Burgemeester en wethouders van Montferland maken, ter voldoening aan het bepaalde
in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening bekend, dat de gemeenteraad in zijn
vergadering van 28 maart 2013 het bestemmingsplan 'Didam, skatebaan kruising Vincwijcweg
– Doetinchemseweg' gewijzigd heeft vastgesteld.
Het bestemmingplan beoogt aanleg van een skatebaan gelegen in de groenstrook bij de
kruising Vincwijcweg – Doetinchemseweg in Didam mogelijk te maken. Tevens wordt met
voorliggend bestemmingsplan de plaatsing van een zendmast, waarvoor reeds een omgevingsvergunning
is verleend, juridisch-planologisch vastgelegd.
Het vastgestelde bestemmingsplan is gewijzigd ten opzichte van het ontwerp, zoals
dat eerder ter inzage heeft gelegen. In het eveneens ter inzage liggende raadsbesluit
zijn de doorgevoerde wijzigingen opgesomd.
Het vastgestelde plan ligt, met de daarbij behorende bijlagen, met ingang van 11 april
2013 gedurende zes weken voor een ieder ter inzage bij de receptie van het gemeentehuis,
locatie ’s-Heerenberg, Hofstraat 1 en is tevens via www.montferland.info en www.ruimtelijkeplannen.nl/web-roo/roo/bestemmingsplannen?planidn=NL.IMRO.1955.bplgddmalgskatebn-va01 te raadplegen.
Gedurende de hierboven genoemde termijn kan tegen het besluit van de gemeenteraad
schriftelijk beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad
van State, Postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage. Beroep kan worden ingesteld door:
-
• een belanghebbende die tijdig een zienswijze aangaande het ontwerpbestemmingsplan
bij de gemeenteraad heeft kenbaar gemaakt;
-
• een belanghebbende die aantoont dat hij of zij redelijkerwijs niet in staat is geweest
om zijn of haar zienswijze tegen het ontwerpbestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar
te maken;
-
• een belanghebbende, voor zover het beroep wordt ingesteld tegen wijzigingen die de
gemeenteraad bij de vaststelling van het plan ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan
heeft aangebracht.
Het besluit van de gemeenteraad treedt in werking daags na afloop van bovengenoemde
termijn, tenzij binnen de beroepstermijn in samenhang met een ingediend beroep een
afzonderlijk verzoek om een voorlopige voorziening bij de voorzitter van bovengenoemde
afdeling van de Raad van State is ingediend. Het besluit treedt dan niet in werking
voordat op dat verzoek is beslist.