Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 26 februari 2013, nr. 2013-0000121469, houdende wijziging van de Regeling Bouwbesluit 2012 met betrekking tot de toepassing van normen en een wijziging van de Regeling omgevingsrecht

De Minister voor Wonen en Rijksdienst,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Milieu;

Gelet op de artikelen 1.5 en 5.9 van het Bouwbesluit 2012 en op artikel 4.4 van het Besluit omgevingsrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling Bouwbesluit 2012 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.12 wordt ‘zesde en zevende lid’ vervangen door ‘zesde lid’ en wordt ‘inspectieschema's 2011’ vervangen door: desbetreffende onderdelen van het CCV-inspectieschema Brandbeveiliging van 1 september 2012, inclusief wijzigingsblad W1: 2012.

B

In artikel 3.1 wordt ‘1 juli 2011’ vervangen door: 1 november 2011.

C

Artikel 5.7 vervalt.

D

Artikel 5.8 komt te luiden:

Artikel 5.8 NEN 7120

Bij de toepassing van NEN 7120 gelden voor de in onderdeel 5.3.2 opgenomen formule de volgende waarden voor de correctiefactor CEPC;mn;U/W:

Gebruiksfunctie

C EPC;mn;U/W

1

Woonfunctie

 
 

a woonwagen

0,93

 

b andere woonfunctie

1,00

2

Bijeenkomstfunctie

0,77

3

Celfunctie

0,96

4

Gezondheidszorgfunctie

 
 

a met bedgebied

1,11

 

b andere gezondheidszorgfunctie

0,92

6

Kantoorfunctie

1,01

7

Logiesfunctie

0,89

8

Onderwijsfunctie

1,34

9

Sportfunctie

0,81

10

Winkelfunctie

0,92

E

Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

1. Na de verwijzing naar NEN 2559 2001 wordt ingevoegd:

NEN 2575 2004 Brandveiligheid van gebouwen – Ontruimingsinstallaties – Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen, inclusief correctieblad C1:2006.

2. Na de verwijzing naar NEN 3215 2007 wordt ingevoegd:

NEN 5077 + C3:2012 Geluidwering in gebouwen – Bepalingsmethoden voor de grootheden geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies, luchtgeluidisolatie, contactgeluidisolatie, geluidniveaus veroorzaakt door installaties en nagalmtijd.

3. De verwijzing naar NEN 5077 2006 komt te vervallen.

4. De verwijzing naar NEN 6092 1995 komt te vervallen.

5. De verwijzing naar NEN-EN 1997-2 + C1: 2010 komt te vervallen.

F

Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:

1. De verwijzing naar NEN-EN 1993-1-4:2006 komt te luiden:

NEN-EN 1993-1-4:2006 Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies – Deel 1-4: Algemene regels – Aanvullende regels voor corrosievaste staalsoorten, inclusief nationale bijlage NB:2012.

2. Na de verwijzing naar NEN-EN 1997-1+C1:2012 wordt ingevoegd:

NEN-EN 1997-2:2007 Eurocode 7: Geotechnisch ontwerp – Deel 2: Grondonderzoek en beproeving, inclusief correctieblad C1:2010 en nationale bijlage NB:2011.

ARTIKEL II

De Regeling omgevingsrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 wordt na de definitie van ‘bouwactiviteit’ een definitie ingevoegd, luidende: BRL: door het Centraal College van Deskundigen van de Stichting Kwaliteitsborging Installatiesector vastgestelde Nationale Beoordelingsrichtlijn;.

B

Aan artikel 2.12 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. De in het tweede lid bedoelde berekening van de energieprestatie wordt uitgevoerd met een NL-EPBD®EPC geattesteerd computerprogramma als bedoeld in BRL 9501 van 6 december 2006, inclusief wijzigingsblad van 27 september 2012.

C

Het tweede lid van artikel 3.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt ‘plattegrond’ vervangen door: plattegrond of een bijlage daarvan.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door ‘, en’ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • e. gegevens en bescheiden over de aard en de plaats van de brandveiligheidsinstallaties.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok.

TOELICHTING

I Algemeen

1. Inleiding

Deze wijzigingsregeling bevat enkele wijzigingen in de aansturing van normen en een enkele verbetering van ondergeschikte aard in de Regeling Bouwbesluit 2012. Verder is in de Regeling omgevingsrecht een procedureel voorschrift met betrekking tot de berekeningsmethodiek van de energieprestatiecoëfficiënt en een daarmee samenhangende begripsbepaling en een aanvulling in de opsomming van de bij een aanvraag om vergunning voor het brandveilig gebruik aan te leveren gegevens en bescheiden opgenomen.

2. Procedure en inspraak

Het concept is voorgelegd aan het Overlegplatform Bouwregelgeving. Er is geen commentaar op het concept ontvangen.

3. Code interbestuurlijke verhoudingen

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft aangegeven ten aanzien van het ontwerp van dit besluit geen gebruik te willen maken van haar formele adviesbevoegdheid als bedoeld in de Code interbestuurlijke verhoudingen.

4. Notificatie

De ontwerpregeling is op 5 november 2012 gemeld aan de Europese Commissie (notificatienummer 2012/618/NL) ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 204), zoals gewijzigd bij Richtlijn 98/48/EG van 20 juli 1998 (PbEG L 217). Artikel I van deze regeling bevat mogelijk technische voorschriften in de zin van deze richtlijn (notificatierichtlijn). Deze bepalingen zijn verenigbaar met het vrije verkeer van goederen; zij zijn evenredig en waar nodig voorzien van een gelijkwaardigheidsbepaling met het oog op de wederzijdse erkenning (zie artikel 1.3 van het Bouwbesluit 2012).

Er zijn geen opmerkingen van de Commissie ontvangen.

Melding aan het Secretariaat van de Wereldhandelsorganisatie ingevolge artikel 2, negende lid, van de op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235) heeft niet plaatsgevonden nu in casu geen sprake is van significante gevolgen voor de handel.

5. Regeldruk

Algemeen

Deze regeling leidt niet tot een wijziging van de regeldruk. De voorschriften hebben met name betrekking op verbetering van bestaande artikelen, en wat betreft de wijziging van de Regeling omgevingsrecht, uitwerking van een voorschrift uit het Bouwbesluit 2012.

Administratieve lasten

Deze wijziging van de Regeling Bouwbesluit 2012 en van de Regeling omgevingsrecht leidt tot eenmalige administratieve lasten voor die bedrijven en overheden die kennis moeten nemen van de inhoud van deze regeling. Het gaat om circa 600 partijen, te weten gemeenten, grote adviesbureaus, installateurs en aannemers. Deze partijen zullen gemiddeld eenmaal een uur besteden ter waarde van gemiddeld € 50. De totale lasten bedragen hiermee circa € 30.000. De vraag of er voldoende aandacht is besteed aan alternatieven die mogelijk minder lasten met zich meebrengen is hier niet relevant. Het gaat in deze wijzigingsregeling met name om de consequenties van het wijzigen van normen, het aanwijzen van nieuwe normen en een BRL en het uitwerken van normen die in het Bouwbesluit 2012 zijn aangewezen. De administratieve lasten van het Bouwbesluit 2012 zijn reeds in beeld gebracht in de nota van toelichting bij dat besluit.

Bestuurlijke lasten

Deze wijzigingsregeling leidt, omdat het alleen gaat om uitwerking van de voorschriften uit het Bouwbesluit 2012, niet tot bestuurlijke lasten. De bestuurlijke lasten van het Bouwbesluit 2012 zijn reeds in beeld gebracht in de nota van toelichting bij dat besluit.

6. Milieu- en bedrijfseffecten

Omdat het alleen gaat om uitwerking van de voorschriften uit het Bouwbesluit 2012 gaat, is geen onderzoek gedaan naar de milieu- en bedrijfseffecten van deze regeling.

7. Uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid

Omdat het alleen gaat om uitwerking van de voorschriften uit het Bouwbesluit 2012 is de ontwerpregeling niet beoordeeld aan de hand van de standaardtoets op handhaafbaarheid, uitvoerbaarheid en fraudebestendigheid (HUF-toets).

II Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

De verwijzing in artikel 1.12 naar de inspectieschema's 2011 is vervangen door een verwijzing naar de desbetreffende onderdelen van het CCV-inspectieschema Brandbeveiliging van 1 september 2012, inclusief wijzigingsblad W1: 2012. Dit inspectieschema fungeert als inspectieschema voor de verschillende in de artikelen 6.20, zesde lid, 6.23, vierde lid, en 6.32 van het Bouwbesluit 2012 genoemde CCV-inspectieschema's. Het CCV-inspectieschema Brandbeveiliging is te downloaden van de site van het Centrum Criminaliteitspreventie Veiligheid (CCV). In artikel 1.12 was ten onrechte ook een verwijzing naar artikel 6.20, zevende lid, van het Bouwbesluit 2012 opgenomen. Dit is gecorrigeerd.

Onderdeel B

Deze wijziging is het gevolg van een administratieve aanpassing van de Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken in november 2011. Met de wijziging van de datum van de bepalingsmethode wordt de juiste versie van de bepalingsmethode aangewezen.

Onderdeel C

Doordat de verwijzing naar NEN 5077 2006 vervalt en in de plaats daarvan de nieuwe versie NEN 5077 2012 wordt aangestuurd (zie onderdeel E) zijn de nadere voorschriften zoals die in artikel 5.7 waren opgenomen overbodig geworden. Artikel 5.7 vervalt derhalve.

Onderdeel D

Met het nieuwe artikel 5.8 is de tabel met de correctiefactoren gewijzigd. Deze wijziging heeft uitsluitend betrekking op de indeling van de gebruiksfuncties. Deze indeling is nu in overeenstemming met de in het Bouwbesluit 2012 gebruikte indeling. Er is geen sprake van een wijziging van de correctiefactoren.

Onderdelen E en F

Onderdeel E bevat een vijftal wijzigingen van bijlage I en onderdeel F bevat een tweetal wijzigingen van bijlage II.

In bijlage I is een nieuwe verwijzing naar NEN 2575 2004 opgenomen. Ook is een nieuwe verwijzing naar NEN 5077 + C3: 2012 opgenomen en vervalt de verwijzing naar NEN 5077 2006. Verder vervallen in bijlage I de verwijzingen naar NEN 6099 2006 en NEN-EN 1997-2 + C1: 2010. In bijlage II is de verwijzing naar NEN-EN 1993-1-4:2006 aangepast en is een nieuwe verwijzing naar NEN-EN 1997 opgenomen. De verwijzing naar NEN-EN 1997 is naar bijlage II verplaatst omdat het een in de afdelingen 2.1 en 2.2 van het Bouwbesluit 2012 aangewezen NEN-EN betreft. Ook is daarbij voortaan de nationale bijlage NB: 2011 van toepassing.

Artikel II

Onderdeel A

Aan de begripsbepalingen is een definitie van BRL toegevoegd. Onder een BRL in deze regeling wordt een door het Centraal College van Deskundigen van de Stichting Kwaliteitsborging Installaties vastgestelde Nationale Beoordelingsrichtlijn verstaan. Deze begripsbepaling is nodig om in artikel 2.12 van de Regeling omgevingsrecht voortaan naar een BRL te kunnen verwijzen.

Onderdeel B

Aan artikel 2.12 van de Regeling omgevingsrecht is een derde lid toegevoegd, waarmee wordt bepaald dat de berekening van de energieprestatiecoëfficiënt als bedoeld in artikel 5.2 van het Bouwbesluit 2012 moet worden uitgevoerd met gebruikmaking van software die voldoet aan BRL 9501, zoals laatstelijk gewijzigd op 27 september 2012. Met deze aanvulling van de Regeling omgevingsrecht is zeker gesteld dat alle berekeningen van de energieprestatiecoëfficiënt op dezelfde wijze worden uitgevoerd.

Onderdeel C

Aan het tweede lid van artikel 3.3 van de Regeling omgevingsrecht is aan de opsomming van de bij de aanvraag om een vergunning voor het brandveilig gebruik van een bouwwerk een nieuw onderdeel e toegevoegd. Voortaan moeten ook gegevens en bescheiden over de aard en plaats van de brandveiligheidsinstallaties worden aangeleverd. Dit was in de praktijk al gebruikelijk. In de aanhef van dit tweede lid wordt voortaan niet meer gesproken van ‘plattegrond’ maar van plattegrond of een bijlage daarvan.

Artikel III

Dit artikel regelt dat deze wijzigingsregeling in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze wordt geplaatst. Hiermee is afgeweken van het systeem van de vaste verandermomenten. Reden daarvoor is dat deze regeling met name technische verbeteringen bevat waarvan het gewenst is dat die, gezien het belang voor het bouwbedrijfsleven, zo spoedig mogelijk van kracht worden. Om die reden is ook afgeweken van de minimale invoeringstermijn van twee maanden.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok.

Naar boven