Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 22 februari 2013, nr. BOACAT2013/018, strekkende tot aanwijzing van buitengewoon opsporingsambtenaren bij Cluster Werk en Inkomen van de gemeente Rotterdam

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelezen het verzoek van het Hoofd van Cluster Werk en Inkomen van de afdeling Bijzondere Onderzoeken van de gemeente Rotterdam van 20 februari 2013 en de adviezen van de hoofdofficier van justitie Rotterdam en de korpschef als bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012;

Gelet op:

  • artikel 142, eerste lid, aanhef en onder b en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

  • artikel 36, eerste lid, en artikel 41, tweede lid, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

  • artikel 17, eerste lid, aanhef en onder 2, van de Wet op de economische delicten.

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar: de persoon als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

De personen, werkzaam in de functie van sociaal rechercheur in dienst van Cluster Werk en Inkomen, afdeling Bijzondere Onderzoeken van de gemeente Rotterdam, zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

  • 1. De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd tot het opsporen van de strafbare feiten behorend tot het domein V Werk, Inkomen en Zorg, van bijlage A-I van de Circulaire Buitengewoon opsporingsambtenaar, aangevuld met artikel 440 van het Wetboek van Strafrecht.

  • 2. De opsporingsbevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, geldt voor het grondgebied van Nederland, voor zover noodzakelijk voor een goede vervulling van de aan de functie gerelateerde taken.

  • 3. De buitengewoon opsporingsambtenaar vermeldt in zijn processen-verbaal en schriftelijke verslagleggingen het in het eerste lid genoemde domein.

Artikel 4

Op grond van dit besluit kunnen maximaal 20 personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd.

Artikel 5

  • 1. Als toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon Opsporingsambtenaar van de in artikel 3, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket Rotterdam.

  • 2. Als direct toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de in artikel 3, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de korpschef, als bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012.

Artikel 6

  • 1. Het Hoofd van Cluster Werk en Inkomen, afdeling Bijzondere Onderzoeken van de gemeente Rotterdam brengt jaarlijks, voor 1 april, verslag uit over:

    • a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam in de in artikel 2 genoemde functies;

    • b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

    • c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

  • 2. Dit verslag wordt toegezonden aan de in artikel 5 bedoelde toezichthouder en direct toezichthouder en aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie, Dienst Justis, afdeling V&T, Postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 7

Het besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Rotterdam 2008 zal vervallen op 28 februari 2013.

Artikel 8

De op naam gestelde akten van beëdiging van de buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam bij de Cluster Werk en Inkomen, afdeling Bijzondere Onderzoeken van de gemeente Rotterdam en de overige benoemingsbescheiden, afgegeven mede op basis van het besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Rotterdam 2008 van 19 februari 2008, nr. 5530523/Justis/08, worden geacht mede te zijn afgegeven op basis van het onderhavige besluit.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van 28 februari 2013 en vervalt op 28 februari 2018.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van Cluster Werk en Inkomen Rotterdam 2013.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 22 februari 2013.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, namens deze, J. Gankema Teammanager BTR

Bezwaar maken

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit bezwaar maken bij de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. U doet dit door een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen binnen zes weken na dagtekening van dit besluit. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar het volgende adres:

Dienst Justis

Team BTR

Postbus 20300

2500 EH Den Haag

U kunt uw bezwaarschrift ook door uw gemachtigde in laten dienen. Als de gemachtigde geen advocaat is, voeg dan een machtiging bij uw bezwaarschrift.

Zorg ervoor dat uw bezwaarschrift in elk geval het volgende bevat:

  • uw naam en adres;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van de beslissing waartegen u bezwaar wilt maken. U kunt ook een kopie van de beslissing meesturen;

  • de gronden van uw bezwaar;

  • uw handtekening of de handtekening van uw gemachtigde.

TOELICHTING

Artikel 8 brengt geen wijziging in de resterende looptijd van de afgegeven aktes.

Naar boven