Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken, van 4 maart 2013, nr. 13032890, houdende tijdelijke vrijstelling op grond van artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden ter bestrijding van onkruiden in de onbedekte teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie (Tijdelijke vrijstelling ter bescherming van de onbedekte teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie tegen onkruid 2013)

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Gelet op artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van de Verordening (EG) 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309);

Besluit:

Artikel 1

Tijdelijke vrijstelling als bedoeld in artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van Verordening (EG) 1107/2009 wordt verleend voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Agrichem Asulam 2, voorheen toegelaten onder toelatingsnummer 11078 N ter bescherming van de onbedekte teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie tegen onkruid.

Artikel 2

De vrijstelling is slechts van toepassing indien de gebruiksvoorschriften in de bijlage bij dit besluit worden nageleefd.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van 15 maart 2013 en vervalt met ingang van 17 augustus 2013 met dien verstande dat de vrijstelling voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Agrichem Asulam 2:

  • a) in de teelt van lelie geldt met ingang van 20 april 2013 en vervalt met ingang van 17 augustus 2013;

  • b) in de teelt van hyacint, tulp, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie geldt met ingang van 15 maart 2013 en vervalt met ingang van 13 juli 2013

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijke vrijstelling ter bescherming van de onbedekte teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie tegen onkruid 2013

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: J.P. Hoogeveen MPA Directeur-Generaal Agro

Een belanghebbende kan, binnen zes weken na de datum van publicatie in de Staatscourant, tegen dit besluit of een onderdeel daarvan een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen bij de Staatssecretaris van Economische Zaken, ter attentie van Dienst Regelingen, Afdeling Rechtsbescherming, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag.

BIJLAGE

Wettelijk gebruiksvoorschrift

Naam middel: AGRICHEM ASULAM 2

Toelatingsnummer: voorheen 11078

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende toepassingsgebieden (volgens Definitielijst toepassingsgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011 onder de vermelde toepassingsvoorwaarden

Toepassingsgebied

Type toepassing

Te bestrijden organisme

Dosering (middel) per toepassing1

Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden

Maximaal aantal liter middel per ha per teeltcyclus of per 12 maanden

Minimum interval tussen toepassingen in dagen

Spinazie (productieteelt)

onbedekte teelt

voor opkomst

Breedbladige onkruiden en eenjarige grasachtige onkruiden

6 - 7,5 l/ha

1 per teeltcyclus

7,5 l/ha per teeltcyclus

 

Spinazie (zaadteelt)

voor opkomst en/of na opkomst

Breedbladige onkruiden en eenjarige grasachtige onkruiden

6 - 7,5 l/ha

2 per teeltcyclus

12 l/ha per teeltcyclus

14

Hyacint onbedekte teelt

na opkomst

Breedbladige onkruiden

4 - 6 l/ha

2 per teeltcyclus

12 l/ha per teeltcyclus

14

Tulp onbedekte teelt

na opkomst

Breedbladige onkruiden

4 - 6 l/ha

2 per teeltcyclus

12 l/ha per teeltcyclus

14

Lelie onbedekte teelt

na opkomst

Breedbladige onkruiden

4 - 6 l/ha

2 per teeltcyclus

12 l/ha per teeltcyclus

14

Gezaaide zomerbloemen onbedekte teelt

voor opkomst en/of na opkomst

Breedbladige onkruiden

4 - 7,5 l/ha

2 per 12 maanden

12 l/ha per 12 maanden

14

Bloemenzaad onbedekte teelt

voor opkomst en/of na opkomst

Breedbladige onkruiden

4 - 7,5 l/ha

2 per 12 maanden

12 l/ha per 12 maanden

14

De gevoeligheid van de onkruiden is afhankelijk van het toepassingstijdstip, de dosering is afhankelijk van de grondsoort

Agrichem Asulam 2 moet worden toegepast in minstens 600 liter water per ha.

In lelie kan de toepassing van Agrichem Asulam 2 onder bepaalde omstandigheden (warm weer, veel instraling) en in sommige cultivars leiden tot enige gewasreactie in de vorm van lichtgroene bladvlekjes.

Toepassingsvoorwaarden

Om het grondwater te beschermen mag dit product niet worden toegepast in grondwaterbeschermingsgebieden.

Gezien de beperkte ervaring en het grote assortiment aan gewassen in gezaaide zomerbloemen en gewassen bestemd voor bloemenzaadproductie verdient het aanbeveling, voor zover geen ervaring werd opgedaan, door middel van een proefbespuiting vast te stellen of het te behandelen gewas het middel goed verdraagt.

Om in het water levende organismen te beschermen geldt dat toepassing van het middel in onbedekte teelten, met uitzondering van de consumptieteelt van spinazie, op percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend is toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van minimaal 90procent driftreducerende spuitdoppen.

Om in het water levende organismen te beschermen geldt dat toepassing van het middel in de onbedekte consumptieteelt van spinazie op percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend is toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van 75 procent driftreducerende spuitdoppen.

Om niet tot de doelsoorten behorende planten te beschermen is de veldtoepassing uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van minimaal 75 procent driftreducerende spuitdoppen in combinatie met een kantdop.

TOELICHTING

Algemeen

Artikel 53 van de Verordening (EG) 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309) (hierna: Verordening (EG) 1107/2009) en artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) maken het mogelijk in bijzondere omstandigheden vrijstelling te verlenen van het verbod om een niet toegelaten gewasbeschermingsmiddel binnen Nederland te brengen, op de markt te brengen, voorhanden te hebben of te gebruiken.

Vrijstelling kan worden verleend als een maatregel nodig blijkt voor een gecontroleerd en beperkt gebruik ter beheersing van een gevaar dat op geen enkele andere redelijke manier te beheersen is.

Met dit besluit wordt tijdelijk vrijstelling verleend voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Agrichem Asulam 2, ter bestrijding van onkruiden in de onbedekte teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie.

Bijzondere omstandigheden

Bij besluit van de Europese Commissie van 19 oktober 2011 (L275/23) is bekendgemaakt dat de werkzame stof asulam niet is goedgekeurd overeenkomstig de verordening EG 1107/2009. Hierdoor zijn de toelatingen van middelen op basis van asulam ingetrokken per 31 december 2011 en hebben de middelen een opgebruiktermijn tot 31 december 2012 gekregen. Middelen op basis van asulam zijn daardoor niet beschikbaar in het teeltseizoen 2013.

De intentie bestaat om in het eerste kwartaal van 2013 asulam opnieuw aan te dragen voor goedkeuring in de Europese Unie. Als ‘safe uses’ worden toepassingen in de teelt van spinazie en de teelt van bloembollen aangevraagd. Na goedkeuring van de stof zal toelating voor een middel op basis van asulam worden aangevraagd in deze teelten in Nederland.

Gevaar voor de teelt door onkruiden

Algemeen

Onkruiden komen op alle grondsoorten voor waar eerder genoemde gewassen worden geteeld. Probleemonkruiden zijn vooral de éénjarige onkruiden, zowel grassen als breedbladige onkruiden. In de onbedekte zaadteelt van spinazie is daarnaast koolzaadopslag een probleem.

Schade door onkruiden veroorzaakt kwaliteitsverlies, opbrengstverlies en afkeuringen. Het gevolg hiervan is dat een landbouwtechnisch doelmatige geïntegreerde teelt niet meer mogelijk is. Een slechte onkruidbestrijding is ook schadelijk voor volgteelten: door niet afdoende bestrijding van onkruiden neemt de onkruiddruk toe en daarmee ook de opbrengstderving in de volggewassen. Het zal daarnaast ook leiden tot een hogere inzet van andere gewasbeschermingsmiddelen om een toenemende ziektedruk op te vangen.

Spinazie

Schade door onkruiden in de teelt van spinazie bestaat uit opbrengstverlies en afkeuringen. Afkeuringen zijn een gevolg van de aanwezigheid van onkruiden in de geoogste spinazie. Vanwege de mechanische oogst van spinazie kunnen onkruiden niet handmatig worden uitgeraapt. De schade wordt geschat op 65 procent opbrengstverlies.

In de zaadteelt van spinazie leidt de aanwezigheid van onkruiden tot opbrengstverlies en verontreiniging van zaadpartijen. Uitschonen van onkruidzaden is lastig en een te hoog percentage onkruidzaad in een partij spinaziezaad leidt tot afkeuringen. Daarnaast kan onkruid een bron zijn van overdraagbare ziektes. De schade wordt geschat op 10 tot 100 procent opbrengstverlies.

Lelie, hyacint, tulp

De schade door onkruiden als gevolg van de wegval van Asulam kan leiden tot een gemiddelde opbrengstderving van 15 procent, die kan oplopen tot 50 procent, waardoor de bloembollenteelt economisch niet langer haalbaar is.

Gezaaide zomerbloemen

Door concurrentie met onkruiden zullen bloemen zich minder goed ontwikkelen, dus wat kleiner blijven of soms minder goed gevormd zijn, waardoor minder zogenaamde ‘eerste kwaliteit’ zal worden geproduceerd. Ook verhoogt aanwezigheid van onkruiden de ziektegevoeligheid. De aanwezigheid van onkruiden kan in het uiterste geval leiden tot het volledig verloren gaan van de oogst.

Bloemenzaadteelt

Meer ziektedruk door schimmels en virussen, als gevolg van een suboptimale onkruidbestrijding, kan leiden tot een verminderde zaadkwaliteit met een verminderde kiemkracht. Voor bloemenzaad geldt verder een nultolerantie voor onkruidzaden. Partijen bloemenzaad waarin veel onkruidzaden zitten moeten worden geschoond. Hierbij treedt opbrengstverlies van zaden op, dit zaadverlies kan oplopen tot 30 procent. Het is niet altijd mogelijk om het zaad te schonen. Zaad met ongewenste onzuiverheid wordt afgekeurd.

Alternatieven

Asulam is een onkruidbestrijdingsmiddel met zowel bodemwerking (door opname van het middel door de wortels van (kiemende) onkruiden) als contactwerking. In combinatie met de beschikbare toegelaten middelen zijn de meeste probleemonkruiden voldoende te bestrijden. De beschikbare toegelaten herbiciden hebben sec onvoldoende effect. Dit heeft deels te maken met de schadelijkheid voor het gewas waardoor middelen alleen in een laag doseringssysteem kunnen worden toegepast, deels met een onvoldoende werkingsspectrum en deels door beperkingen in het moment van toepassen, waardoor onkruiden niet in het gevoelige stadium kunnen worden bestreden.

Mechanische onkruidbestrijding is vaak een aanvulling, maar kan schade toebrengen aan gewassen waardoor het geen goed alternatief is. De effectiviteit van mechanische onkruidbestrijding is sterk afhankelijk van verschillende factoren, zoals de stuifgevoeligheid van de grond en de weersomstandigheden. Handmatige onkruidbestrijding is effectief maar economisch niet haalbaar. Teelttechnische maatregelen zoals vruchtwisseling en bedrijfshygiëne kunnen de onkruiddruk verlagen, maar werken niet afdoende. De effectiviteit van deze maatregelen is ook sterk afhankelijk van de onkruiddruk, de weersomstandigheden en de grondsoort.

Advies College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden

Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden adviseert de vrijstelling te verlenen mits de veldtoepassingen uitsluitend worden toegestaan indien:

  • ter bescherming van in het water levende organismen gebruik wordt gemaakt van met minimaal 90 procent driftreducerende doppen (voor de teelt van spinazie minimaal 75 procent driftreducerende doppen) en

  • ter bescherming van niet tot doelsoorten behorende planten gebruik wordt gemaakt van minimaal 75 procent driftreducerende doppen in combinatie met een kantdop.

De gevraagde toepassing levert geen extra risico’s op voor mens en milieu, indien de gebruiksvoorschriften die zijn opgenomen in de bijlage bij de vrijstelling, worden nageleefd.

De overwegingen

Een vrijstelling is gewenst, omdat zonder de vrijstelling van Agrichem Asulam 2 onkruiden in de teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad, spinazie en de zaadteelt van spinazie op geen enkele andere redelijke wijze te beheersen zijn. Hierdoor is landbouwtechnisch doelmatige geïntegreerde teelt niet meer mogelijk.

In overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, heb ik besloten om op grond van artikel 38 van de Wgb vrijstelling te verlenen voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Agrichem Asulam 2, ter bescherming van de teelt van hyacint, tulp, lelie, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaadteelt, spinazie en zaadteelt van spinazie tegen onkruid.

Deze vrijstelling treedt in werking met ingang van 15 maart 2013 en vervalt met ingang van 17 augustus 2013 met dien verstande dat de vrijstelling voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Agrichem Asulam 2:

  • a) in de teelt van lelie geldt met ingang van 20 april 2013 en vervalt met ingang van 18 augustus 2013;

  • b) in de teelt van hyacint, tulp, gezaaide zomerbloemen, bloemenzaad en spinazie en de zaadteelt van spinazie geldt met ingang van 15 maart 2013 en vervalt met ingang van 13 juli 2013.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: J.P. Hoogeveen MPA Directeur-Generaal Agro

Naar boven