Instelling bijzondere luchtverkeersgebieden Purple Windmill 2013 (week 4), tevens vrijstelling minimum vlieghoogte

8 januari 2013

Nr. MLA/003/2013

De Minister van Defensie,

Gelezen het verzoek van het hoofd van de afdeling jachtvliegtuig operaties van 26 november 2012;

Gelet op artikel 8 van het Luchtverkeersreglement en de artikelen 6, 9, tweede lid, en 11, tweede lid, van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen;

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Besluit:

Artikel 1

• 1. Ten behoeve van de oefening Purple Windmill 2013 (week 4) worden als oefengebieden de volgende bijzondere luchtverkeersgebieden (BVG’s) aangewezen:

  • a. een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: BVG Charlie, van 52°57'14"N 007°11'02"E langs de Duits-Nederlandse grens naar 52°19'48"N 007°02'56"E, in een rechte lijn naar 52°18'11"N 006°46'27"E, in een rechte lijn naar 52°28'08"N 006°28'30"E, in een rechte lijn naar 52°38'21"N 006°20'00"E, in een rechte lijn naar 52°45'46"N 006°20'00"E, in een rechte lijn naar 52°52'28"N 006°30'42"E en in een rechte lijn terug naar 52°57'14"N 007°11'02"E, van 2000 voet AMSL tot FL 190 (zie figuur 1);

  • b. een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: BVG Charlie North, van 52°52'59.23"N 006°35'00.28"E in een rechte lijn naar 52°55'03.30"N 006°52'20.59"E en vervolgens in een cirkelboog met een straal van 8 nautische mijlen met als middelpunt 52°48’12”N 006°45’34”E met de wijzers van de klok mee terug naar 52°52'59.23"N 006°35'00.28"E, van grondniveau tot 2000 voet AMSL (zie figuur 1);

  • c. een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: BVG Charlie South, een cirkel met als middelpunt 52°36’09”N 006°33’14”E en een straal van 6 nautische mijlen, van grondniveau tot 2000 voet AMSL (zie figuur 1);

  • d. een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: BVG De Peel A, een cirkelvormig gebied met een straal van 6,5 nautische mijlen met als middelpunt coördinaat 51°31’02.20”N 005°51’20.30”E, van grondniveau tot FL 195 (zie figuur 2);

  • e. een gebied begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: BVG De Peel B, van 51°31’11.56”N 006°01’44.46”E zuidwaarts naar 51°20’00.00”N 006°02’09.00”E, naar 51°15’10.00”N 005°57’00.00”E, westwaarts naar 51°15’20.00”N 005°48’50.00”E, naar 51°21’58.45”N 005°39’34.18”E, langs de zuidkant van de CTR De Peel oostwaarts terug naar 51°31’11.56”N 006°01’44.46”E, van 1200 voet AMSL tot 2500 voet AMSL (zie figuur 2).

• 2. Binnen het BVG Charlie, genoemd in het eerste lid, onderdeel a, wordt ten behoeve van het vliegveld Hoogeveen de Hoogeveen area aangewezen. De Hoogeveen area wordt begrensd door de volgende coördinaten en hoogten: van 52°52'09.96"N 006°30'13.08"E naar 52°42'51.88"N 006°33'08.00"E, in een rechte lijn naar 52°42'16.52"N 006°20'00.00"E, in een rechte lijn naar 52°45'46"N 006°20'00"E en in een rechte lijn terug naar 52°52'09.96"N 006°30'13.08"E, van 2000 voet AMSL tot 6500 voet AMSL (zie figuur 1).

  Figuur 1: BVG’s Charlie, Charlie North, Charlie South en de Hoogeveen area

  

  Figuur 2: BVG’s De Peel A en B

• 3. De oefengebieden, genoemd in het eerste lid, worden ingesteld op de hieronder genoemde dagen en tijdstippen:

  Week 4

  maandag 21 januari 2013 van 13:00 uur tot 23:00 uur lokale tijd;

  dinsdag 22 januari 2013 van 09:00 uur tot 23:00 uur lokale tijd;

  woensdag 23 januari 2013 van 09:00 uur tot 23:00 uur lokale tijd;

  donderdag 24 januari 2013 van 09:00 uur tot 23:00 uur lokale tijd;

  vrijdag 25 januari 2013 van 09:00 uur tot 14:00 uur lokale tijd.

Artikel 2

• 1. Voor het gebruik van de oefengebieden BVG Charlie, BVG Charlie North, BVG Charlie South en de Hoogeveen area gelden de volgende regels:

  • a. het uitvoeren van andere dan bij de oefening betrokken vluchten in de in artikel 1, eerste lid, onderdelen a, b, en c, genoemde BVG’s is niet toegestaan, met uitzondering van gecoördineerde vluchten door luchtvaartuigen die vooraf toestemming hebben verkregen van AOCS NM LVL;

  • b. aan de oefening deelnemende gezagvoerders en gezagvoerders van vluchten als genoemd in onderdeel a, dienen radiocontact te hebben met het AOCS NM LVL voor het binnenvliegen van de in artikel 1, eerste lid, onderdelen a, b, en c, genoemde BVG’s en dienen te voldoen aan de voorwaarden, gesteld door de genoemde LVL-instantie;

  • c. tijdens het vliegen binnen de in artikel 1, eerste lid, onderdelen a, b, en c, genoemde BVG’s dienen de deelnemende gezagvoerders gebruik te maken van een SSR-transponder met mode S;

  • d. voor jachtvliegtuigen geldt binnen de BVG’s Charlie North en Charlie South een minimum vlieghoogte van 1000 voet boven grond of water;

  • e. de vrijstelling van de minimum vlieghoogte geldt alleen voor die delen van de vlucht die voor het doel van de vlucht noodzakelijk zijn waarbij aaneengesloten bebouwing, ziekenhuizen, sanatoria, mensenverzamelingen en dergelijke dienen te worden vermeden;

  • f. voor de BVG’s Charlie, Charlie North en Charlie South geldt dat de actuele activering (ten minste 5 minuten voor daadwerkelijk gebruik van het BVG) en deactivering worden doorgegeven door de Supervisor AOCS NM LVL aan de Supervisor Amsterdam ACC en Eelde ATC; tot het moment van activering zijn de in de Letter of Agreement tussen Amsterdam ACC en het AOCS NM (deel D onder 3.1.) vastgelegde regelingen ten aanzien van de separatie van luchtverkeer onder controle van Amsterdam ACC in de CTA EAST van kracht; na activering van de BVG’s dient niet aan de oefening deelnemend IFR-verkeer 5 nautische mijlen vrij te blijven van de grens van genoemde BVG’s;

  • g. ten behoeve van activiteiten in de nabijheid van vliegveld Hoogeveen kan de in artikel 1, tweede lid, aanwezen Hoogeveen area, afhankelijk van de dan geldende geplande operationele gebruiksbehoefte, ten behoeve van lokaal vliegverkeer van het vliegveld Hoogeveen worden uitgezonderd van het BVG Charlie; voor aanvang van activiteiten dient de coördinator van het vliegveld Hoogveen dagelijks om 08:30 uur en 12:00 uur lokale tijd contact op te nemen met AOCS NM LVL; in dat contact worden nadere afspraken gemaakt aangaande het gebruik van de Hoogeveen area door niet aan de oefening Purple Windmill 2013 (week 4) deelnemend luchtverkeer van het vliegveld Hoogeveen.

• 2. Voor het gebruik van de oefengebieden BVG De Peel A en BVG De Peel B gelden de volgende regels:

  • a. het uitvoeren van andere dan bij de oefening betrokken burgervluchten in de in artikel 1, eerste lid, onderdelen d en e, genoemde BVG’s is niet toegestaan, met uitzondering van gecoördineerde vluchten door luchtvaartuigen die vooraf toestemming hebben verkregen van de luchtverkeersleiding (LVL) van de vliegbasis Volkel dan wel AOCS NM LVL;

  • b. aan de oefening deelnemende gezagvoerders, niet-deelnemende militaire gezagvoerders en gezagvoerders van vluchten als genoemd in onderdeel a dienen radiocontact te hebben met de luchtverkeersleiding (LVL) van vliegbasis Volkel dan wel AOCS NM LVL voor het binnenvliegen van de in artikel 1, eerste lid, onderdelen d en e, genoemde BVG’s en dienen te voldoen aan de voorwaarden, gesteld door de desbetreffende LVL-instantie;

  • c. tijdens het vliegen binnen de in artikel 1, eerste lid, onderdelen d en e, genoemde BVG’s dienen de deelnemende gezagvoerders gebruik te maken van een SSR-transponder met mode S;

  • d. in afwijking van artikel 9 van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen geldt binnen het BVG De Peel A voor deelnemende militaire straalvliegtuigen een minimum vlieghoogte van 500 voet; de overige bepalingen van dat artikel blijven onverkort van kracht;

  • e. in afwijking van artikel 11 van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen geldt binnen het BVG De Peel A voor deelnemende militaire hefschroefvliegtuigen een minimum vlieghoogte van 50 voet; de overige bepalingen van dat artikel blijven onverkort van kracht;

  • f. binnen de grenzen van het militaire luchtvaartterrein De Peel dat binnen het BVG De Peel A ligt, krijgen deelnemende gezagvoerders van straalvliegtuigen vrijstelling van de minimum vlieghoogte tot een hoogte van 250 voet boven hindernissen;

  • g. de vrijstelling van de minimum vlieghoogte geldt alleen voor die delen van de vlucht die voor het doel van de vlucht noodzakelijk zijn;

  • h. de daadwerkelijke activering en deactivering van het BVG De Peel A en het BVG De Peel B worden door AOCS NM LVL gemeld aan de luchtverkeersleiding van Niederrhein.

Artikel 3

Aan gezagvoerders van straalvliegtuigen van bondgenootschappelijke strijdkrachten wordt vrijstelling van de minimum vlieghoogte verleend voor de oefening Purple Windmill 2013 (week 4) in het kader van operaties met niet-vliegende eenheden binnen de grenzen van de oefengebieden. De in artikel 9, eerste lid, van de Regeling VFR-nachtvluchten en minimum vlieghoogten voor militaire luchtvaartuigen genoemde voorwaarden alsmede de in deze beschikking genoemde voorwaarden worden daarbij in acht genomen. Hierbij geldt dat de meest restrictieve voorwaarden voorrang hebben.

Artikel 4

Handelen in strijd met artikel 2, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, onderdeel a, van deze beschikking is een strafbaar feit.

Artikel 5

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de eerste dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt op 26 januari 2013

Deze beschikking zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en zal tevens bekend worden gemaakt door middel van een NOTAM.

De Minister van Defensie, voor deze: De Directeur Militaire Luchtvaart Autoriteit, w.g.C.J. Lorraine, Commodore

Tegen deze beschikking kunnen belanghebbenden op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), binnen 6 weken na de dag waarop deze beschikking is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan de Minister van Defensie, DienstenCentrum Juridische Dienstverlening, ter attentie van de Commissie advisering bezwaarschriften Defensie, Postbus 90004, 3509 AA Utrecht. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; een omschrijving van de beschikking waartegen het bezwaar is gericht; de gronden van het bezwaar. Indien onverwijlde spoed dat vereist, is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de president van de rechtbank die bevoegd is. In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat een bezwaarschrift is ingediend.

TOELICHTING

Forward Air Controllers begeleiden vanaf een positie op de grond vliegtuigen ten behoeve van Close Air Support (CAS). Forward Air Controllers worden in de praktijk opgeleid in het begeleiden van deze vliegtuigen tijdens oefeningen met vliegers van de Koninklijke Luchtmacht en bondgenootschappelijke luchtstrijdkrachten. De oefening Purple Windmill 2013 (week 4) voorziet in de training van de Forward Air Controllers. In het kader van de oefening Purple Windmill dienen daarom vluchten te worden uitgevoerd door vliegers van de Koninklijke Luchtmacht of bondgenootschappelijke strijdkrachten.

Het is niet wenselijk dat vluchten ten behoeve van CAS-operaties worden uitgevoerd in gebieden waar ongecontroleerde burgervluchten kunnen plaatsvinden. Conform artikel 8 van het Luchtverkeersreglement kan de minister delen van het vluchtinformatiegebied Amsterdam aanwijzen als bijzondere verkeersgebieden met als doel het beschermen van het luchtverkeer ten opzichte van bepaalde soorten luchtverkeer of van bijzondere luchtverkeersactiviteiten. Het is dientengevolge noodzakelijk dat in verband met de veiligheid in de lucht als oefengebiedenbijzondere luchtverkeersgebieden worden ingesteld gedurende bekendgemaakte perioden.

Binnen het BVG Charlie ligt vliegveld Hoogeveen. Om activiteiten boven 2000 voet in de omgeving van Hoogeveen mogelijk te maken indien het luchtruim door omstandigheden niet gebruikt wordt voor de oefening PW, bestaat de mogelijkheid voor lokale gebruikers van het vliegveld Hoogeveen om in de ochtend en de middag het AOCS NM LVL te benaderen om het gebruik binnen het als Hoogeveen Area aangewezen gebied af te stemmen.

Via het BVG De Peel B wordt koers gezet naar het BVG De Peel A. Binnen de CTR van het militaire luchtvaartterrein De Peel kan door straalvliegtuigen tot een minimum hoogte van 500 voet worden gedaald en binnen de grenzen van het militaire luchtvaartterrein De Peel dat binnen het BVG De Peel A ligt, kan tot een minimum hoogte van 250 voet worden gedaald. Voor militaire hefschroefvliegtuigen geldt een minimum vlieghoogte van 50 voet binnen het BVG De Peel A.

Onder het BVG De Peel B zijn Natura 2000-gebieden gesitueerd. Om die reden bedraagt de minimum vlieghoogte binnen het BVG De Peel B minimaal 1200 voet. Door het aanhouden van deze hoogte zal geen significante verstoring optreden van de natuurwaarden binnen deze gebieden.