Bestemmingsplan ‘Voetgangersverbinding Castricum-Limmen’, Castricum

Burgemeester en wethouders van Castricum maken als gevolg van het bepaalde in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening en afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht bekend dat het bestemmingsplan Voetgangersverbinding Castricum-Limmen met plan-ID NL.IMRO.0383.BPCVoetverbinding-VS01 gewijzigd is vastgesteld door de gemeenteraad bij besluit van 7 februari 2013. De gemeenteraad heeft besloten om geen exploitatieplan vast te stellen voor het bestemmingsplan.

Het plangebied bestaat uit: het gebied ten noordoosten van de woonwijk Noord-End te Castricum binnen een parkachtige randzone tussen de woonstraten Grutto / Kemphaan / Karekiet in het noorden en De Bloemen in het zuiden. Het plangebied volgt het bestaande voetpad vanuit het noorden in de richting van de ontsluiting Gerbrandsven.

Het bestemmingsplan voorziet in: de bestendiging van de voetgangersfunctie van het pad en maakt de aanleg van de voetgangersverbindingsbrug over de bermsloot van de Provincialeweg N203 mogelijk die Castricum en Limmen met elkaar verbindt.

De wijziging betreft een wijziging van de plangrens in noordelijke richting. Hierdoor kan de te realiseren voetgangersverbinding dichter bij de kruising Zeeweg en Provincialeweg gerealiseerd worden. Voor de exacte inhoud van de wijziging verwijzen wij naar de locaties waar de stukken ter inzage liggen.

Het bestemmingsplan en alle bijbehorende stukken liggen vanaf 6 maart 2013 ter inzage in het gemeentehuis van Castricum. De stukken liggen ter inzage totdat de beroepstermijn is verstreken. Tevens is het plan te raadplegen op www.castricum.nl en op www.ruimtelijkeplannen.nl onder plan-ID NL.IMRO.0383.BPCVoetverbinding-VS01.

Beroep

Een belanghebbende kan binnen zes weken na de dag waarop het besluit ter inzage is gelegd een beroepschrift indienen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Postbus 20019, 2500 EA Den Haag). Voor de behandeling van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd.

Voorlopige voorziening

De werking van een besluit wordt door indiening van een beroepschrift niet opgeschort. Daarvoor kan, indien onverwijlde spoed dat vereist, een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Postbus 20019, 2500 EA Den Haag); voorwaarde is dat tevens een beroepschrift is ingediend. Voor de behandeling van een verzoek is griffierecht verschuldigd.

Meer informatie: dhr. R. Houtkamp, afdeling Ontwikkeling, tel. 14 0251

GemeenteCastricum, 6 maart 2013