Wijziging Uitgiftebeleid mobiele nummers OPTA 2011

De Autoriteit Consument en Markt,

Gelet op de artikelen 4.2, 4.3 en 15.1, derde lid, van de Telecommunicatiewet en artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Uitgiftebeleid mobiele nummers OPTA 2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4

  • 1. ACM kent mobiele nummers toe in blokken van een veelvoud van minimaal 10.000 nummers, ongeacht welke aanbieder naastgelegen nummerblokken toegekend heeft gekregen.

  • 2. Bij de toekenning bedoeld in het eerste lid concentreert ACM de toegekende blokken van 10.000 nummers in zo min mogelijk blokken van 100.000 nummers.

  • 3. Bij de toekenning bedoeld in het eerste lid concentreert ACM de toegekende blokken van 100.000 nummers in zo min mogelijk blokken van 1.000.000 nummers.

B

Aan artikel 5 wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. nummerhouders met een toegekend aantal in een veelvoud van 10.000 nummers dienen een 7-cijferige MGT te gebruiken.

C

In artikel 10 wordt ‘OPTA 2011’ gewijzigd door: ‘ACM’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 8 mei 2014

De Autoriteit Consument en Markt, namens deze, overeenkomstig het door het bestuur op (DATUM) genomen besluit, F.J.H. Don, bestuurslid

TOELICHTING

Inleiding

In 2011 heeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) de Beleidsregels voor uitgifte van mobiele nummers1 aangepast (hierna: Uitgiftebeleid 2011). Belangrijkste wijziging van de regels voor uitgifte van mobiele nummers was dat dienstenaanbieders2 zonder eigen elektronisch communicatienetwerk in aanmerking konden komen voor toekenning van mobiele nummers.

Daarnaast wijzigde een regel over de blokgrootte. Als gevolg van deze regel kon het college binnen een blok van 1.000.000 nummers meerdere blokken van 100.000 nummers toekennen. Kleinere blokken dan 100.000 vormen geen deel van het uitgiftebeleid. Voor de wijziging van het uitgiftebeleid in 2011 kreeg een aanbieder een blok van 100.000 nummers en blokkeerde het college de andere blokken van 100.000 nummers (binnen het blok van 1.000.000 nummers) om problemen bij internationaal bellen te voorkomen. Sinds de invoering van het Uitgiftebeleid 2011 moeten nieuwe nummerhouders hun routeringsystemen in richten op basis van het aantal aan hen toegekende nummers zodat ACM binnen een blok van 1.000.000 nummers aan meerdere nummerhouders blokken met een grootte van 100.000 nummers kan toekennen.

Marktvraag

Op 15 januari 2014 heeft ACM een nummeraanvraag ontvangen voor het gebruik van 6.000 mobiele nummers in 2017. Het beoogde gebruik van de mobiele nummers is conform de bestemming van het nummerplan3. ACM vindt het niet efficiënt om hiervoor 100.000 nummers uit te geven.

Slinkende voorraad 06-nummers

Voor mobiele telefonie zijn in het nummerplan de nummerreeksen 061 t/m 065 en 068 beschikbaar. De reeksen 060 en 069 zijn ook voor mobiele telefonie bestemd en kan de Minister van Economische Zaken (hierna: de Minister) open te stellen voor uitgifte4. Jaarlijks rapporteert ACM met de Schaarsterapportage aan de Minister over het verloop van de nummeruitgifte ten behoeve van de beleidsvorming rondom de nummerplannen. Een belangrijk element hierin is de dreiging van nummerschaarste. Het uitgiftepercentage tot en met 2013 van de opengestelde 06-nummers voor mobiele telefonie bedraagt 90%. De ACM vindt het daarom van groot belang om efficiënt met de nummers mobiele telefonie om te gaan. ACM moet daarom overwegen om 06-nummers voor mobiele telefonie uit te gaan geven in blokken van 10.000 nummers. Een belangrijk overweging hierbij is de mogelijkheid van bestaande en nieuwe nummerhouders om hun routeringsystemen hierop in te richten. Een andere belangrijke overweging is de behoefte vanuit de markt aan blokken van 10.000 nummers. De volgende paragrafen gaan op deze overwegingen in.

Geen technische beperkingen 10.000 blokken bij routeringsystemen van telefonie

In voorbereiding op de vaststelling van het uitgiftebeleid 2011 had OPTA een openbare consultatie5 uitgevoerd. In de openbare consultatie ging OPTA in op de vraag hoe telefonie aanbieders aankeken tegen uitgifte van nummerblokken van 10.000 of 100.000 mobiele nummers, waarbij opeenvolgende blokken niet noodzakelijkerwijs aan dezelfde aanbieder zijn toegekend.

Op basis van de reacties van de marktpartijen op het consultatiedocument uitgiftebeleid mobiele nummers stelde OPTA een nota van bevindingen op6. Hieruit bleek dat geen van de marktpartijen een afkeurende reactie ten aanzien van de uitgifte in kleinere blokken had. Marktpartijen gaven aan het niet onoverkomelijk te vinden wanneer het college opeenvolgende nummerblokken niet aan dezelfde aanbieder toe zou kennen. Wel gaf één marktpartij het advies om de kleinere nummerblokken te concentreren in één of enkele blokken met een grootte van 1.000.000 nummers voor de overzichtelijkheid van de nummeruitgifte.

In 2009 heeft OPTA het onderzoeksbureau Dialogic onderzoek laten uitvoeren de mogelijkheid om aan nieuwe nummerhouders geen miljoenblok, maar een 100.000-blok of zelfs slechts een 10.000-blok uit te geven. OPTA heeft op basis van het onderzoeksrapport geconcludeerd dat er geen technische beperkingen zijn die de uitgifte in blokken van 10.000 beperken.

Marktbehoefte aan blokken van 10.000 nummers

In de openbare consultatie 2010 vroeg OPTA marktaanbieders naar hun mening over het toekennen van nummers met bestemming mobiele telefonie in blokken van 10.000 nummers voor aanvragers die niet aannemelijk kunnen maken 100.000 nummers nodig te hebben.

De reacties hierop in 2011 waren over het algemeen dat er geen belemmeringen zijn voor het toekennen van nummers met bestemming mobiele telefonie in blokken van 10.000 aan aanvragers die niet aannemelijk kunnen maken 100.000 nodig te hebben. Wel plaatsten een aantal marktpartijen hierbij de kanttekening dat een dienstenaanbieder, die niet de minimale behoefte heeft aan 100.000 nummers, waarschijnlijk geen financieel gezond dienstenaanbod zou kunnen opbouwen. Uit slechts één reactie viel te lezen dat deze partij overwogen had een blok van 10.000 nummers aan te vragen. Eén partij gaf aan dat de positie van zeer kleine partijen niet opweegt tegen de versnippering van het mobiele nummerbestand. OPTA heeft in de beleidsregels 2011 opgenomen om over te gaan tot toekenning van mobiele nummers in blokken van minimaal 100.000 nummers.

Met de aanvraag van 15 januari 2014 heeft ACM een nieuw signaal uit de markt ontvangen dat de markt weldegelijk behoefte heeft aan uitgifte van mobiele nummers in blokken van 10.000 nummers. De nummeraanvrager heeft een onderbouwing te geven hoe hij een realistisch en financieel gezond dienstenaanbod kan bieden met een marktverwachting van 6.000 nummers. De aanbieder richt zich namelijk met zijn mobiele aanbod op de zakelijke markt. De omzet per nummergebruiker is in dit marktsegment vele malen hoger dan in de consumentenmarkt.

In de zakelijke markt integreren vaste en mobiele telefonie voor betere bereikbaarheid van de zakelijke gebruiker. Nieuwe technieken zorgen voor vast/mobiel-integratie waarbij vaste en mobiele telecomsystemen geïntegreerd samenwerken als één systeem. Eindgebruikers kunnen de rijke functionaliteit van een bedrijfstelefooncentrale gebruiken op een mobiele telefoon en daarnaast de gemakken van een mobiele telefoon ervaren met de vaste telefoon. Daarnaast nemen veel nieuwe klanten vanwege nummerbehoud hun 06-nummer mee van hun vorige aanbieder. Daarom kan een aanbieder met 10.000 06-nummers wel degelijk een goede positie op de mobiele telefonie markt verwerven. Deze aanvrager heeft daarmee aannemelijk gemaakt dat zijn bedrijf met 10.000 nummers een financieel gezond mobiel dienstenaanbod kan opbouwen.

De vraag of deze aanbieder uniek is in nummerbehoefte is besproken met de vereniging COIN. De vereniging COIN is een samenwerkingsverband van een groot aantal telecomaanbieders in Nederland en faciliteert tussen alle operatoren nummerportabiliteit door het beheer van een platform. Met dit platform is het mogelijk om data op een veilige en betrouwbare manier tussen telecomaanbieders onderling uit te wisselen en op te slaan. COIN heeft laten weten dat er naar hun verwachting meerdere aanbieders zullen komen die met een of enkele 10.000 nummerblokken succesvol op de mobiele telefonie markt kunnen opereren. COIN signaleert dat een aantal vaste middelgrote VoIP-telefonie aanbieders aan het onderzoeken zijn hoe zij vast/mobiel-integratie oplossingen kunnen gaan aanbieden en daarmee ook actief verwachten te worden als mobiele aanbieder van telecommunicatiediensten.

Conclusie

ACM stelt vast dat er behoefte is aan de uitgifte van mobiele nummers in blokken van 10.000 nummers. Ook stelt ACM vast dat uit eerder onderzoek in 2009 al blijkt dat er geen technische beperkingen zijn tegen de uitgifte in blokken van 10.000 nummers. De consultatie uit 2010 heeft evenmin tot inzichten geleid dat de markt (technische) problemen hiervan zal ondervinden.

ACM kan daarom overgaan tot aanpassing van het uitgiftebeleid van mobiele nummers om uitgifte van blokken van (minimaal) 10.000 nummers mogelijk te maken.


X Noot
1

OPTA/ACNB/2011/200046 Uitgiftebeleid mobiele nummers OPTA 2011, laatst gewijzigd Staatscourant Nr. 7619, 28 maart 2013 in verband met de inwerkingtreding van de Instellingswet Autoriteit Consument en Markt

X Noot
2

Volgens de definitie van de Algemene bepalingen Telecommunicatiewet Artikel 1.1 (1.1e-1.1g)

X Noot
3

Nummerplan telefoon- en ISDN-diensten

X Noot
4

Hiervoor is een wijziging van het nummerplan noodzakelijk.

X Noot
5

OPTA/ACNB/2010/202101 Consultatie uitgiftebeleid mobiele nummers

X Noot
6

OPTA/ACNB/2011/200044 Nota van bevindingen uitgiftebeleid mobiele nummers OPTA 2011

Naar boven