste jaar van openstelling van de busbaan zijn de volgende conclusies getrokken:De eindmeting op de busbanen naar het medegebruik van de busbaan geeft aan dat:- de rijtijd van het vrachtverkeer is afgenomen, met name op de N206;- de rijtijden van de bussen nagenoeg gelijk zijn gebleven (ondanks de hoge frequentie van de buslijnen);- de gemiddelde rijtijd van het overige verkeer is afgenomen;- er geen overlast is ontstaan door oneigenlijk gebruik van de busbaan door personenauto's. Op basis van de evaluatie hebben wij besloten de busbaan definitief als doelgroepenstrook aan te wijzen.

Overleg

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de korpschef van de Politie eenheid Den Haag, waarbij met de verkeersmaatregelen is ingestemd.

BESLUIT

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, gelet op het voorgaande, besluiten:

I hun besluit van 4 augustus 2011 met kenmerk PZH-2011-299531598 in te trekken

II op de buiten en binnen de bebouwde kom in de gemeente Leiden gelegen N206 door het aanbrengen van verkeerstekens volgens bijlage I van het Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV), de volgende verkeersmaatregel vast te stellen:

  • 1.door het verwijderen van de tekst “LIJNBUS” en het plaatsen van borden C1, uitgezonderd vrachtwagens en bussen, de busbaan tussen hmp 9.400 en hmp. 10.200 definitief open te stellen voor vrachtverkeer;

  • 2.door het verwijderen van de tekst “LIJNBUS” op de noordelijke opstelstrook op de Lammenschansweg tussen de Kanaalweg en de N206, deze opstelstrook open te stellen voor verkeer dat rechtsaf de N206 op wil slaan.

III dit besluit ter openbare kennis te brengen door publicatie in de digitale Staatscourant;

IV. dit besluit te zenden aan:

  • 1.de verkeersadviseur van de Politie eenheid Den Haag, postbus 4240, 2350 EW Leiderdorp;

  • 2.de gemeente Leiden, Postbus 9100, 2300 PC Leiden;

Den Haag 25 februari 2014

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
Namens deze,
drs. ir. A.J. Vermeulen
Bureauhoofd Beheer en Verkeer, district Stedelijk Gebied

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden ingevolge artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht bij ons een gemotiveerd bezwaarschrift indienen. Dit bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag van verzending van dit besluit worden toegezonden, onder vermelding van “Awb-Bezwaar” in de linkerbovenhoek van enveloppe en bezwaarschrift. Het bezwaar moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

Krachtens artikel 6:16 van de Algemene wet bestuursrecht schorst het bezwaar de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan - als tegen dit besluit bezwaar wordt aangetekend - ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank ’s-Gravenhage, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag (bezoekadres: Prins Clauslaan 60 te Den Haag), een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend.

Wij verzoeken u een kopie van dit verzoek om een voorlopige voorziening toe te zenden aan: Gedeputeerde Staten van Zuid

Naar boven